Speech staatssecretaris Agnes van Ardenne (Ontwikkelingssamenwerking) op bijeenkomst 'Colourful Women' over HIV/Aids, Amsterdam, 1 december 2002 Dames en heren,
Over de hele wereld zijn nu 42 miljoen mensen geïnfecteerd met het HIV-virus. Dat zijn er twee miljoen meer dan een jaar geleden. En onder die twee miljoen zijn vrouwen in de meerderheid. We hebben het deze week in de krant kunnen lezen.
We doen er alles aan om de achterstelling van vrouwen op te heffen. Maar op deze inhaalrace zit niemand te wachten. Het is een pijnlijke trend. En die trend is het gevolg van achterstelling van vrouwen en meisjes op zoveel andere terreinen.
Als een ouder uitvalt, wie wordt er dan het eerst van school gehaald? De meisjes. Zo blijven ze ongeschoold. En juist ongeschoolde jonge vrouwen hebben weer meer kans om het virus op te lopen. Vrouwen, ook getrouwde vrouwen, zijn vaak niet in staat om een veilige seksuele omgang te eisen. Vrouwen en meisjes zijn ook vaker het slachtoffer van seksueel geweld. Soms knopen jonge meisjes een seksuele relatie aan met een oudere man in ruil voor luxe artikelen als kleding en sieraden. Mannen maken ook vaak misbruik van hun machtspositie, bijvoorbeeld als leraar, om seks af te dwingen bij meisjes. In een aantal landen geloven mannen dat seks met een maagd hen kan genezen van aids. Weerloze jonge meisjes betalen een hoge prijs voor deze mythe.
In veel landen heerst een taboe op het praten over sex. Een taboe kan heel goed zijn waarde hebben. Maar het taboe heeft dodelijke gevolgen als het betekent dat mensen afgesneden raken van vitale informatie. Dan wordt aids een stille sloper. Een onzichtbare kracht die ontwikkeling afbreekt. Zoals in veel Afrikaanse landen is gebeurd, waar de levensverwachting is gekelderd en het percentage geïnfecteerden oploopt tot boven de dertig procent.
Investeren in onderwijs geeft tegengif. Maar het virus ontkracht helaas ook dat tegengif. In Zuidelijk Afrika sterven meer leraren per jaar aan aids, dan er worden opgeleid. We moeten krachtdadig beleid tegenover de epidemie stellen. Het doel: uiterlijk in 2015 de groei beteugeld hebben. Wij doen er alles aan.
Spreken is zilver, zwijgen is goud. Dat geldt hier niet. Spreken is noodzaak, zwijgen is fout. De betrokkenheid van politieke leiders vergroten is een speerpunt van onze aanpak.
In de staat Andra Pradesh in India vertelde de minister-president me vorige week dat hij zich publiekelijk had laten testen. Ook in India, net als in Ethiopië, Nigeria, China en Rusland, staat de aidsepidemie op uitbarsten. De CIA waarschuwt ook voor risico's voor veiligheid en stabiliteit. Want niet alleen in de gezondheidszorg en het onderwijs, maar ook bij politie en defensie ontstaat gebrek aan voldoende en gezond personeel. Dit kan in deze grote landen - met veertig procent van de
wereldbevolking - tot drama's leiden.
Ik was onlangs in Maputo op een tweedaagse bijeenkomst van de Europese Unie met de landen uit Zuidelijk Afrika. Daar heb ik in mijn interventie de Afrikaanse ministers aangesproken: bedrijf geen struisvogelpolitiek. Neem uw verantwoordelijkheid. Naar de leiders wordt gekeken. Kijk naar landen als Uganda en Senegal. Daar is meer openheid, meer leiderschap, meer betrokkenheid. En de cijfers gaan daar de goede kant op. Trends lijken om te buigen in Ethiopië en Zuid-Afrika. In Zuid-Afrika is het
aantal zwangere vrouwen onder de 20 met HIV-positief gedaald van 21 procent in 1998 naar 15,4 procent in 2001. In Addis Abeba lijkt onder jonge vrouwen het aantal HIV-dragers af te nemen. In Zambia doorbreekt de vrouw van de president, mevrouw Mwanawasa, het stilzwijgen. Dat vind ik hoopvol. En ongelooflijk belangrijk.
Die vergadering in Maputo was overigens zo druk met het probleem Zimbabwe, dat het onderwerp aids nauwelijks aan de orde kwam. Weer een bewijs hoezeer politiek wanbeleid Afrikaanse ontwikkeling frustreert. Er was niet eens tijd voor het onderwerp. Een van de Afrikaanse ministers sprak er over. Spreken is noodzaak, maar ook de inhoud doet er toe. Ik was geschokt over zijn woorden. In de rijke landen heeft iedereen genoeg vertier om handen, zei hij. Voor arme mensen in Afrika ligt dat anders. Dat is niet het leiderschap dat nodig is om Aids terug te dringen.
Nederland knokt ook hard voor de toegang tot betaalbare medicijnen. Dat is verbeterd. Mede dankzij druk vanuit NGO's. Maar ook de afgeprijsde medicijnen blijven heel erg duur voor veel ontwikkelingslanden. In veel landen is immers nog geen 10 dollar per jaar beschikbaar per persoon voor gezondheid. Behandeling van een aidspatient kost alleen al aan geneesmiddelen 35 keer zo veel. En die heten dan goedkoop.
Aan de schandalige herinvoer van die medicijnen naar onze markten hebben we in Europees verband overigens direct een eind gemaakt
We zijn ook grote voorvechters van reproductieve rechten van vrouwen. Vrouwen moeten zelf kunnen kiezen hoeveel kinderen ze willen en wanneer. Ze moeten meer te zeggen krijgen over seksualiteit en meer toegang krijgen tot voorbehoedmiddelen. Dat geldt voor vrouwen, dat geldt ook voor jongeren.
Het is pijnlijk dat we dat gevecht daarvoor steeds opnieuw moeten voeren. In Johannesburg bijvoorbeeld. Conservatieve krachten hebben een eigen agenda: tegen abortus en tegen sex voor het huwelijk. Dat is hun goed recht. Maar als ze hun zin krijgen, zijn vrouwen het slachtoffer en zullen we aids niet kunnen afremmen. Wat blijkt uit onderzoek? Seksuele voorlichting leidt er juist toe dat jongeren later beginnen met vrijen. En dat ze dan vaker veilig vrijen. Met name de opstelling van de Verenigde Staten baart me zorgen. Ze nemen afstand van de consensus die we bereikt hebbenop de bevolkingsconferentie in Cairo. Die houdt in dat mensen eer keuzevrijheid moeten hebben.
We stimuleren wereldwijde samenwerking. Ook het bedrijfsleven erbij halen. Voor onderzoek naar betere medicijnen, voor verspreiding ook van die medicijnen. We hebben 135 miljoen dollar toegezegd aan het wereldwijde fonds voor aids, malaria en tuberculose. Dat werkt volgens die ideeen van partnership van alle betrokkenen.
Het Nederlandse beleid richt zich in feite op het hele continuüm van preventie, zorg, ondersteuning en behandeling, met de nadruk op preventie. We doen te veel om hier op te sommen. Ik zal dat ook niet proberen in tien minuten.
Een activiteit wil ik nog noemen. We wijzen niet alleen bedrijven op hun maatschappelijke verantwoordelijkheid. Die verantwoordelijkheid nemen we zelf ook als werkgever. Vanaf begin volgend jaar nemen we een pakket maatregelen om de staf op onze ambassades beter te beschermen en voor te lichten. Denk daarbij niet in de eerste plaats aan onze Nederlandse diplomaten. Op onze ambassades is personeel uit de landen zelf doorgaans royaal in de meerderheid.
Ieder heeft een eigen verantwoordelijkheid. Als ieder zijn of haar verantwoordelijkheid neemt, dan kan er nog veel meer gebeuren. Van preventie tot zorg.
Het is bijvoorbeeld heel goed dat vrouwenorganisaties en de aidsbeweging verdere toenadering zoeken en de handen in een slaan. Zeker met het oog op vergroten van de toegang tot anti-retrovirale middelen. Vrouwen hebben recht op gelijke behandeling als mannen. Het is belangrijk dat ook vrouwen met HIV zich organiseren in belangenorganisaties. Ze zijn er wel maar nog erg weinig in getal. Ook hun stemmen moeten gehoord worden.
Deze film is een mooi voorbeeld van hoe dit vorm kan worden gegeven. Goed dat ook media en filmmakers hun bijdrage leveren . Een goede documentaire zegt meer dan tienduizend woorden. Dat is vandaag weer te zien. Ik hoop dat deze films ook hun weg vinden naar leiders met een lange en met een korte ij in landen waar aids zo ongenadig toeslaat.
===