AOb-voorzitter Walter Dresscher: onderwijs gaat zwaar cao-seizoen
tegemoet
Dit is confettibeleid: het lijkt heel wat, maar wat overblijft is
rommel.
Het onderwijs koerst aan op een zwaar cao-seizoen, omdat het bod van
de overheid van 2,5 procent veel te laag is om het leraarsberoep
aantrekkelijker te maken. Wie denkt dat het lerarentekort is op te
lossen zonder te investeren in mensen en scholen, loopt net als Paars
II achter de feiten aan, zegt voorzitter Walter Dresscher van de
Algemene Onderwijsbond op de bijeenkomst voor kaderleden in Utrecht.
Hij karakteriseert de plannen van het kabinet Balkenende als
confettibeleid. Het lijkt heel wat als je het in de lucht gooit, maar
als het neerdaalt is het gewoon rommel.
De AOb is buitengewoon bitter over het gebrek aan
onderwijsinvesteringen in het strategisch akkoord van de nieuwe
coalitie, omdat een goed financieel onderbouwd meerjarenplan
ontbreekt. Volgens Dresscher is zon investeringsplan nodig om het
beroep aantrekkelijker te maken en de tekorten aan personeel op te
lossen. Juist in een recessie zou de overheid moeten blijven
investeren in kennis, is zijn standpunt. Nu dat ontbreekt, koerst het
kabinet aan op een vertrouwensbreuk tussen onderwijs en overheid.
Het opnieuw uitblijven van een goed voorstel - Paars II beloofde al
dat er een meerjaren investeringsplan zou komen stemt het onderwijs
bitter. Hermans is nooit veel verder dan een toekomstschets en vage
financiële voorstellen. Ook de financiering van goede investeringen,
zoals Kennisnet heeft het vorige kabinet slecht geregeld. Die blijkt
nu de houdbaarheid van een pak melk niet te overschrijden, merkt
Dresscher op.
Een nieuw probleem dat Dresscher ziet aankomen is een veldslag om het
loon in het onderwijs Op 31 december 2003 loopt de huidige cao af, een
cao waarin naar aanleiding van het rapport Van Rijn een deel van de
salarisachterstand van leraren is ingelopen. Het kabinet Balkenende
dicteert nu een loonstijging van maximaal 2,5 procent voor de
collectieve sector. En dat terwijl de inflatie vermoedelijk uitkomt op
3,25 procent, het spaarloon wordt afgeschaft en de pensioenpremies
stijgen. Leraren kunnen rekenen op een forse aanslag op de koopkracht.
Dat maakt het beroep niet aantrekkelijker, waardoor Dresscher
concludeert: los van deze acties, gaan wij een zwaar, zeer zwaar
cao-seizoen in.
Woensdag 11 september 19.30 bijeenkomst kaderleden Algemene
Onderwijsbond:
Hoofdkantoor AOb
Jaarbeursplein 22
Utrecht
Utrecht 11 september 2002
Algemene Onderwijsbond