Ingezonden persbericht

PERSBERICHT WOONBOND

Woonbond bepleit 'labelen' van huurwoningen
Jongeren verdienen grotere kans op een woning

De Nederlandse Woonbond is er voor om een deel van de vrijkomende huurwoningen te reserveren voor die groepen woningzoekenden die geen of weinig kans maken op de woningmarkt. Het zijn vooral starters en jongeren die het moeilijk hebben, maar ook woningzoekenden met een laag of middeninkomen hebben in veel gemeenten slechts een zeer kleine kans van slagen. Ook voor deze huishoudens kan het 'labelen' van woningen een oplossing vormen.

Uit onderzoek van het 'LBL expertisecentrum leeftijd en maatschappij' (LBL) blijkt dat het hanteren van leeftijd als belangrijk criterium bij de woonruimteverdeling discriminerend kan uitwerken. Vooral daar waar een deel van de woningen wordt gereserveerd voor bepaalde leeftijdscategorieën en er binnen die categorieën voorrang wordt gegeven aan de oudste woningzoekende. De Woonbond is evenals het LBL tegen het gebruik van leeftijd om een rangorde te bepalen, maar is niet tegen het gebruik van op leeftijd gebaseerde categorieën bij de toewijzing van huurwoningen. De Woonbond vindt dat specifiek omschreven doelgroepen voorrang moeten kunnen krijgen bij het toewijzen van bepaalde woningen. Seniorenwoningen moeten bijvoorbeeld met voorrang worden toegewezen aan ouderen, zeker in een gebied waar een groot tekort is aan geschikte woningen voor ouderen.

Anno 2002 wordt tachtig procent van de woningen verdeeld volgens het zogenaamde aanbod- of advertentiemodel. In dit model moet de woningzoekende reageren op woningen die in de woonkrant en/of op het internet worden aangeboden. Het LBL is van mening dat bij het aanbodmodel het meeste risico bestaat op leeftijdsdiscriminatie en bepleit het schrappen van alle criteria behalve inschrijvingsduur en woonduur. Ook het optiemodel zou volgens het LBL een goed alternatief zijn. In het optiemodel maken woningzoekenden hun voorkeur kenbaar voor een bepaald type woning in een bepaalde wijk waarna met moet wachten tot de woning van hun keuze vrijkomt. De Woonbond stelt daartegenover dat de belangrijkste oorzaak van de knelpunten bij de woonruimteverdeling niet het model is dat wordt gehanteerd, maar de schaarste die zich voordoet op de woningmarkt. Daarbij stelt de Woonbond vast dat leeftijd niet het enige criterium is dat in de praktijk wordt gehanteerd. Vaak worden er te veel criteria gehanteerd. In het algemeen gaat dat ten koste van de keuzemogelijkheden van woningzoekenden. Bovendien verschillen de gebruikte criteria per gemeente. Maar de tijd die een woningzoekende erover doet om een woning te vinden, blijkt niet afhankelijk te zijn van het model dat wordt gehanteerd om de woningen te verdelen.

De Woonbond bepleit de ontwikkeling van een landelijk gehanteerde en eenduidige beoordelingssystematiek, een meetlat om de werking van de verschillende woonruimteverdelingssystemen met de gehanteerde criteria onderling te kunnen vergelijken. Hierin moet de tevredenheid van de woningzoekende zeker worden meegenomen. De Woonbond neemt binnenkort initiatieven om in samenwerking met verhuurders en gemeenten een dergelijke meetlat te ontwikkelen.

U02.583
5 september 2002
Voor nadere informatie kunt u bellen met René van Genugten, tel. 020 5517736;
of Hans Roseboom, tel. 06 2246 5543.