30-9-2002
Spoorwegovergang Govert van Wijnkade wordt verplaatst
De spoorwegovergang van de Govert van Wijnkade in Maassluis wordt verplaatst in westelijke richting. De werkzaamheden die hiervoor noodzakelijk zijn, zijn inmiddels gestart. De nieuwe spoorwegovergang komt ongeveer 140 meter ten westen van de huidige spoorwegovergang van de Govert van Wijnkade te liggen. Ook wordt de opstelruimte voor het verkeer dat vanaf de Industrieweg de spoorweg over wil verbeterd door het aanleggen van een linksafvak en een rechtsafvak.
In 1992 is de verkeersstructuurstudie voor Maassluis afgerond. Deze
studie betrof een verkeersprognose voor het jaar 2001 tezamen met
aanbevelingen om de te verwachten problemen op het Maassluise wegennet
het hoofd te kunnen bieden. Eén van de conclusies uit de
verkeersstructuurstudie was dat de verkeerssituatie nabij de Havenbrug
moet worden verbeterd. Met name de opstelruimte voor het verkeer dat
voor de spoorwegovergang moet wachten moest worden vergroot. Volgens
de studie kon deze vergroting worden gerealiseerd door middel van een
verschuiving in westelijke richting van de huidige spoorwegovergang
van de Govert van Wijnkade.
De toename van het verkeer in de afgelopen jaren heeft de verplaatsing
van de spoorwegovergang dringend noodzakelijk gemaakt. De stijging van
het aantal vestigingen op en daarmee de verkeersintensiteiten van en
naar het bedrijventerrein Nieuwe Waterweg is één van de oorzaken van
de verkeersgroei. Daarnaast is er sprake van een autonome groei van
het autoverkeer op de route Industrieweg-Laan 1940-1945.
Voor de uitvoering van het werk heeft de gemeente Maassluis een bijdrage ontvangen van de Provincie Zuid Holland. Er wordt verwacht dat ook de Stadsregio Rotterdam een bijdrage zal leveren.
Naar verwachting zullen de werkzaamheden voor de verplaatsing van de
spoorwegovergang en de aanleg van opstelstroken duren tot januari
2003. De nieuwe spoorwegovergang zal echter al eerder, namelijk medio
december 2002, in gebruik kunnen worden genomen.
Het is onontkoombaar dat er tijdens de uitvoering van de werkzaamheden
gedurende bepaalde periodes enige overlast voor het verkeer zal
ontstaan. Er zal echter naar worden gestreefd om dit tot het uiterste
minimum te beperken.