Vereniging van Afvalverwerkers

Utrecht, 2 augustus 2002

Rem op groei duurzame energie uit afvalverbranding door kabinetsbesluit

Tot teleurstelling van de Vereniging van Afvalverwerkers (VVAV) heeft het kabinet de financiële steun voor energie uit afval via de REB-regeling niet verlengd. Er is nog geen alternatieve stimuleringsregeling beschikbaar waardoor belangrijke projecten om de energie-opbrengst uit afvalverbranding te vergroten, vertraging oplopen. De doelstelling om in 2020 tien procent van de energie op te wekken uit duurzame energiebronnen, wordt hierdoor nog moeilijker haalbaar. De elf afvalverbrandingsinstallaties (AVI's) in Nederland leveren momenteel éénderde van de totale hoeveelheid duurzame energie in Nederland.

Drie jaar geleden sloten de AVI's, verenigd in VEREBA (Vereniging Regulerende Energie Belasting AVI's), een convenant met de overheid om de energieproductie uit afvalverbranding met 23 procent te verhogen. De AVI's ontvingen hiervoor vanaf 1 augustus 1999 per geleverde kilowattuur een vergoeding uit de Regulerende Energiebelasting (REB). Vandaag is het convenant afgelopen. Voormalig minister Jorritsma stelde een verlenging van het convenant afhankelijk van de resultaten, maar het kabinet heeft vooruitlopend daarop besloten het convenant niet te verlengen. Hoewel het kabinet plannen heeft om de productie van duurzame energie uit afval op een andere manier te stimuleren, dreigen geplande energieprojecten door de discontinuïteit opgeschort of geschrapt te worden.

De AVI's leveren een belangrijke bijdrage aan de duurzame energievoorziening in Nederland. Uit circa 5 miljoen ton afval produceren zij 28 PetaJoules (PJ) energie. Dit is voldoende elektriciteit voor ruim een miljoen huishoudens. Naast elektriciteit zetten AVI's warmte af naar woningen en bedrijven. De convenantdoelstelling van 23 procent energieverhoging wordt door de AVI's gehaald. Door afzet van de warmte, uitbreiding van bestaande AVI's en het bouwen van nieuwe installaties zou er de komende jaren nog eens 16 PJ extra geproduceerd kunnen worden. De totale energie-opbrengst uit afval kan daarmee stijgen tot 44 PJ. Maar hiervoor is financiële stimulering van de overheid noodzakelijk. Het opwekken van energie uit afval is financieel niet rendabel; de opbrengst uit de verkoop van de elektriciteit dekt de kosten maar voor een gedeelte. Zowel in het Landelijk Afvalbeheerplan (LAP) als in het Energierapport, neemt een toename van de energie uit afval een belangrijke plaats in. De geloofwaardigheid van deze plannen is in het geding als het kabinet in de Rijksbegroting voor volgend jaar onvoldoende geld uittrekt voor het stimuleren van energie-opwekking uit afval.

Vereniging van Afvalverwerkers