Afstemming ruimtelijke ontwikkelingen langs Midden Waal levert kansen
voor riviernatuur
KU Nijmegen ontwikkelt ecologische gereedschapskist voor
inrichtingsplannen rivierengebied
De KU Nijmegen heeft een ecologische gereedschapskist ontwikkeld voor
integrale effectvoorspelling en -beoordeling van inrichtingsplannen
voor het rivierengebied. De toekomstverkenningen en
voorspellingsmodellen staan beschreven in een boek over de toepassing
van geografische informatie systemen en afstandsdetectie methoden in
rivier studies. Dit boek is door dr. Rob Leuven van de afd.
Milieukunde op 24 september 2002 gepresenteerd tijdens de feestelijke
opening van de helpdesk geoinformatiekunde van de Katholieke
Universiteit Nijmegen.
Toekomstverkenningen van Katholieke Universiteit Nijmegen tonen dat
het landgebruik in de uiterwaarden langs de Midden Waal sterk gaat
veranderen. Het landbouwareaal zal over de periode 1996-2025
waarschijnlijk halveren. Naast de plannen voor nieuwe riviernatuur op
landbouwgronden liggen ook talrijke plannen op tafel voor de aanleg
van nieuwe infrastructuur in uiterwaarden, zoals grootschalige
baggerdepots, bruggen, overnachtingshavens en overslagfaciliteiten
voor grondstoffen en goederen.
Het Midden Waalgebied is voor flora en fauna van grote internationale
betekenis en verbindt twee kerngebieden van de ecologische
infrastructuur in Nederland, namelijk de Gelderse Poort en Fort Sint
Andries. De plannen voor natuurontwikkeling en nieuwe infrastructuur
zijn daarentegen grotendeels onafhankelijk van elkaar ontwikkeld en
doorlopen allemaal hun eigen planprocedures, zoals
bestemmingsplanwijzigingen en milieueffectrapportages.
Nieuwe infrastructuur niet per se bedreiging
Uit het Nijmeegse onderzoek blijkt nu dat de plannen voor nieuwe
infrastructuur niet per definitie een bedreiging vormen voor de
karakteristieke planten en dieren van het rivierengebied. De analyses
van verschillende toekomstscenarios bevestigen dat de som der plannen
ook kansen kan bieden voor de riviernatuur. De toekomstige
natuurkwaliteit langs de Midden Waal blijkt sterk afhankelijk te zijn
van de keuze van de locatie- en inrichtingsalternatieven voor de
nieuwe infrastructuur en natuurgebieden. Daarbij spelen tevens de
uitvoering van natuurcompensatie voor nieuwe infrastructuur en de
aanpak van de bodemvervuiling een belangrijke rol. De uiterwaarden
zijn in het verleden door de afzetting van verontreinigd rivierslib
ernstig vervuild met metalen en microverontreinigingen. In grote delen
van uiterwaarden is de huidige bodemkwaliteit nog steeds een
beperkende factor voor volledig herstel van de riviernatuur. Vooral
dieren hoog in de voedselketen (zoals spitsmuizen en steenuilen) lopen
grote risico's door stapeling van vervuiling via hun prooidieren. Door
selectieve afgraving van ernstig verontreinigde bodems bij
uiterwaardverlaging (hoogwaterbestrijding in het kader van Ruimte voor
de Rivier beleid) en uitgekiende ontwerpen voor de ruimtelijke
ontwikkelingen in het Midden Waalgebied kunnen de kansen voor
riviernatuur aanzienlijk toenemen. Voor een optimale ontwikkeling van
de riviernatuur dienen ook de verbindingen met binnendijkse
natuurgebieden te worden versterkt. Deze staan momenteel sterk onder
druk als gevolg van intensivering van de landbouw en urbanisatie.
De overheid moet een integrale visie ontwikkelen voor de inrichting
van het gehele Midden Waalgebied en daarin vooral ook afrekenbare
doelen stellen voor de bescherming en ontwikkeling van riviernatuur.
Alle individuele plannen kunnen vervolgens aan deze doelstellingen
worden getoetst.
24-9-2002