Gezondheidsraad

Persbericht

Rijgeschiktheid van mensen met diabetes mellitus

Mensen met diabetes kunnen in principe zonder beperkingen een auto besturen. Zij moeten dan wel in staat zijn om een sterk verlaagde bloedsuikerspiegel (hypoglykemie) aan te voelen komen, te onderkennen en de juiste stappen te zetten. Ook moeten zij geen last hebben van zodanige complicaties aan ogen, zenuwen, hart of bloedvaten dat deze de rijgeschiktheid kunnen beïnvloeden. Voldoen zij aan deze voorwaarden, dan is voor hen de geldigheid van het rijbewijs voor personenauto's gelijk aan die van mensen zonder diabetes, namelijk tien jaar. Voor het zogenoemde `groot rijbewijs' moet de geldigheid vijf jaar zijn. Dit schrijft de Gezondheidsraad in een advies dat vandaag wordt aangeboden aan de minister van Verkeer en Waterstaat en aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Diabetes kan gepaard gaan met een aantal verschijnselen en complicaties die de rijgeschiktheid kunnen beïnvloeden. Het grootste risico voor mensen met diabetes achter het stuur is een hypoglykemie. Nemen zij geen passende maatregelen, dan kan een daling in het bewustzijn optreden, met bewusteloosheid als meest ernstige vorm. Diabetes kan daarnaast op langere termijn leiden tot complicaties aan ogen, zenuwen, hart en bloedvaten.

Uit onderzoeksgegevens blijkt dat diabetes slechts in geringe mate de kans op een verkeersongeval vergroot. De Gezondheidsraad ziet dan ook geen reden om in het algemeen aan mensen met diabetes beperkingen op te leggen aan de verkeersdeelname. Overigens is het aandeel van medische oorzaken in het totaal aantal ongevallen toch al klein.

Aan mensen die verantwoordelijk met hypoglykemie kunnen omgaan, kan een rijbewijs voor personenauto's verstrekt worden met dezelfde geldigheidsduur als bij gezonde mensen: tien jaar. Voor bestuurders van zwaardere voertuigen adviseert de Gezondheidsraad een rijbewijs met een geldigheidsduur van vijf jaar. Zij zijn immers vaak verantwoordelijk voor passagiers, en kunnen meer schade veroorzaken. Ook is er bij hen vaak sprake van dwingende redenen om te blijven rijden.

Voor een bepaalde groep bestuurders met diabetes is elke vijf of tien jaar een medisch onderzoek noodzakelijk. Dit geldt voor mensen die behandeld worden met middelen die hypoglykemie kunnen veroorzaken, zoals insuline of bepaalde andere bloedglucoseverlagende middelen. Daarnaast is voor deze groep elke vijf of tien jaar een rapport van een oogarts vereist.

Wie hypoglykemie niet voelt aankomen en dus niet tijdig maatregelen kan nemen, is ongeschikt voor alle rijbewijzen. Voor complicaties op lange termijn gelden de relevante beperkingen in de huidige regeling voor rijbewijzen. Soms kunnen die complicaties een reden zijn om geen rijbewijs meer te verstrekken.

Het advies is opgesteld door een commissie bestaande uit:

· Prof dr HF Crebolder, Universiteit Maastricht, voorzitter · Prof dr DW Erkelens, Universitair Medisch Centrum Utrecht · Dr J Groeneweg, Universiteit Leiden · Prof dr RJ Heine, VU medisch centrum · Dr EW Steyerberg, Erasmus Universiteit Rotterdam · Dr ThF Veneman, Twenteborg ziekenhuis · Drs RA Bredewoud, Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen, adviseur · LMC Bedaux, Ministerie Verkeer en Waterstaat, adviseur · Dr PMM Beemsterboer, Gezondheidsraad, secretaris

Nadere inhoudelijke inlichtingen verstrekt mw dr PMM Beemsterboer, tel. (070) 340 6734, e-mail, petra.beemsterboer@gr.nl. 2 december 2002