-
Zonder milieubeleid wordt het weer niet beter
20 augustus 2002
Goed of slecht weer op vakantie? Het lot beschikt. Of toch niet meer?
Maken we het weer nu ook al zelf? Is dit het moment om onder ogen te
zien dat de wateroverlast momenteel in Midden- en Oost-Europa, maar
ook extreme droogtes elders, meer is dan het noodlot?
GroenLinks europarlementarier Alexander de Roo en Tweede Kamerlid
Wijnand Duyvendak over de wereldwijde klimaatverandering in een
artikel dat 16 augustus in De Volkskrant verscheen.
Het is terecht dat we voorzichtig zijn met het trekken van
verstrekkende conclusies. Het weer, daar ging de mens niet over. Toch
horen we dezer dagen onze weermannen en -vrouwen steeds nadrukkelijker
zeggen dat wat we deze zomer zien, past in het beeld dat werd
voorspeld als effect van de opwarming van de aarde: extremer weer. Een
incidentele wolkbreuk is er nooit aan toe te schrijven, de nieuwe
patronen in het weer die langzaam zichtbaar worden, zo moeten we
vrezen, wèl. (En voor wie nog niet helemaal overtuigd is: is het niet
veel verstandiger in dit geval het zekere voor het onzekere te nemen?)
Alles wijst erop: de mens draagt verantwoordelijkheid voor
klimaatverandering. Dit roept de vraag op naar onze eigen
verantwoordelijkheid. Dat is lastig, want klimaatverandering is bij
uitstek het resultaat van een collectief proces, een optelsom van
miljarden en miljarden individuele keuzes, en dat ook nog eens
gedurende vele decennia. Als het waar is dat we samen het klimaat
beïnvloeden, hoe krijgen we er dan weer greep op? Is dit probleem niet
te groot? Is het niet gewoon weer een nieuw noodlot? Ruilen we de ene
machteloze situatie in voor de andere?
Zo somber hoeven we gelukkig niet te zijn.
We kunnen het tempo van de klimaatverandering vertragen, en op termijn
tot stilstand brengen. Dat was ruim een jaar geleden de optimistische
conclusie van een studie van het International Panel on Climate
Change, een comité van wetenschappers uit de hele wereld die in
opdracht van de Verenigde Naties onderzoek doet naar
klimaatverandering. Uitstoot van broeikasgassen is zeer fors te
beperken bij een politiek die grote besparing op energiegebruik
combineert met stimuleren van duurzame energie. Dat vergt
vanzelfsprekend gedurfde politieke keuzes, en grote inspanningen. De
kosten blijken overigens mee te vallen. In het wetenschappelijk
tijdschrift New Scientist dat 15 juni verscheen, berekenden twee
wetenschappers dat stabilisatie van broeikasgassen in de atmosfeer
betekent dat over een periode van een eeuw gemeten we dezelfde
economische groei pas over 102 jaar halen in plaats van over honderd
jaar. Tel daar nog eens bij op, dat ander milieubeleid, zoals
bestrijding van verzuring, meelift met het klimaatbeleid, en het
klimaatbeleid valt nog goedkoper uit. En hoe duur is niets doen wel
niet, als de gevolgen van het klimaatprobleem op termijn catastrofaal
blijken te zijn?
Een wereldwijde aanpak is noodzakelijk. Met het Kyoto-protocol zijn
hiervoor de eerste belangwekkende stappen gezet. Doelen zijn
internationaal vast te stellen, maatregelen zullen landen vooral zelf
dienen te nemen.
En in Nederland is nog heel veel te doen. Na acht jaar Paars slaat
Nederland wat betreft duurzame opwekking van energie een modderfiguur.
We zijn in de achterhoede van Europa beland. Het was in de nadagen van
Jan Pronks ministerschap al zeer de vraag of Nederland de Kyoto-doelen
wel zou halen, zelfs nadat een hele serie kunstgrepen was toegepast.
Het kabinet-Balkenende heeft nu iedere ambitie op dit terrein laten
varen. Plichtmatig wordt lippendienst bewezen aan de Kyoto-afspraken,
om vervolgens alle plannen zorgvuldig om zeep te helpen. Bij duurzame
energie is er geen sprake van stagnatie van beleid maar van
regelrechte afbraak: er wordt voor honderden miljoenen euros bezuinigd
op stimuleringsmaatregelen voor groene stroom. En dat terwijl in zeer
korte tijd al meer dan een miljoen Nederlandse huishoudens voor deze
duurzame energie had gekozen.
Investeren in energiebesparing en duurzaam energiegebruik wordt niet
langer gestimuleerd omdat de aftrek voor groen beleggen fors wordt
beperkt. Uitstoot van broeikasgassen door het autoverkeer zal fors
doorgroeien nu het autorijden goedkoper wordt door afschaffing van het
'kwartje van Kok', en door het afzien van een kilometerheffing.
Afbraak van klimaatbeleid, waar vernieuwing en een extra impuls
broodnodig zijn.
Dit alles is zeer verontrustend en onverantwoordelijk, ook in het
licht van de recente gebeurtenissen. Het is niet toevallig dat in
Duitsland dezer dagen een publieke discussie oplaait en de
tegenovergestelde vraag opkomt: moeten we geen extra maatregelen nemen
opdat de uitstoot van broeikasgassen méér beperkt wordt?
Het kabinet-Balkenende zegt in het strategisch akkoord over zijn milieubeleid: Doelstellingen op dit terrein zullen vooral gerealiseerd moeten worden door aan te sluiten bij maatschappelijke ontwikkelingen, niet door daar tegenin te gaan. Dit is veel te makkelijk. De maatschappelijke ontwikkeling van een voortdurende en eindeloze groei van de mobiliteit, bijvoorbeeld, zullen we moeten beperken willen we wat doen aan de klimaatverandering. Het kabinet-Balkenende miskent dat het bij klimaatbeleid primair gaat om het stellen van grenzen, en daarmee om het maken van politieke keuzes. Dat betekent: met sommige maatschappelijke ontwikkelingen meebuigen, maar andere ombuigen.
Wijnand Duyvendak is lid van de Tweede Kamer voor GroenLinks Alexander de Roo is lid van het Europees Parlement voor GroenLinks
-
Meer weten? E-mail info@groenlinks.nl