Alkmaar scoort relatief goed met inburgeringsprogramma
Alkmaar, 26 september
Uit onderzoek dat in opdracht van het ministerie van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties is gehouden blijkt dat Alkmaar het niet
slecht doet met haar inburgeringsprogramma voor nieuwkomers. Het
onderzoek richtte zich op het jaar 1999 waarin 134 nieuwkomers
startten met inburgeringsprogramma. Het bereik van nieuwkomers is
groot en de uitval is niet uitzonderlijk hoog. Maar overeenkomstig het
landelijke beeld is ook in Alkmaar sprake van een matige verhoging van
het taalniveau na de voorgeschreven 600 lesuren.
Doel van het inburgeringsprogramma is het bevorderen van de zelfredzaamheid van de nieuwkomer (migrant/vluchteling). Dit kan zijn op sociaal, educatief of professioneel vlak. Van de nieuwkomers die startten met het programma viel 2% af bij de start van het programma en tussentijds 7%. Landelijk was de tussentijdse uitval 13%. Zwangerschap of het vinden van betaald werk waren de voornaamste redenen. Bijna 90% van de nieuwkomers heeft het inburgeringsprogramma afgerond. Dat is vergeleken met andere gemeenten een hoge score. Landelijk was dit 73,2%. Alle nieuwkomers die in aanmerking kwamen zijn na het inburgeringsonderzoek met het inburgeringsprogramma begonnen. Bijna 100% van deze nieuwkomers begon binnen de gestelde termijn van 4 maanden na huisvesting binnen de gemeente. Landelijk was dit 80%. 85% startte met een intensief traject. Landelijk was dit 74,5%. Mannen volgden vaker dan vrouwen een intensief traject.
Opleiding bepaalt resultaat
Alle nieuwkomers zijn wat betreft hun taalvaardigheid na afloop van
hun programma in niveau gestegen. Daarbij wordt behalve naar het
algemene niveau gekeken naar de resultaten van toetsen op
deelvaardigheden, zoals lezen, luisteren, spreken en schrijven. Bij
het behalen van de vooropleiding in het thuisland geldt dat hoe hoger
men in eigen land is opgeleid hoe meer het inburgeringsprogramma leidt
tot niveauverhoging.
Werk
Ongeveer tweederde van de nieuwkomers uit 1999 is
'doorgeleid'(69%) naar onder meer een vervolgcursus taal,
een beroepsopleiding of het arbeidsbureau/CWI. Reden waarom mensen
niet worden doorgeleid is voornamelijk het vinden van een baan.
Inburgeringsprogramma's in de toekomst
Sinds 1999 is op het gebied van inburgering het nodige veranderd. De
samenwerking met bij inburgering betrokken instellingen, zoals het
Horizoncollege en het Bureau Nieuwkomers, hechter geworden. Er worden
heldere onderlinge afspraken gemaakt en de inhoud van de
programma's wordt steeds meer afgestemd op de individuele
mogelijkheden van de nieuwkomer. Tegelijk heeft de invoering van het
oudkomersbeleid ook een impuls gegeven om programma's steeds
meer op maat aan te bieden, bijvoorbeeld in combinatie met werken
en/of beroepsopleiding.
Binnenkort worden de resultaten verwacht van de
inburgeringsprogramma's over het jaar 2001. Voor het onderzoek
van 1999 is een steekproef getrokken. De omvang hiervan is 49
personen.