Dienst Binnenstad Amsterdam
stadsdeel Amsterdam-Centrum
Nieuw trendrapport stadsdeel Amsterdam-Centrum
Na enkele jaren van sterke groei en intensivering lijkt nu voor de binnenstad een periode van stabilisering en ontspanning te zijn aangebroken. De belangrijkste reden hiervoor is de afnemende economische groei. Dat is de belangrijkste conclusie in het Trendrapport Amsterdamse binnenstad 2001. Verder is belangrijk dat de leefbaarheid van de binnenstad is verbeterd, maar er zijn ook nog knelpunten als de parkeerdruk en het onderhoud van de straten.
Voor het eerst is er een Trendrapport verschenen van het nieuwe stadsdeel Amsterdam-Centrum. Het trendrapport is op zich niet iets nieuws: dit is het zesde trendrapport voor de binnenstad. Het Trendrapport Amsterdamse binnenstad 2001 geeft de belangrijkste trends en de stand van zaken in de binnenstad van Amsterdam weer van het afgelopen jaar. Hieronder volgen de belangrijkste punten.
Een periode van ontspanning is aangebroken.
De aanwezigheid en grote variatie van grootstedelijke functies en voorzieningen geven de binnenstad van Amsterdam een uniek karakter. Er wordt nog steeds volop gewoond, maar vergeleken met de gehele stad is het centrum meer een werkgebied dan een woongebied. Sinds midden jaren 90 heeft deze werkfunctie bovendien aanzienlijk aan belang gewonnen.
De bijzondere positie van de binnenstad komt ook tot uiting in de samenstelling van de ondernemingen: relatief veel winkels, kantoren en horeca en relatief weinig voorzieningen en productiebedrijven. De afgelopen jaren is in het merendeel van deze sectoren de ontwikkeling bovendien gunstiger geweest dan in geheel Amsterdam. Dat geldt voor de kantoren, en dan met name de zakelijke diensten zoals ICT en reclame, maar ook de effectenhandel, de detailhandel, de grootstedelijke culturele voorzieningen (podia en musea) en de horeca (restaurants/cafés en hotels). Voor deze sectoren geldt dat de positie van de binnenstad ten opzichte van Amsterdam sterker is geworden. De binnenstad krijgt meer en meer een publieksfunctie.
Daar staat tegenover dat een aantal andere sectoren een afname laat zien. Dat geldt voor de ambachtelijke productie en de kunstbeoefening. Als gevolg van de sterk gestegen onroerend-goedprijzen blijkt het steeds moeilijker om aan deze sectoren huisvesting te bieden.
Daarnaast blijft in de binnenstad de groei van de financiële sector (met uitzondering van de effectenhandel) achter bij die in geheel Amsterdam. De reden hiervoor is het vertrek van financiële instellingen naar andere locaties in de stad. Dit laatste doet zich ook voor bij het hoger beroepsonderwijs, zodat het belang van het hoger onderwijs de afgelopen jaren eveneens is afgenomen.
Groei of afname, over het geheel bekeken zijn er signalen dat de sterke groei van de voorgaande jaren zich gaat stabiliseren. De belangrijkste reden hiervoor is de afnemende economische groei. Dit is al zichtbaar in de effectenhandel, maar ook in bijvoorbeeld de ICT. Een andere aanwijzing is dat de leegstand van kantoren in 2001 aanzienlijk is toegenomen, terwijl de groei in de huurprijzen voor kantoren afvlakt. Dit laatste geldt tevens voor de groei van de werkgelegenheid in de detailhandel. En ook de toename van het aantal hotelovernachtingen en de gemiddelde verblijfsduur van de hotelgasten stabiliseert. Mede hierdoor vlakt de groei van het aantal bezoekers aan de grote culturele voorzieningen eveneens af.
Leefbaarheid goed in de binnenstad, maar nog enkele knelpunten
De bewoners van de binnenstad beoordelen hun leefsituatie gunstiger dan in de rest van de stad. De afgelopen jaren heeft een aantal zaken hieraan bijgedragen. Zowel het aantal milieuklachten (met name geluid uit de horeca) als het aantal meldingen van extreme overlast is aanzienlijk gedaald. Ten opzichte van twee jaar geleden is het totaal aantal aangiften in de binnenstad gelijk gebleven. Binnen de Top 5 van aangiften vertoont het merendeel van de misdrijven een daling dan wel stabilisatie. En de bewoners vinden dat de openbare ruimte in de binnenstad de afgelopen jaren schoner is geworden.
De ondernemers, echter, beoordelen het schoonhouden van de openbare ruimte lager dan enkele jaren geleden. Het onderhoud van de straat wordt zowel door de bewoners als de ondernemers iets lager beoordeeld dan twee jaar geleden. Dit is vooral het gevolg van de bij herinrichting horende opbrekingen. Beide groepen geven wel aan dat door herinrichtingen, zoals de Dam en de Leidsestraat, het straatbeeld uiteindelijk mooier wordt.
Hoewel het aantal bezoekers dat met de auto naar de binnenstad komt al enkele jaren niet verandert, stijgt de parkeerdruk. Dit komt doordat het langdurig parkeren door de vergunninghouders toeneemt.
Als laatste kent een aantal bevolkingsvoorzieningen een hoge druk. Voorbeelden zijn de kinderopvang en het basisonderwijs. Weliswaar is in de binnenstad het aantal plaatsen in de kinderopvang de afgelopen jaren aanzienlijk uitgebreid, de wachtlijsten zijn echter veel sterker gestegen. En hoewel het aantal leerlingen dat in de binnenstad basisonderwijs volgt de afgelopen jaren veel sneller is toegenomen dan in de gehele stad, groeit de vraag nog steeds en blijft de druk hoog. De binnenstad blijft dus een aantrekkelijk woongebied .
Publicatiedatum: 27 juni 2002