Sociaal-Economische Raad
briefadvies in pdf-formaat ser-commissie kritisch over direct beroep
tegen trage bestuursorganen
28 juni 2002 -
De Bestuurskamer van de SER heeft een kritisch advies uitgebracht aan
de ministers van Justitie en BZK over een voorstel om direct beroep
bij de rechter open te stellen tegen te trage bestuursorganen. In de
vorm van een voorontwerp voor een wijziging van de Algemene wet
bestuursrecht was dit aan de SER om advies voorgelegd.
Met het voorontwerp, de Wet beroep bij niet tijdig beslissen, moet de
burger een doeltreffender rechtsmiddel krijgen tegen een
bestuursorgaan dat de termijn voor het nemen van een beslissing heeft
overschreden. In dat geval moet de burger volgens het voorontwerp
direct bij de rechter beroep kunnen instellen, dus zonder eerst een
bezwaarschrift in te dienen. Wel moet de burger het bestuursorgaan
schriftelijk in gebreke stellen.
De Bestuurskamer, de commissie waaraan de bestuurlijke en
wetsuitvoerende taken van de SER zijn gedelegeerd, stelt zich in haar
advies over het voorontwerp kritisch op. Indien geconstateerd wordt
dat vele bestuursorganen de termijnen niet halen, dient in de eerste
plaats gekeken te worden naar de bestuursorganen dan wel naar de
termijnen. De oplossing zou veeleer gevonden moeten worden in
organisatorische maatregelen bij bestuursorganen. Ook zou gedacht
kunnen worden aan de introductie van gradaties van soorten
beslissingen, die elk hun eigen termijn kennen. Het invoeren van een
uitzondering op een vast bestuursrechtelijk patroon, zoals het
voorontwerp voorstelt, is volgens de Bestuurskamer niet direct de
meest voor de hand liggende oplossing. Met de invoering van het
voorontwerp zal bovendien de druk op de rechterlijke macht verder
toenemen.
Ook vindt de Bestuurskamer dat de introductie van de ingebrekestelling
in het bestuursrecht niet opweegt tegen de nadelen ervan. Veel burgers
zullen volgens haar niet snel geneigd zijn om een bestuursorgaan,
waarvan zij afhankelijk zijn, door middel van een ingebrekestelling
tegen de haren in te strijken.
Mochten de bewindslieden besluiten om de opzet van het voorontwerp
toch over te nemen, dan bepleit de Bestuurskamer een andere,
eenvoudiger constructie. In het kort bestaat deze eruit dat de
bestaande termijn altijd wordt verlengd met een (uitloop-) termijn van
twee weken. Na afloop daarvan kan de burger direct naar de rechter,
dus zonder dat hij het bestuursorgaan eerst in gebreke moet stellen.