Ministerie van Financiën

De Voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten Generaal

Plein 2

Den Haag

Datum Uw brief Ons kenmerk (Kenmerk)

FM 2002-0831

Onderwerp

Euro: evaluatie en projectafwikkeling

Bijgaand ontvangt u ter informatie het door Berenschot, in opdracht van Financiën, opgestelde rapport 'Evaluatie Invoering Euro'. Het rapport bevat de uitkomsten van de deelonderzoeken naar de omschakeling van de overheid, de omschakeling van het bedrijfsleven, de chartale omschakeling en de publieksvoorlichting. Tevens bied ik u namens mijn collega's van Justitie en BZK aan het door Eysink Smeets & Etman (ES&E) uitgevoerde deelonderzoek 'Veilig gewisseld: van gulden naar euro' naar de Justitiële en veiligheidsaspecten van de introductie euroconversie. De conclusies en aanbevelingen (bestuurlijke lessen) uit beide evaluaties zijn onderwerp van gesprek op de afsluitende euro-conferentie op 1 juli a.s. in het gebouw van de Tweede Kamer. Daarnaast wordt u in deze brief geïnformeerd over de (financiële) afwikkeling van de projecten chartale omwisseling en eurokit.

Evaluatie

De datum van 1 juli 2002, aanvankelijk voorzien als einde van fase 3B (de duale fase) van de EMU, markeert daarmee de afsluiting van een omvangrijk publiek-privaat samenwerkingsproject. Berenschot noemt dit project "bijzonder geslaagd", met als belangrijke succesfactor de vroegtijdige en gedegen voorbereiding van publieke en private partijen vanuit het gemeenschappelijke belang van een soepele overgang, waarbij een uiterste inspanningsverplichting is aangegaan om problemen en incidenten te voorkomen. ES&E stelt samenvattend dat de euroconversie "uiterst succesvol is verlopen".

Beide onderzoeken concluderen dat alle gestelde doelen zijn bereikt en in een aantal gevallen (o.a. veiligheid, snelheid van de omschakeling) zelfs overtroffen. Berenschot stelt dat de omschakeling, zonder dat primair op budgetten is gestuurd, niet alleen doelmatig maar in algemene zin ook efficiënt is verlopen. Geconcludeerd wordt dat met "preventieve investeringen" de maatschappelijke kosten met succes zoveel mogelijk zijn beperkt. Ook het actief "netwerk-management" van Financiën en De Nederlandsche Bank (DNB) heeft daaraan volgens Berenschot bijgedragen. Het rapport geeft aan dat bijna negen van de tien Nederlanders positief oordelen over de omschakeling, met als belangrijkste dissonant de gepercipieerde prijsverhogingen als gevolg van de euro.

ES&E concludeert op basis van een steekproef: "dat 85% van de geïnterviewden vindt dat de invoering van de euro goed tot zeer goed is verlopen en dat het overgrote deel van de Nederlandse bevolking zich even veilig of zelfs veiliger voelde tijdens de euroconversie als anders". In de toelichting bij deze brief treft u aan een beknopte reactie op de belangrijkste conclusies en aanbevelingen van beide rapporten.

Projectafwikkeling

Ook de deelprojecten chartale omwisseling en eurokit kunnen nu worden afgesloten. DNB legt een dezer dagen formeel de financiële eindverantwoording van het project voorbereiding en uitvoering chartale omwisseling aan Financiën voor. Daaruit blijkt dat de totale projectkosten voor DNB ¤ 156 miljoen zijn geweest. Dat is ¤ 26,4 miljoen minder dan begroot. De grootste onderuitputting

(¤ 13,6 miljoen) wordt gerealiseerd op de post voor de prestatiegerelateerde vergoeding voor de inname van guldenmunten. Er zijn tijdens de omwisseling minder dan het verwachte aantal van 3 miljard munten via banken en toonbankinstellingen ingenomen. Het bovengenoemde bedrag kan overigens nog licht wijzigen indien de vergoeding voor de door de Eurocollecte/Coins for Care ingezamelde guldenmunten afwijkt van de daarvoor gemaakte reservering. De organisatie heeft nog een paar maanden nodig om alle munten te sorteren en te tellen. Andere nog tijdelijk (na 1 juli) doorlopende activiteiten, waarvoor voorlopige reserveringen zijn gemaakt, zijn het uitpakken van resterende muntpakketten en het aanhouden van het ODC te Lelystad ten behoeve van het ontwaarden van de ingenomen guldenmunten. De afwikkeling van deze projectkosten loopt zoals bekend via de winstafdracht DNB.

Uit de eindafrekening van het deelproject eurokit (afwikkeling via IXB, niet via winstafdracht DNB) valt af te leiden dat 13.544.214 personen van 6 jaar en ouder met hun coupon een eurokit hebben afgehaald. In totaal werden 14.971.103 informatieboekjes met afhaalcoupon verstuurd. Deze grootste mailing ooit leverde slechts een foutscore op van 0,22% van de geadresseerden. Van deze groep kregen in december 26.802 mensen alsnog een boekje/coupon en 6.145 mensen via het callcenter alsnog een eurokit thuisgestuurd. Bovendien zijn in januari nog 26.762 eurokits verzonden aan mensen die de eurokit in december niet meer konden bemachtigen. De nominale waarde van de verstrekte muntpakketten bedraagt daarmee in totaal ¤ 52,7 miljoen. De productie- en distributiekosten van de eurokit en de begeleidende voorlichtingsboekjes hebben uiteindelijk resp. ¤ 21,5 en ¤ 18,8 miljoen gekost. Dit betekent dat de uitvoeringskosten ¤ 3,5 miljoen lager zijn uitgevallen dan begroot.

De totale kosten voor de omschakeling van de rijksoverheid bedragen circa

¤ 885 miljoen. Dit bedrag omvat naast de bovengenoemde chartale omschakeling en de eurokit, de voorlichting in het kader van het Nationaal Forum (¤ 98 miljoen), de productiekosten van de euromunten (¤ 148 miljoen), de extra politie-inzet (¤ 18 miljoen), de fiscale voorziening voor het MKB (ca. ¤ 109 miljoen) en de omschakeling van de departementen en derdenorganisaties (circa ¤ 263 miljoen). De omschakeling van de mede-overheden kostte bij benadering ¤ 132 miljoen. Zoals ook blijkt uit het evaluatierapport van Berenschot is een exacte weergave van de kosten voor de omzetting van de overheids-administraties onmogelijk omdat het soms onduidelijk is in hoeverre kosten (o.a. personeel, vervangingsinvesteringen) aan de euro mogen worden toegerekend. De totale kosten in Nederland, publiek en privaat samen, worden geschat op ¤ 4,5 miljard. Zoals vaker gesteld moeten de (eenmalige) kosten voor de investering worden gezien als een (lonende) investering: de jaarlijks terugkerende baten van de euro in Nederland worden geschat op circa ¤ 3 miljard per jaar.

Een (eenmalig) voordeel voor de schatkist is gelegen in de vervroegde uitkering van het 'versterf' van de guldenbiljetten via de winstafdracht van de DNB. In 2003 zal op basis van een raming van DNB (peildatum: eind december 2002) 65% van het verwachte versterf worden uitgekeerd. In 2008 zal de uitkering op basis van een nieuwe raming worden verhoogd tot 90% en in 2013 volgt het restant.

Tot slot kan ik u, naar aanleiding van uw vragen over de vermeende prijsverhogingen als gevolg van de euro tijdens het AO van 12 juni, meedelen dat het CPB inmiddels op mijn verzoek is gestart met een onderzoek naar de achterliggende (loon)kostenaspecten van de prijsverhogingen in de horeca. Op 1 juli zal ik een gesprek hebben over dit onderwerp met de Koninklijke Horeca Nederland. Daarnaast heb ik de minister van Economische Zaken verzocht de NMa in overweging te geven een sector scan van de CD-branche uit te voeren. In de loop van september zal ik u over de voortgang nader informeren.

De Minister van Financiën,

Rapporten:

Evaluatie Invoering Euro

Bijlage media-analyse Evaluatie Invoering Euro

Samenvatting, conclusies en aanbeveling

Veilig gewisseld: van gulden naar euro

Bijlage 1 Lijst met gebruikte afkortingen

Bijlage 2 Leden van de begeleidingscommissie

Bijlage 3 Lijst van gesprekspartners

Bijlage 4 Itemlijst departementen

Bijlage 5 Itemlijst groepsgesprekken met korpsprojectleider

Bijlage 6 Itemlijst Pilotgesprekken operationeel leidinggevende

Bijlage 7 Itemlijst Pilotgesprekken uitvoerende

Bijlage 8.1 Tijdbalk

Bijlage 8.2 Tijdbalk

Publiekssamenvatting