NIZW
Gezamenlijke aanpak gewenst voor Antilliaanse jeugd
Rotterdam, 27 juni 2002 - Maatschappelijke organisaties in Nederland
en de Nederlandse Antillen moeten veel vaker en veel directer gaan
samenwerken om de problemen met Antilliaanse jongeren in beide
koninkrijksdelen aan te pakken. Daarvoor moet een bescheiden en vooral
slagvaardig coördinatieorgaan in het leven worden geroepen. Die
gezamenlijke conclusie trokken gisteren de ruim veertig deelnemers aan
een workshop over de situatie van Antilliaanse jongeren. De workshop
is onderdeel van de International Conference on Social Welfare die
deze week plaatsvindt in Rotterdam. De organisatie van deze
internationale conferentie is in handen van het Nederlands Instituut
voor Zorg en Welzijn / NIZW.
Tot nu toe lopen veel samenwerkingprojecten via de overheden in
Nederland en op de Antillen. Er blijkt echter grote behoefte te zijn
aan meer rechtstreekse contacten en samenwerking tussen
maatschappelijke organisaties. 'In Nederland heeft men in het
onderwijs vaak grote problemen met de houding van Antilliaanse
jongeren. Op de Antillen bestaan zijn er echter goede methoden
ontwikkeld om daar mee om te gaan. Het is toch een kleine moeite om
die over te dragen', zegt drs. Michael Oostvriesland, een van de
coördinatoren van de workshop. 'En dat kan beter rechtstreeks dan via
allerlei ingewikkelde structuren.'
Een andere aanbeveling op onderwijsgebied is om Antilliaanse kinderen
voordat ze naar Nederland vertrekken te testen in plaats van daarmee
te wachten totdat ze hier aangekomen zijn. Door de tot nu toe gevolgde
aanpak komen ze bijna automatisch terecht bij onderwijsvormen voor
moeilijk lerende kinderen. De Antilliaanse deelnemers vroegen verder
nadrukkelijk aandacht voor de grote behoefte aan financiële
ondersteuning, niet alleen voor grote projecten maar vooral ook voor
allerlei kleinschaliger initiatieven. Directe contacten tussen
onafhankelijke maatschappelijke organisaties kunnen daartoe
bijdragen.
De workshop tijdens de ICSW-conferentie, een initiatief van het NIZW,
was vooral bedoeld om het leggen en onderhouden van rechtstreekse
contacten te stimuleren. Dat sluit goed aan bij het algemene thema van
de conferentie Bridging the gaps. 'Daar zijn we op het gebied van de
problematiek van Antilliaanse jongeren een stuk verder mee gekomen',
aldus Oebele Kooistra, van het bureau Quality Data die de workshop
inhoudelijk heeft voorbereid en geleid. De deelnemers waren het ook
eens over de noodzaak om onder de bewoners van de Nederlandse Antillen
een onderzoek te houden om een concreet beeld te krijgen van hun
problemen en van de oplossingen die ze zelf voor ogen hebben.
Het was deze week de eerste keer dat beleidsmakers, deskundigen en medewerkers van welzijnsorganisaties gezamenlijk van de gedachten konden wisselen met een breed samengestelde Nederlandse delegatie. Die telde vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties, de landelijke overheid en de zeven Nederlandse gemeenten die gezamenlijk werken aan de aanpak van de Antilliaanse jongerenproblematiek. De vele bilaterale contacten hadden tot nu toe vooral een ad hoc-karakter en beperkten zich meestal tot allerlei afzonderlijke onderdelen van beleid, zoals politiezaken, drugsproblematiek of onderwijs.
Noot voor de redactie (