Technologie Stichting STW

Nieuwe STW-directeur Erik van de Linde

"Taken STW alleen uitbreiden in lijn met eigen missie"

Onderzoeker mens en machine bij TNO, technisch-wetenschappelijk attaché in Washington, directeur van Stichting Toekomstbeeld der Techniek en onderzoeksleider bij RAND Europe. Dat is de bagage waarmee Erik van de Linde op 19 augustus als nieuwe directeur binnenstapt bij de Technologiestichting STW. Een loopbaan op het grensvlak van technologie en maatschappij die hij graag bij de Utrechtse onderzoeksstichting de komende jaren verder uitbouwt.

Drs. Erik van de Linde (48) leerde in zijn eerste onderzoeksbaan bij TNO's Technische Menskunde al veel over de relatie tussen techniek en samenleving: "We onderzochten hoe de mens signalen ontvangt en verwerkt, bijvoorbeeld als je een auto bestuurt. De automobilist krijgt van diverse kanten prikkels, zoals de verkeerstekens en bewegwijzering, maar ook bijvoorbeeld geluidssignalen. Denk maar eens aan telefoneren in de auto. Kun je het voertuig dan nog goed besturen? In die negen jaar onderzoek heb ik veel geleerd over hoe je wetenschappelijk onderzoek toepassingsgericht maakt, zodat er producten en processen uitkomen waar de klant wat aan heeft. "

Trends Ook in de functie van technisch-wetenschappelijk attaché aan de Nederlandse ambassade in Washington probeerde diplomaat Van de Linde de gedachten, trends, mode en stemming van bedrijven, wetenschappers, technologen en politici te peilen. "Biotechnologie was een van de onderwerpen die ik behartigde. Dat was in de jaren '90 al sterk in opkomst. Het was voor het Nederlandse bedrijfsleven en de overheid van groot strategisch belang te weten of, hoeveel en welke investeringen daartoe nodig waren. "

Verplichte kost Een van de hoogtepunten bij de volgende werkgever, de Stichting Toekomstbeeld der Techniek (STT) waar Van de Linde vijf jaar directeur was, was de toekomstverkenning en het bijbehorende boek Stroomversnelling, de volgende elektrische innovatiegolf (1999) onder redactie van ir. Jeroen Meij. Het beschrijft een omwenteling in de elektrotechniek, onder invloed van ontwikkelingen als miniaturisatie, mechatronica en de halfgeleidertechnologie en de consequenties daarvan voor een duurzame en betrouwbare energievoorziening. "Niet alleen de techniek was relevant, ook bijvoorbeeld fenomenen als de liberalisatie van de elektriciteitsmarkt. De Nederlandse elektriciteitsinfrastructuur is niet ontworpen voor de elektriciteitshandel. Dat wil niet zeggen dat er geen handel mogelijk is, maar je moet wel het risico beperken, deels met technische maatregelen, zodat je geen Californische toestanden krijgt." Het boek is inmiddels verplichte kost voor de eerstejaars Elektrotechniek in Delft en mede aanleiding geweest voor de start van een Innovatiegericht Onderzoeks Programma (IOP) Elektromagnetische Vermogenstechniek (EMVT).

STT en STW "Kortom, toekomstverkenningen zoals die van de Stichting Toekomstbeeld der Techniek, maar ook die van de Sectorraden, de KNAW en andere, ook buitenlandse instanties, pakken het denken over de toekomst op een ordelijke manier aan. Iedere onderzoeker die een project schrijft heeft er wel wat aan, en laten we wel wezen, ze komen juist mede tot stand door de grote inzet van wetenschappers. Ik denk, verwacht en hoop daarom dat een projectleider zijn eigen plannen combineert met verkenningen in zijn vakgebied als hij een onderzoeksaanvraag indient bij het Open Technologie Programma van de STW."

"Dat betekent ook dat je als financier, zoals de STW, de onderzoeker met verkenningen geen onderzoeksthema oplegt, laat staan een onderwerp. Verkenningen volgen immers een bottom-up-proces. Thema's komen zo ook tot stand. Komen er meerdere onderzoekers met projecten in eenzelfde aandachtsgebied, dan kun je in nauw overleg een thema benoemen, want dat communiceert goed naar de politiek en de samenleving, bijvoorbeeld als het gaat om het afleggen van verantwoording. Met sensoronderzoek en embedded systemen is het bijvoorbeeld zo verlopen. Maar het is niet nuttig en zelfs niet mogelijk om top-down een thema te verzinnen."

Praktijkervaring Gedurende de afgelopen twee jaar heeft de aanstaande STW-directeur met beide benen in de onderzoekspraktijk gestaan. "Ik ben blij met mijn recente ervaring als onderzoeksleider bij RAND Europe. Het beleidsonderzoek dat daar wordt uitgevoerd dient aan vergelijkbare eisen van excellentie en toegepaste waarde te voldoen als die welke worden gesteld aan STW-projecten. Bovendien worden de projecten van RAND net als bij STW toegekend op basis van competitie. Ik denk dat die praktijkervaring van groot nut kan zijn in mijn volgende positie".

Speelveld "STW is een gewaardeerde partner voor het veld, NWO, OCenW en EZ. Het gevolg daarvan is dat het speelveld van de STW zich kan gaan verbreden. Er kunnen meer verzoeken binnenkomen om op te treden als intermediair tussen financiers en onderzoekers. Denk eens aan de nieuwe ronde van ICES KIS-projecten die op STW afkomt. Dat is een hele eer, maar STW mag zulks niet rücksichtslos binnenhalen. Ongebreidelde groei is onverstandig. Het is zonneklaar dat het nieuwe werkareaal moet aansluiten bij de missie van de STW, namelijk excellent onderzoek, de utilisatie en het opleiden van onderzoekers. Vooral opleiding staat vaak achteraan in dit rijtje, maar is misschien wel de belangrijkste taak."

Voorbeeldfunctie "De coördinatie van de onderzoeksinspanningen in Europa kan beter, zoals Euro-commissaris Philippe Busquin met zijn European Research Area aangeeft. De STW kan hier een voorbeeldfunctie hebben voor buitenlandse partnerorganisaties, over hoe je goed coördineert of hoe je de kwaliteit van onderzoek bevordert. Maar dan niet met het typische Nederlandse vingertje. De STW-methode voor het selecteren van de beste onderzoeksvoorstellen op een eerlijke en transparante manier, is een prima voorbeeld van STW-praktijk dat wellicht de Europese Commissie of partnerorganisaties in een aantal geselecteerde lidstaten kan inspireren en tot samenwerking tussen enkele lidstaten kan leiden. Variabele geometrie heet dat met een mooie Brusselse term. Met Busquins ERA als beleidsachtergrond en eventueel Brussels geld erbij kun je zo de wetenschappelijke en toegepaste waarde van Nederlands onderzoek verder versterken."
---

TOP Laatste wijziging: 12-07-2002 Reacties naar: webmaster@stw.nl