ERNST AND YOUNG
Aantal winstwaarschuwingen neemt af......
Kwartaalonderzoek Ernst & Young wijst uit
Aantal winstwaarschuwingen neemt af, maar
onzekerheid bij bedrijven en beleggers blijft
ROTTERDAM, 2 AUGUSTUS 2002 Bedrijven gaven in het tweede kwartaal van
2002 minder winstwaarschuwingen af. Maar tegelijkertijd blijkt uit het
aantal winstprognoses dat bestuurders terughoudend zijn bij het geven
van een verwachting. Bij beleggers heerst meer onzekerheid, want de
gemiddelde koersval na een winstwaarschuwing loopt weer op. Dit blijkt
uit het kwartaalonderzoek van Ernst & Young naar winstwaarschuwingen
door Nederlandse bedrijven en de gevolgen daarvan.
In het tweede kwartaal van 2002 gaven 12 bedrijven, evenwichtig verdeeld over de verschillende sectoren, een winstwaarschuwing af. Zeven daarvan hebben betrekking op het gehele jaar, vier op de eerste zes maanden en één op het eerste kwartaal. Van deze 12 bedrijven zijn er zeven genoteerd aan de AEX of Midkap. Opmerkelijk is dat de IT industrie in het tweede kwartaal géén winstwaarschuwingen liet horen. In het eerste kwartaal van 2002 waren dat er nog negen.
In vergelijking met het eerste kwartaal van 2001 daalde het absolute
aantal winstwaarschuwingen, van 20 naar 12. Ook de stijging van het
eerste kwartaal naar het tweede kwartaal van 2002 was minder sterk dan
de stijging van het eerste kwartaal naar het tweede kwartaal van 2001.
Toen gaven zes bedrijven een waarschuwing in het eerste kwartaal en
twintig bedrijven in het tweede kwartaal om uiteindelijk te pieken met
41 waarschuwingen in het vierde kwartaal.
De verklaring voor het terugvallen van het aantal winstwaarschuwingen
is volgens Geert-Jan van Logtestijn, partner bij Ernst & Young
Corporate Finance, tweeledig. Enerzijds kunnen bedrijven een betere
inschatting van hun markt maken. Schokeffecten als gevolg van
gebeurtenissen zoals 11 september zijn redelijk weggeëbd. Anderzijds
zijn bedrijven terughoudend in het geven van hun verwachtingen in de
vorm van een winstprognose, omdat bestuurders vaak niet weten hoe en
hoe snel een markt zich in een bepaalde richting gaat ontwikkelen.
Deze onzekerheid blijkt volgens Van Logtestijn ook uit het feit dat
van de 130 in Amsterdam genoteerde ondernemingen die in het eerste
half jaar van 2002 hun cijfers over 2001 publiceerden, er 61 voor het
lopende boekjaar of delen daarvan géén winstprognose
hebben afgegeven. Met name bedrijven in de wat meer cyclische
bedrijfstakken lijken wat voorzichtiger te zijn. Daarnaast liep de
koersval (noot) na een winstwaarschuwing weer op naar 6,96 procent
terwijl deze in het eerste kwartaal van 2002 nog 4,56 procent bedroeg.
De onzekerheid in de markt is dus ook in het tweede kwartaal niet
veranderd.
Als belangrijkste reden voor het afgeven van een winstwaarschuwing
voeren bedrijven onverminderd de slechte economische omstandigheden
op. Een enkel bedrijf houdt het op herstructureringskosten of
productie- en kwaliteitsproblemen. De maatregelen die worden genoemd,
zijn daarentegen wel veranderd. Voor het eerst worden
personeelsreducties als belangrijkste maatregel genoemd om de
economische neergang het hoofd te bieden.
Noot aan de redactie
Het onderzoek naar winstwaarschuwingen wordt elk kwartaal herhaald. Op
verzoek zijn ook de gegevens beschikbaar van de voorgaande
kwartalen.
Het kwartaalonderzoek wordt uitgevoerd door Ernst & Young Corporate
Finance en is verkrijgbaar via de woordvoerder en Geert-Jan van
Logtestijn.
(noot) Gecorrigeerd cijfer waarin ook positieve koerssprongen naar
aanleiding van een winstwaarschuwing zijn verwerkt.