Openbaar Ministerie

Arnhem, 2 december 2002 Hoger beroep granaatgooier Arnhemse wijk Malburgen-Oost

Het Gerechtshof te Arnhem behandelt op 11 december a.s. te 14.10 uur in hoger beroep de strafzaak tegen de 44-jarige Arnhemmer R.P.B. K. De man gooide op 2 augustus vorig jaar een handgranaat in een woning aan de Arnhemse Snoekstraat, waardoor twee mensen om het leven kwamen. Drie anderen raakten gewond.

De aanslag vormde de climax van een relationeel conflict waarbij ook drugs een rol speelden. De 44-jarige, die zelf drugs gebruikte en dealde, had een verhouding gekregen met een vrouw van wie de kinderen met lede ogen aanzagen hoe hun moeder wegzakte in het drugsmilieu.

Nadat er al enkele confrontaties hadden plaatsgevonden, troffen de betrokkenen elkaar weer op 2 augustus in de woning van een gemeenschappelijke kennis aan de Snoekstraat in de Arnhemse wijk Malburgen-Oost. De 44-jarige zou daar bedreigd en mishandeld zijn waarna hij wegvluchtte. Vanaf het tuinpad gooide hij de granaat de gang in. Bij de explosie werden de 21-jarige dochter van de vriendin van de verdachte en haar 24-jarige vriend vrijwel op slag gedood. Een tweede man raakte levensgevaarlijk gewond, twee anderen licht.

De Arnhemse rechtbank veroordeelde K. op 10 juli 2002 tot een gevangenisstraf van 18 jaar. Met de uitspraak werd de eis van de officier overgenomen.
K. verklaarde ter terechtzitting van de rechtbank dat hij niet geweten had dat de granaat echt was. De Arnhemmer had verder een beroep gedaan op noodweer en noodweerexces. Dat werd door de rechtbank verworpen.