Van den Berg neemt afscheid met symposium (24/9/02)
Van den Berg: democratie is georganiseerd vertrouwen, maar met dat
vertrouwen is het niet goed gesteld
Het essay van Van den Berg gaat over de terugkeer van de politiek in
het openbaar bestuur. Van den Berg betoogde in zijn presentatie dat de
twee verkiezingen in 2002 geen politieke revolutie vormden, maar een
revolte van veel kiezers tegen gevestigde bestuurspartijen en tegen
een overheid waarin de politiek steeds meer schuilgaat achter
technocratie en (semi-)professionalisering. De democratie worstelt met
drie problemen: een onontwarbare vermenging van verantwoordelijkheden,
een gebrek aan politieke idealen en politiek debat, en een sterk
toegenomen en nog onverwerkte etnische diversiteit. Deze problemen
doen zich voor op West-Europees, nationaal, maar vooral op lokaal
niveau. Van den Berg pleit voor eerherstel van politieke idealen en
een scherpere verdeling van verantwoordelijkheden in het openbaar
bestuur. Verder is hij een voorstander van meer aandacht voor het
politieke proces naast de trendy gerichtheid op resultaten. Dit
vereist volgens Van den Berg een ruimere vrijheid van handelen voor
het lokaal bestuur.
Cohen: een wereld te winnen
Ook burgemeester Cohen ziet het als verantwoordelijkheden van zowel de
politiek zelf als van overheidsorganisaties om de kloof tussen burgers
en politiek te dichten. Politici moeten meer luisteren naar burgers,
waartoe de lokale partijen en de LPF beter in staat zijn geweest dan
de traditionele partijen, en vervolgens politieke keuzen maken. Voor
een beter onderscheid tussen politiek en bestuur biedt de dualisering
het geschikte instrumentarium. Raadsleden formuleren politieke
voorstellen en leggen die aan de bestuurders voor. Cohen ziet verder
kansen tot verbetering van de topfitte overheidsorganisatie om een
groter draagvlak voor het gekozen beleid te creëren. Het gaat daarbij
om voorlichting, dienstverlening en hulpvaardigheid. De bereidheid tot
fundamentele veranderingen van de overheidsorganisatie en cultuur is
noodzakelijk om te komen tot werkelijke interactie met de burgers. De
brug tussen burgers en politiek, gebouwd met duidelijk politieke
keuzes en professionele dienstverlening, zal echter altijd onderhoud
behoeven, aldus Cohen.
Kapitanova: veranderen van individu naar burger om actief deel te
nemen aan democratisch proces
De Bulgaarse collega van Van den Berg, Ginka Kapitanova memoreerde het
wordingsproces van de democratie in Oost-Europa, met name in
Bulgarije. De decentralisatie is niet alleen een politiek proces, maar
ook een culturele revolutie. De burgers zijn ernstig teleurgesteld in
het tempo en de resultaten van dat proces. Het vertrouwen in parlement
en overheden is kleiner dan het vertrouwen in kerk, leger en
universiteiten. De behoefte tot aansluiting bij de standaarden van de
Europese Unie, bijvoorbeeld op het gebied van milieu, is daarbij een
complicerende factor. Zij ziet de huidige uitdagingen om de crisis in
vertrouwen tussen de burgers en de politiek het hoofd te bieden
geconcentreerd op vier gebieden: het slechten van grenzen tussen de
sociale netwerken, bestendigen van de principes van representatie en
legitimiteit, de openbare interactie en het functioneren van het
politieke systeem. Volgens Kapitanova moet het lokaal bestuur vooral
werken aan zijn vermogen om verantwoordelijke keuzen te maken. Burgers
hebben kennis en vaardigheden nodig om vanuit hun positie te kunnen
bijdragen aan het beleid dat zij sociaal en economische wenselijk
achten.
Den Haag, 24 september 2002