Ministerie van Justitie Belgie
Toespraken van de Minister
Officiële opening van het justitiehuis van Oudenaarde
05 juli 2002.
Excellenties,
Dames en Heren,
Het doet mij enorm plezier u te mogen verwelkomen op de officiële
opening van het justitiehuis van Oudenaarde.
Tot voor enkele dagen was dit justitiehuis gevestigd in een veel te
klein appartement aan de Woeker. Geen ideale setting dus om 14
justitieassistenten, 2 bestuursassistenten en een directeur te
huisvesten. Mijn medewerker noemde het justitiehuis aan de Woeker dan
ook met een knipoog het Hill Street Blues van de justitiehuizen
omwille van de gelijkenis met de gelijknamige politieserie waar veel
te veel agenten in een veel te klein en luidruchtig bureel hun werk
moeten verrichten.
Dit om maar te zeggen dat een nieuwe huisvesting voor dit justitiehuis
meer dan dringend en noodzakelijk was. Maar ze is er!
Het heeft vele telefoontjes gekost maar uiteindelijk, eenmaal de trein
voor de inhuring van dit pand vertrokken was, is alles nog vrij vlug
gegaan. En ik zie dat niet alleen het gebouw nieuw is, ook het
meubilair komt pas uit de fabriek.
Eerst en vooral wil ik de directie en het personeel feliciteren met de
opening van het Justitiehuis en wens ik hen alle geluk en toe bij de
uitoefening van hun toekomstige activiteiten.
De opening van dit justitiehuis, het 22e in rij, betekent opnieuw een
stap dichter van justitie naar de bevolking.
Ook dit justitiehuis heeft alle troeven in huis om zijn missie waar te
maken.
De centrale ligging van dit gebouw, vlakbij het stadscentrum is een
ideale centrale ontmoetingsplaats, of beter gezegd een huis met een
open deur voor elk individu dat rechtstreeks of onrechtstreeks te
maken krijgt met het gerecht.
Het symbool van de open deur staat letterlijk en figuurlijk garant
voor een vlotte toegankelijkheid voor iedereen die rechtstreeks of
onrechtstreeks te maken krijgt met Justitie.
Bovendien kan het justitiehuis van Oudenaarde rekenen op een heel
dynamisch en gemotiveerd team dat ongetwijfeld garant staat voor de
goede werking van zijn diensten en dit in optimale samenwerking met
alle op het terrein betrokken actoren.
De humanisering en het beter toegankelijk maken van de justitie is één
van mijn prioriteiten.
Daarom kies ik vandaag resoluut voor het herstelrecht. Werken aan
herstel betekent in deze visie een streven naar evenwicht, een zoeken
naar herstel en waar nodig preventie of beperking van schade.
Criminaliteit moet worden gezien als een inbreuk op mensen en
relaties, eerder dan het overtreden van rechtsnormen. De betrokken
partijen, met name het slachtoffer, de dader en de samenleving, moeten
in de gelegenheid worden gesteld te komen tot een herstel van schade
en een herstel van de verstoorde relaties. Gerechtigheid kan worden
verkregen door een correcte vaststelling van behoeften en
verplichtingen. Deze vorm van gerechtigheid is nodig om tot herstel te
komen.
Concreet moeten wij dus evolueren van een vergeldend strafrecht naar
een herstelrecht. Via de toepassing van de strafwet moet prioritair
worden gestreefd naar een herstel van schade, van de verstoorde
relatie tussen dader, slachtoffer en samenleving. De gevangenisstraf
is het ultimum remedium.
Vooral het slachtoffer is binnen het herstelrecht een evidente partij,
met behoefte aan informatie, erkenning en herstel van materiële en
immateriële schade.
We moeten dus allen gaan werken aan een cultuur waarbinnen de
herstelgedachte primeert. Slechts vanuit dit concept kan een antwoord
worden geboden op de vele verwachtingen die de burger in ons stelt.
Onze huidige straf- en detentiepraktijk vraagt ieder jaar weer
belangrijke investeringen. De burger mag zich terecht vragen stellen
bij het resultaat ervan.
Het herstelrecht biedt ons een andere kijk op criminaliteit en
conflicthantering.
Het gaat hier immers niet om één of andere modieuze tendens maar wel
om een fundamentele nieuwe benadering binnen de conflicthantering.
Zelfs al legt men binnen het herstelrecht minder het accent op
straffen en opsluiting, toch kan het geenszins de bedoeling zijn om te
vervallen in een vorm van laksisme ten aanzien van de delinquenten.
In de geest van dit herstelrecht moeten de aanbevelingen van de
parlementaire onderzoekscommissie Dutroux-Nihoul en consorten verder
worden uitgevoerd en verfijnd.
Het uitdragen van dit gedachtegoed veronderstelt een hele reeks van
opdrachten binnen het justitiehuis.
Vooreerst is er de eerstelijnsfunctie waarbij de rechtszoekende
juridische informatie kan verkrijgen of doorverwezen wordt naar meer
gespecialiseerde instanties indien de aard van de vraag of de
problematiek dit vereisen. Het justitiehuis dient dus als wegwijzer
voor professionelen, belangstellende burgers en mensen die
geconfronteerd worden met justitie en hun weg zoeken in het labyrint
van psychosociale maatregelen en sancties. Daarom werkt het
justitiehuis nauw samen met de plaatselijke balie en de hulpverlenende
instanties die werkzaam zijn binnen het gerechtelijk arrondissement.
Nieuwe problemen in verband met de werking van justitie signaleren, is voor het justitiehuis een tweede belangrijke missie. Door de frequentie en verscheidenheid aan contacten van het justitiehuis met de burgers, de magistratuur en de gespecialiseerde instanties vormt het justitiehuis de ideale katalysator in het opsporen van disfuncties en het formuleren van oplossingen voor het parajustitiële veld.
Daarnaast voeren de justitieassistenten op het terrein opdrachten van voorlichting, controle en justitiële begeleiding uit.
Tenslotte stimuleert het justitiehuis het gebruik van de alternatieve
maatregelen. Samenwerking met de magistratuur en het sensibiliseren
van alle betrokken partners op het terrein vormen hierbij het
leidmotief. De uitbreiding van het gebruik van de alternatieve
maatregelen is de hefboom tot een andere, een meer op mensenmaat
gesneden justitie.
Aansluitend bij het engagement van de Regering om alternatieven aan te
bieden voor de gevangenisstraf, werd in april van dit jaar de
werkstraf als autonome straf voor correctionele en politionele
misdrijven ingevoerd. Ik heb de indruk dat velen onderschatten hoe
vernieuwend dit wel is. We spreken niet meer van een alternatieve
straf, maar van een zelfstandige sanctie naast de gevangenisstraf.
Ondertussen werkt ook, in mijn opdracht, de Commissie Holsters aan voorstellen tot aanpassing en uitbreiding van het straffenarsenaal.
Dames en heren,
Ik zou er nogmaals op willen wijzen dat een opening van een nieuw
justitiehuis, het fysieke bewijs is van het voortdurende
veranderingsproces binnen justitie.
Deze evolutie op het terrein wordt door het enthousiasme van de mensen
op het terrein nog versterkt.
Het justitiehuis vervult dus een centrale rol in de verbetering van de
relatie van de burgers tot de justitie. Maar even belangrijk zijn en
blijven de contacten met de magistratuur en de aanverwante sectoren.
Samenwerking en openheid zijn hierbij de boodschap.
Tot slot wil ik graag iedereen bedanken die op één of andere manier heeft bijgedragen tot de realisatie van dit justitiehuis. In het bijzonder richt ik een speciaal dankwoord aan het Directoraat-generaal Rechterlijke Organisatie, de Dienst Gebouwen en Materieel en de Regie Der Gebouwen voor de verwezenlijking van de mooie locatie.
Marc Verwilghen
Minister van Justitie