PERSMEDEDELING VAN HET KABINET VAN MINISTER MIEKE VOGELS VLAAMS
MINISTER VAN WELZIJN, GEZONDHEID, GELIJKE KANSEN en ONTWIKKELINGSSAMENWERKING 24 september 2002
Minister Vogels: 'Ik ga voor kwaliteitsvolle ouderenvoorzieningen'
Iedereen is het erover eens dat ouderen die zorg nodig
hebben zo lang mogelijk in een hun vertrouwde
thuissituatie verzorgd moeten worden. Minister Vogels
heeft binnen haar eigen bevoegdheidsdomeinen een aantal
maatregelen genomen om dat ook waar te maken; denken we
maar aan de Vlaamse Zorgverzekering en het gevoelig
optrekken van het aantal gesubsidieerde uren in de
thuiszorg en het ondersteunen van de verenigingen voor
mantelzorgers.
Wie toch naar een rusthuis, een dagcentrum of een
kortverblijf gaat, verwacht terecht dat de verzorging
kwaliteitsvol is en dat de instelling in kwestie
aangepast is aan de hedendaagse normen van hygiëne en
kwaliteit.
'Geen gedoogbeleid meer'
Minister Vogels is bevoegd voor het erkennen van de
Vlaamse rusthuizen en kijkt via de inspectie van de
Vlaamse gemeenschap toe op het naleven van de gestelde
kwaliteitseisen. Federaal minister Vandenbroucke staat,
via het RIZIV, in voor de gedeeltelijke financiering van
de rusthuizen en, via de RSZ, voor de controle op de
betaling van hun sociale bijdragen.
Het overgrote deel van de Vlaamse instellingen in de
ouderenzorg levert goed werk. Het weze hier duidelijk
onderstreept. Toch zijn er een aantal voorzieningen die
ofwel kampen met serieuze financiële problemen ofwel niet
in orde zijn met de gestelde kwaliteitsnormen. Of een
combinatie van beide. Geschat wordt dat het gaat om een
getal tussen de 300 en 500 van de totale 60.000
woongelegenheden in de Vlaamse ouderenzorg. In procenten
uitgedrukt: tussen de 0,5 en 0,8 procent.
In het verleden werden de gebrekkig functioneerde rusthuizen redelijk gerust gelaten. Er werd wel gedreigd met het intrekken van de erkenning, maar in de praktijk kregen de 'overtreders' heel wat respijt om alsnog hun werking bij te stellen. Dat gebeurde niet altijd, of stelde de inspectie vast dat na een korte periode van beterschap de oude 'slechte' gewoonten terugkwamen.
Maar omdat voor minister Vogels de levenskwaliteit van de
ouderen prioritair is en dat misbruiken echt niet kunnen,
wil ze hier een krachtig signaal geven. Sinds enkele
maanden kijkt minister Vogels, samen met de
administratie, strenger toe op het verlengen en het geven
van erkenningen. Daarmee wordt in feite afgestapt van het
vroegere gedoogbeleid. Minister Vogels beklemtoont dat de
wettelijke procedures sowieso gevolgd worden bij het niet
verlengen van erkenningen en dat er dus
beroepsmogelijkheden zijn.
Op termijn zijn sluitingen van rusthuizen wellicht niet
te vermijden. In dat geval wordt iedere sluiting begeleid
door een commissie met vertegenwoordigers van de
administratie, het plaatselijke OCMW, de burgemeester en
zijn sociale diensten.
Zo veel als mogelijk wordt uitgezocht naar oplossingen
binnen de regio. Een oplossing kan zijn dat een andere
instelling of voorziening de uitbating en de erkenning
overneemt, of dat de ouderen in andere voorzieningen in
de buurt terecht kunnen. De minister is er zich van
bewust dat kant en klare oplossingen niet altijd meteen
voorhanden zijn en dat daarom soms tijdelijke (en niet
altijd de meest ideale) maatregelen genomen moeten
worden.
De minister beklemtoont dat er voortdurend overleg is
daarover met de koepels van de voorzieningen (VVI, VVSG,
FOS.) en met het OOK (het Ouderen Overleg Komite) die de
minister principieel steunen in haar aanpak en waarmee
constructief op het terrein wordt samengewerkt.
'Inhaalbeweging voor de bouw van kwaliteitsvolle
ouderenvoorzieningen'
Eén aspect van de kwaliteit bij rusthuizen is natuurlijk
het gebouw zelf. Een aangename, ruime en modern ogende
omgeving draagt al veel bij tot de kwaliteit. Veel
instellingen in problemen kampen daarmee. Vandaar dat
minister Vogels tijdens de recente begrotingsbesprekingen
geijverd heeft voor een inhaalbeweging voor de bouw van
ouderenvoorzieningen.
De Vlaamse overheid subsidieert, via VIPA, gedeeltelijk
de bouw van ouderenvoorzieningen die uitgebaat worden
door vzw's of de openbare sector. De puur commerciële
initiatiefnemers hebben geen toegang tot de VIPA-
subsidies.
In de begrotingscontrole van 2002 was al een extra
krediet ingeschreven van 6,25 miljoen euro. Daar is nu
via het FFEU nog eens 37,5 miljoen euro bijgekomen.
Daarmee kunnen samen 840 nieuwe woongelegenheden
gecreëerd worden, naast de 1.000 die sowieso al gepland
waren. (zie ook bijlage van wat er in de pijplijn zit
voor dit en volgend jaar)
'Federaal moet nu ook inspanning leveren'
Bakstenen is één zaak. De financiering van personeel een
ander. Soms wordt opgemerkt dat voorzieningen het niet
makkelijk hebben omdat ze door de overheid te weinig
financieel worden ondersteund.
Minister Vogels steunt volop de vraag van federale
collega Frank Vandenbroucke om in de federale begroting
meer geld uit te trekken voor de ouderenzorg en het
Vlaamse voorbeeld te volgen om ouderenzorg prioritair te
stellen.
De factuur voor de rusthuisbewoner moet omlaag - de
Vlaamse overheid doet via de zorgverzekering hier
inspanningen met een jaarlijkse zorgpremie van 1.500 euro
per jaar voor alle rusthuisbewoners - en tergelijkertijd
moeten de voorzieningen meer financiële ademruimte
krijgen.
'Eerste Vlaams geld voor financiering personeel
rusthuizen'
Alhoewel strikt genomen de financiering een federale
aangelegenheid is, kan Vlaanderen indien ze dat wil ook
een financieringsstroom invoeren. Dat zal voor het eerst
gebeuren vanaf 2003. Dat is een echte primeur. Minister
Vogels heeft op haar begroting 2003 27.500.000 euro
uitgetrokken om de zogeheten animatiefunctie te
ondersteunen.
De animatiefunctie is een verplichte kwaliteitsvraag
vanuit de Vlaamse overheid, waar totnutoe geen
financiering tegenover stond. De animator moet - in
tegenstelling tot het woord misschien oproept - niet
zorgen voor de pannenkoekennamiddag of de kaartdag in het
rusthuis. Wel moet hij of zij de ombouw van het
'klassiek' rusthuis naar een vernieuwd woon- en
zorgcentrum waarmaken en dat proces begeleiden. Per
vijftig bewoners moet er nu een halftijdse animator in
dienst zijn.
De financieringsstroom voor de animatiefunctie is een van
de speerpunten van het nieuwe zorgdecreet dat eerstdaags
met de sociale partners (koepels en vakbonden) wordt
besproken en dat tegen het eind van het jaar aan de
regering wordt voorgelegd.
In het zorgdecreet wordt het vernieuwde ouderenbeleid,
zoals uitgewerkt in werkgroepen de voorbije twee jaar,
structureel vastgelegd. Centraal uitgangspunt is dat de
zorg naar de mensen toe moet gaan en niet langer dat de
mensen naar de zorg moeten komen. Dus zorg op maat,
flexibele woonvormen en lokale dienstencentra.
Ook het versterken en ondersteunen van de gebruiker en de ouderenverenigingen is een ander belangrijk uitgangspunt.
Kwaliteit staat voorop. In het nieuwe decreet worden
daarom ook nieuwe instrumenten voorzien om zoveel
mogelijk wantoestanden in de sector te vermijden. En hier
zijn we terug bij het begin van het verhaal. Zo wordt ook
de managementsfunctie in een voorziening verder
ondersteund.
Naast het dreigen met het intrekken van de erkenning, als
stok achter de deur, kan er ook een systeem van
administratieve boetes voorzien worden, als blijkt dat er
geen gevolg gegeven wordt aan de gevraagde
kwaliteitsnormen. Het geld van de boetes kan dan in een
soort fonds gestort worden, waarmee in noodsituaties
sluitingen beter opgevangen kunnen worden.
info : Sylvie Fabré, woordvoerster van
minister Vogels - tel. (02) 553 24 11
e-mail: persdienst.vogels@vlaanderen.be
www.miekevogels.be