Centrale Raad van Beroep Utrecht
Brief waarin mogelijkheden worden genoemd de verschuldigde bedragen te
voldoen is geen besluit in de zin van de Awb
Bron: Centrale Raad van Beroep Utrecht
Datum actualiteit: 12-09-2002
De Raad is van oordeel dat de brief van 24 december 1998 niet gericht
is op enig definitief, zelfstandig rechtsgevolg, zodat deze brief niet
als een besluit in de zin van art. 1:3 van de Awb kan worden
aangemerkt. Met de brief is beoogd om betrokkene erop te wijzen welke
mogelijkheden voor hem open staan om de verschuldigde bedragen te
voldoen. Het rechtsgevolg gericht op de verplichting tot terugbetaling
is reeds in werking getreden door de eerder genomen terugvorderings-
en boetebesluiten. De brief is ook geen invorderingsbesluit omdat
eerst nog de gelegenheid wordt geboden een terugbetalingsregeling
overeen te komen, en bij het uitblijven van een regeling, eerst nog
onderzoek naar de hoogte van de beslagvrije voet ter bepaling van de
aflossingscapaciteit dient te worden gedaan.
Ga naar betreffende uitspraak met nummer: AE7074
(Zie het originele bericht)