Informatie voor de pers. Vrije Universiteit Amsterdam.
27/08/2002
---
Meteoroloog Hans Vugts presenteert Weerzien op de Wadden
Donderdag 5 september presenteert hoogleraar Meteorologie Hans Vugts zijn boek Weerzien op de Wadden. Hij overhandigt dan het eerste exemplaar aan weerman John Bernard. De uitgave van het boek en de bijeenkomst op de VU staan in het teken van dertig jaar klimaatonderzoek op Schiermonnikoog én van het (gedeeltelijke) afscheid van prof. dr. Vugts van de VU.
De weersgesteldheid op de Wadden is jarenlang een dankbaar en
fascinerend onderzoeksgebied. Het klimaat van het Waddengebied
verschilt van dat van het vaste land. Dat het op de waddeneilanden
minder hard vriest weten veel mensen wel. Dat de zon er relatief veel
schijnt is al minder bekend. Maar daarnaast zijn er heel veel andere
verschijnselen die typisch zijn voor het waddengebied. Ruim 130 jaar
geleden schreef A. Winkler Prins al: "De warmte is er meer bestendig
dan in het binnenland, omdat het water er zoowel de koude als de hitte
matigt. Het dorp is door de duinen tegen de gure noordenwinden
beschut. . Wie behoefte heeft aan droge hitte, kan zich deze in het
gloeijende duinzand in overvloed verschaffen".
Vanaf 1970 verrichtten Hans Vugts, zijn medewerkers en studenten in de
zomermaanden meteorologisch onderzoek in het Waddengebied: van Texel
tot Schiermonnikoog en ook in de Waddenzee zelf. Uitvalsbasis was
daarbij het VU-weerstation op Schiermonnikoog. Dat station kwam op
Schiermonnikoog, omdat de Vrije Universiteit daar een biologisch
veldlaboratorium had ingericht. Onderzoekers konden daar gemakkelijk
van de (logies)faciliteiten gebruik maken. Ter ondersteuning van de
diverse onderzoekingen, die verspreid over het eiland werden
uitgevoerd, werd in september 1971 een permanent (referentie)
weerstation ingericht op het Groene Glop.
In Weerzien op de Wadden, dat Vugts schreef met belangrijke
ondersteuning van het KNMI, belicht de auteur aan de hand van
temperatuur, neerslag, wind en zonneschijn alle aspecten van het weer
en klimaat. Daarnaast biedt het boek "uitstapjes" over de invloed van
een weerelement op mens, dier en landschap. De invloed is terug te
vinden in vrijwel alles wat we waarnemen: stuivend zand, vliegende
spinnen, windhozen, luchtspiegelingen. Het aardige van het boek is dat
het aan de ene kant een enorme bron van feitelijke informatie is, en
aan de andere kant probeert een antwoord te geven op allerlei curieuze
en minder curieuze vragen:
* Is het verstandig om een regenverzekering af te sluiten?
* Kunnen hurricanes Nederland bereiken?
* Zijn de zomers van de oneven jaren beter dan van de even jaren?
* Vind je aan het strand meer linker dan rechterhelften van
schelpen?
* Weerspreuken: waar of nietwaar?
* Is donderdag de natste dag van de week?
* Moet je harder lopen als het regent om minder nat te worden?
In de bijlagen van het boek staan tabellen waarmee iedereen zich een
goed beeld van het weer van de laatste eeuw kan vormen en verbaasd zal
staan over de wispelturigheid ervan.
Hans Vugts is sinds 1982 hoogleraar Meteorologie aan de Vrije
Universiteit en verrichtte in zijn lange loopbaan klimaatonderzoek in
Zweden, Duitland, Fiji-eilanden, Verenigde Staten, Botswana,
Frankrijk, Puerto Rico, Oostenrijk, IJsland, Groenland. In de laatste
drie landen werkte hij daarbij samen met de Utrechtse groep van het
Institute for Marine and Atmospheric Research Utrecht (IMAU) onder
leiding van professor Hans Oerlemans die in 2001 de NWO Spinoza-premie
kreeg.
Vugts studeerde Natuurkunde aan de Universiteit van Amsterdam en
promoveerde daar in 1971. Behalve over klimaatonderzoek publiceerde
hij over de haat-liefdeverhouding van de langeafstandsloper met het
klimaat, onder de titel De invloed van het weer op marathon
prestaties. In zijn vrije tijd is Vugts een gepassioneerd hardloper.
Zo was hij in de Veteranen 50+ klasse driemaal Nederlands kampioen op
de marathon. Verder liep hij ook afstanden van 61 km (de
Schipholloop), 85 km (Londen-Brighton) en de 100 km van Winschoten.