Rechtbank Leeuwarden



De bouw van 300 tijdelijke studenteneenheden nabij het Rengerspark kan doorgaan (gemeente Leeuwarden)

Bron: Rechtbank Leeuwarden

Datum actualiteit: 15-08-2002

De gemeente Leeuwarden heeft op 2 juli 2002 een tijdelijke vrijstelling verleend voor de duur van 5 jaar voor de bouw van 300 tijdelijke studenteneenheden. De bouw is gesitueerd in een groen gebied nabij het Rengerspark in Leeuwarden.

Tegen de bouwvergunning annex vrijstelling is bezwaar gemaakt door elf buurtbewoners. Hangende het bezwaarschrift hebben de buurtbewoners de voorzieningenrechter van de rechtbank Leeuwarden, sector bestuursrecht, gevraagd om de bouw stil te leggen.

In zijn uitspraak van 15 augustus 2002 heeft de voorzieningenrechter dit verzoek afgewezen. De rechter is van mening dat de gemeente terecht meer belang heeft gehecht aan het oplossen van huisvestingsproblemen voor studenten dan aan het belang van de buurtbewoners bij ongestoorde handhaving van hun woon- en leefomgeving. Daarbij heeft de rechter in aanmerking genomen dat het om een tijdelijke aantasting gaat, terwijl de krapte op de huizenmarkt voor studenten dringend om ingrijpen van gemeentewege vraagt. De tijdelijkheid van de studentenwoningen is naar de mening van de bestuursrechter voldoende gewaarborgd door een overeenkomst tussen de Corporatieholding Friesland en de gemeente, waarin duidelijk staat dat de gebouwen na 5 jaar op straffe van een dwangsom moeten worden verwijderd, terwijl de gemeente in de tussentijd de bouw van permanente studentenwoningen op een andere locatie planologisch mogelijk zal maken.

Verder heeft de gemeente volgens de rechter overtuigend aangetoond dat de locatie voor de bouw niet valt binnen de schenking van mr. W.J. van Welderen baron Rengers uit 1903. Dat de gebouwen volgens de welstandscommissie Hus en Hiem "uitblinken in lelijkheid" heeft ook niet geleid tot een schorsing van de bouwvergunning. De kritiek van Hus en Hiem kan eenvoudig worden ondervangen door een goede kleurstelling, zodat de rechter er van uitgaat dat in de bezwaarprocedure komt vast te staan dat er een positief welstandsadvies is. Volgens de gemeente is dat advies er al, maar dit stuk is tijdens de zitting geweigerd omdat het door de gemeente te laat was ingediend.

De uitspraak heeft als gevolg dat de bouw van de studentenwoningen kan doorgaan. De gemeente moet zich nog uitspreken over de bezwaarschriften die door de buurtbewoners zijn ingediend, waarbij het nog niet zeker is of iedereen die tegen de bouw heeft geageerd, wel als belanghebbende kan worden aangemerkt. De rechter is hier overheen gestapt, aangezien ten minste een van de betrokkenen rechtstreeks zicht heeft op de gebouwen en dus naar verwachting wel als belanghebbende heeft te gelden.