IP/02/1282
Brussel, 10 september 2002
De Commissie richt een groep op hoog niveau op voor waterstof- en
brandstofceltechnologie
Tijdens een bezoek aan het centrum voor onderzoek in Jülich
(Duitsland) heeft de commissaris voor onderzoek van de EU, Philippe
Busquin, aangekondigd dat binnenkort een groep op hoog niveau wordt
opgericht voor waterstof. Waterstof is de schone energiebron van de
eenentwintigste eeuw: de komende twintig jaar kan waterstof de
brandstof worden voor onze auto's en centrales en alle mogelijke
bronnen van elektriciteit te vervangen, van batterijen voor mobiele
telefoons tot motoren voor autobussen. De groep moet een bijdrage
leveren aan de ontwikkeling en het gebruik van waterstof- en
brandstofceltechnologie. De groep zal worden samengesteld uit
leidinggevende vertegenwoordigers van Europese onderzoekcentra,
producenten van brandstofcelsystemen en -componenten, energie- en
nutsbedrijven, autofabrikanten en openbaar-vervoersbedrijven. De groep
zal onderzoeken welke rol deze technologieën kunnen spelen in een
"nieuw energietijdperk", teneinde op EU-niveau een consistente
strategie voor waterstoftechnologie uit te stippelen die in een
industrieel platform voor waterstof zou kunnen resulteren.
Brandstofcellen voor auto's en stationaire energieopwekking, die met
waterstof worden gevoed, veroorzaken geen emissies, afgezien van
waterdamp. Hiermee zullen de externe kosten worden verlaagd, zal
duurzame ontwikkeling worden bevorderd en zal nieuwe hoogwaardige
werkgelegenheid worden gecreëerd.
"Waterstof luidt een revolutie in in de wijze waarop energie kan
worden geproduceerd en opgeslagen", aldus Commissaris Busquin. "Tot
dusverre zijn wij in de "fossiele brandstoffenmaatschappij" op zoek
geweest naar een evenwicht tussen de noodzaak economische groei te
bevorderen en er tegelijkertijd voor te zorgen dat dit tot zo min
mogelijk milieu-effecten leidt. Aan deze tegenstrijdige situatie zal
een einde komen dank zij het grootschalige gebruik van waterstof als
energiedrager. De lidstaten en de industrie kunnen deze revolutie
echter niet alleen realiseren: de inspanningen en de middelen zijn
versnipperd en de kosten zijn buitengewoon hoog. Om de verschillende
initiatieven te stroomlijnen en op coherente wijze samen te brengen,
is een grote inspanning op EU-niveau nodig. De groep op hoog niveau
zal ons helpen deze ambitieuze doelstelling te bereiken".
Waterstof kan net als benzine of aardgas rechtstreeks in
verbrandingsprocessen worden gebruikt. Brandstofcellen zijn echter de
meest veelbelovende technologie voor het gebruik van waterstof voor de
opwekking van energie in de meest uiteenlopende eindtoepassingen van
energie. Waterstof kan worden gewonnen uit veel primaire
energiebronnen: door fossiele of biobrandstoffen te behandelen of door
de elektrolyse van water met elektriciteit die is opgewekt met
duurzame energiebronnen zoals zon, wind, golfslag of getijden.
Waterstof kan dan ook de overgang mogelijk maken van een op fossiele
brandstoffen gebaseerde energiehuishouding naar een die meer gebaseerd
is op duurzame energiebronnen.
Op dit ogenblik zijn waterstoftechnologieën nog duur. Er is geen
distributie-infrastructuur vergelijkbaar met die voor fossiele
brandstoffen. Waterstof wordt op dit ogenblik routinematig voor veel
industriële procédés gebruikt. Het gebruik van waterstof als brandstof
betrof tot dusverre voornamelijk toepassingen in de lucht- en
ruimtevaart (raketten). Thans worden er echter elektrische auto's met
brandstofcellen ontwikkeld evenals systemen voor de productie van
warmte en kracht. Grootschalige elektriciteitscentrales zijn de
volgende stap. In de toekomst zijn met waterstof aangedreven
vliegtuigen, treinen en schepen denkbaar.
Om van de huidige op fossiele brandstoffen gebaseerde
energiehuishouding over te schakelen op een die is gebaseerd op
waterstof en elektriciteit als energiedragers, moeten uitvoerbare
omschakelingsstrategieën worden uitgewerkt. De pas opgerichte groep op
hoog niveau zal zich met deze en andere belangrijke kwesties die
essentieel zijn voor de commerciële invoering van de brandstofcellen,
bezighouden.
Het belang van waterstof en brandstofcellen vloeit voort uit hun
potentieel voor duurzame ontwikkeling(1)
. Zonder speciale maatregelen zal de afhankelijkheid van de EU van
ingevoerde olie tegen 2020 volgens schattingen tot 90% zijn gestegen
(momenteel bedraagt deze 50%). De continuïteit van de primaire
energievoorziening is dan ook een belangrijk aandachtspunt. De groei
van het eindgebruik van energie is het sterkst in het vervoer met een
verwachte stijging van 16% tot 2010. Bovendien is het wegverkeer
verantwoordelijk voor bijna 25% van de CO2-emissies die bijdragen tot
de wereldwijde klimaatverandering.
De verbranding van fossiele brandstoffen voor het vervoer en voor de
opwekking van elektriciteit leidt ook tot de uitstoot van schadelijke
stoffen zoals koolmonoxide, onverbrande koolwaterstoffen en zwevende
deeltjes. De EU heeft een aantal politieke initiatieven ondernomen om
deze problemen aan te pakken. In het kader van het Protocol van Kyoto
heeft de EU zich ertoe verbonden tegen 2008-2012 de emissie van
broeikasgassen te verlagen met 8% ten opzichte van 1990. Andere
voorgenomen maatregelen betreffen een verdubbeling van het aandeel van
duurzame energie van 6% nu tot 12% in 2010, waardoor het belang van
waterstof als energiedrager nog eens wordt benadrukt.
Momenteel is de opbouw van waterstof- en brandstofceltechnologie in de
EU versnipperd en vormt deze een afspiegeling van regionale of
nationale omstandigheden. De totale overheidsfinanciering in de EU
voor onderzoek op dit gebied wordt geraamd op 50-60 miljoen euro per
jaar, eenderde van die in de VS en een kwart van die in Japan. Er is
dan ook een EU-strategie voor technologisch onderzoek van
brandstofcellen en waterstof nodig om een kritische massa te bereiken
en de doelmatigheid van de overheidsfinanciering in de EU te
verbeteren. Het onderzoekcentrum in Jülich is een van de belangrijke
spelers op dit gebied in de EU, met name bij de ontwikkeling van
hogetemperatuur vastoxide brandstofcellen (Solid Oxide Fuel Cells -
SOFC) en lagetemperatuur direct methanol brandstofcellen (Direct
Methanol Fuel Cells - DMFC). Het centrum neemt actief deel aan het
kaderprogramma voor onderzoek van de EU.
De groep op hoog niveau zal meewerken aan de oriëntering van de
strategische prioriteiten van het waterstofonderzoek in de EU. De
groep zal ook aanbevelingen doen voor omschakelingsstrategieën om
voldoende market pull te genereren om de nodige schaalgrootte te
bereiken om brandstofcellen tegen concurrerende prijzen te fabriceren.
Met name is een samenhangende onderzoekinspanning op EU-niveau nodig
om kwesties als het tanken van brandstof, veiligheid en normen te
onderzoeken. Naar verwachting zal de groep op hoog niveau met de
Commissie samenwerken aan het opstellen van een strategische
onderzoekagenda.
Meer informatie is te vinden op:
http://europa.eu.int/comm/research/energy/nn/nn_rt_hy3_en.htm
(1)
Duurzame ontwikkeling is ontwikkeling die aan de huidige behoeften
voldoet zonder afbreuk te doen aan het vermogen van toekomstige
generaties om in hun eigen behoeften te voorzien - Wereldcommissie
voor milieu en ontwikkeling (Brundtland Commissie), 1987.