Den Haag, 4 september 2002
VRAGEN VAN HET LIDVAN HEEMST (PvdA) AAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN
EN KONINKRIJKSRELATIES EN AAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT
1. Hoeveel doden en zwaargewonden vallen er jaarlijks in het verkeer?
2. Welk deel daarvan is direct of indirect het gevolg van te hard
rijden?
3. Welke risico's zijn er verbonden aan het te hard rijden (met 10 of
20 kilometer) in de bebouwde kom?
4. Levert het te hard rijden met 10 of 20 kilometer gevaar op voor de
verkeersveiligheid? Zo neen, waarop stoelt uw opvatting?
5. Hoeveel politiecapaciteit is gemoeid met het constateren en
afwikkelen van te hard rijden met behulp van camera's?
6. Hoeveel tijd besteedt de politie aan het achtervolgen van auto's
waarmee 10 of 20 kilometer te hard wordt gereden? 1)
7. Besteedt de politie daaraan te veel tijd? Zo ja, waarom en met
hoeveel zou dat moeten worden teruggebracht?
8. Zijn mensen die 10 of 20 kilometer te hard rijden te beschouwen als
"een boef"? Zo neen, waarom niet? 2)
9. Vindt u "dat incasserende" (dat wil zeggen het incasseren van boetes
wegens te hard rijden) van de politie "irritant"? Zo ja, waarom? Zo neen,
waarom niet?
10. Beschouwt u te hard rijden als een vorm van "geweld op straat"? Zo
neen, waarom niet?
11. Wat vindt u van agenten die zeggen: ".....ik ben het ook zat....ik
zou ook iets anders willen....rijdt u maar door.? "
12. Bent u het gedrag van uw collega van Economische Zaken ook zat? En
zo neen, waarom niet?
1) Zie: het interview met de minister van Economische Zaken in het blad
Forum van deze week.
2) Zie: het interview met de minister van Economische Zaken in Trouw van 4
september j.l.