D66
Europese top Sevilla teleurstellend
Buitenland en defensie
Thom de Graaf
26-06-2002 - Bij D66 overheerst teleurstelling over de uitkomsten van
de Europese top in Sevilla. Belangrijke besluiten zijn uitgesteld of
met een slappe tekst afgedaan. Het debat over de uitbreiding van
Europese Unie gaat langs de inwoners van Europa heen. Thom de Graaf
zou het "een cynische schande vinden als de nieuwe coalitie het
referendumrecht zou schrappen nu cruciale beslissingen over de
toekomst van Europa op de agenda staan".
De Europese Raad werd dit keer niet geteisterd door grootscheepse
rellen. Dat is winst. Het was er waarschijnlijk ook te warm voor, in
Sevilla. Demonstraties waren er wel en zo hoort het ook. De Europese
Raad is immers in toenemende mate het beslissende orgaan binnen
Europa. Daar hoort tegengeluid bij, kritiek en oproepen om het beter
te doen. De Europese Raad kan die oproepen wel gebruiken, want de
uitkomsten van Sevilla zijn weinig spectaculair voor de Europese
burgers. Pappen en nathouden, schreef een commentator en dat lijkt een
doeltreffende omschrijving.
Het is jammer voor de minister-president en de staatssecretaris voor
Europa, die beiden in deze functie afscheid nemen, dat hun laatste
Europese Raad meer een Europees dal was dan een Europese top. De
belangrijkste uitkomsten zijn immers het uitstel van de besluitvorming
over het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid, een slappe tekst over asiel
en illegale immigratie, minimale procedureveranderingen voor de
interne besluitvorming en een nietszeggende verklaring over het
Midden-Oosten. Het Spaans voorzitterschap had niet alleen te lijden
onder een algemene staking, maar ook onder gebrek aan Europese
inspiratie.
Uitbreiding Europese Unie
De uitbreiding van de Europese Unie komt steeds dichterbij. Dat stelt
dus ook steeds grotere eisen aan de duidelijkheid binnen de Unie over
de toetsing aan de criteria en de handhaving van diezelfde criteria.
Hoe geloofwaardig is de Unie naar kandidaat-lidstaten, wanneer huidige
lidstaten met meer dan normale souplesse worden behandeld bij de
toetsing aan het stabiliteitspact? (Frankrijk)?
Het komende half jaar wordt een spannend jaar voor de Unie en voor de
kandidaat-lidstaten. Het is mooi dat het komende Deens voorzitterschap
alles op alles wil zetten om de 10 kandidaten daadwerkelijk te laten
toetreden, maar uitgangspunt is en blijft: individuele toetsing,
individuele afweging, individuele toetreding. De Nederlandse regering
heeft dit terecht in Sevilla benadrukt. D66 wil graag dat
daadwerkelijk alle 10 landen zich nog dit najaar kwalificeren. Het zou
het belangrijkste besluit zijn dat dat Europa de afgelopen vijftig
jaar heeft genomen: een daadwerkelijk en concreet einde aan de
scheiding tussen West- en Oost Europa, daadwerkelijk perspectief geven
aan tientallen miljoenen mensen op een economisch betere toekomst, op
een vrije markt, op een stabiele Europese vrede en democratie. Die
toekomst moet worden geopend, maar wel op basis van duidelijke
criteria, waarmee niet de hand wordt gelicht. Niet als het gaat om
financiën en vrije markt, niet als het gaat om democratie,
rechtsstaat, rechtshandhaving en rechtsbescherming. Bovendien zullen
de burgers van Europa de besluitvorming moeten meemaken. Er wordt
onderhandeld voor hen en namens hen, maar de werkelijkheid is ook dat
het volledig langs hen heen gaat. Een voorlichtingscampagne is
prachtig, maar het gaat vooral om het publieke debat en uiteindelijk
om democratische legitimatie. Het referendumrecht biedt de Nederlandse
bevolking de mogelijkheid zich uit te spreken over Europa. Ik zou het
een cynische schande vinden als de nieuwe coalitie het referendumrecht
dat we hier zojuist met veel pijn en moeite hebben ingevoerd, weer zou
schrappen. Juist voor het draagvlak van de uitbreiding is het
referendumrecht belangrijk omdat, als het nodig is, de Nederlandse
kiezers kunnen meepraten en meebeslissen over cruciale besluiten die
hun eigen toekomst aangaan. Ik neem aan dat de LPF-fractie tijdens de
onderhandelingen daar pal voor staat, anders verloochent zij haar
eigen politieke doelstellingen.
Ten aanzien van de afbouw van de directe inkomenssteun in de landbouw
lijkt Nederland langzamerhand een beetje alleen te staan. Het is de
vraag of na september Duitsland hier nog een bondgenoot is. De Deense
premier Rasmussen heeft al gezegd dat de uitbreiding niet de gijzelaar
mag zijn van de landbouwhervorming. Ik ga er van uit dat het
toekomstig kabinet blijft inzetten op de andere kant van het gelijk:
dat de landbouwhervorming niet de gijzelaar mag worden van de
uitbreiding. Dat is niet alleen in het belang van een groter Europa,
maar ook van ontwikkelingslanden die op geen enkele wijze kunnen
concurreren tegen de staatssteun voor Europese voedselproducten.
Asiel en immigratie
Een gemeenschappelijk asielbeleid is in Sevilla niet dichterbij
gekomen. Tampere wordt nog steeds niet omgezet in concrete daden. De
nadruk heeft het afgelopen half jaar niet gelegen op de noodzaak van
harmonisatie van asielbepalingen, gemeenschappelijke lastenverdeling
en Europese asielaanvragen in de regio, maar op het tegengaan van
illegale immigratie. Natuurlijk is dat laatste ook belangrijk, maar
het dreigt nu een Europees asielbeleid te overschaduwen. Bovendien is
van de krachtige teksten van Blair en Aznar weinig meer terug te
vinden in de conclusies. Er is dus eigenlijk weinig gebeurd. Op
zichzelf vindt D66 het terecht dat niet eenzijdig is gehamerd op
financiële sancties tegen derde landen die onvoldoende meewerken aan
terug- of overname-overeenkomsten. Extra hulp kan ook een stimulans
vormen. Ik ben het echter wel met de regering eens dat bilaterale en
Europese relaties met derde landen gebaseerd moeten zijn op
wederzijdse rechten en plichten en dat in dat kader dus ook op een
volwassen manier kan worden gevraagd bij te dragen aan het tegengaan
en ongedaan maken van illegale immigratie. Er moet geen sprake zijn
van een Fort Europa, maar van een open Europa dat vluchtelingen
opvangt en ruimte biedt voor arbeidsmigratie, maar tegelijkertijd er
voor zorgt dat grote migratiestromen die niet kunnen worden
opgevangen, effectief worden tegen gegaan. Een gericht beleid tegen
armoede en onderdrukking in andere delen van de wereld draagt daar
overigens aan bij. De vergaande ideeën over Europese grensbewaking
zijn in Sevilla tot normale proporties aangepast. De Italiaanse
fantasie van een Europese grenspolitie blijft dus een fantasie. We
hebben ook nooit een Europese douane ingesteld, er is geen reden voor.
Praktische samenwerking om de zwakke plekken te versterken, expertise
uit te wisselen en waar nodig bijstand te verlenen is noodzakelijk.
Dat kan ook zonder dat een Duitser en een Portugees hier op Schiphol
komen patrouilleren of Nederlanders op de Griekse eilanden. Vanwege
het klimaat zou daar ongetwijfeld animo voor bestaan.
Hervorming van de Raad
Sevilla heeft opgeleverd dat er een Algemene Raad blijft bestaan, die
uit twee componenten gaat bestaan: buitenlandse zaken en Europese
coördinatie. De bedoeling is dat er verschillende bijeenkomsten komen,
op verschillende data en mogelijk op verschillende plaatsen. Hoewel
het nog steeds dezelfde raad is komen er dus eigenlijk twee raden. Een
compromis tussen wat de Benelux wilde en wat andere landen wilden,
tussen 1 raad en 2 afzonderlijke raden. De constructie is niet erg
helder maar lijkt uit te nodigen tot aparte ministers voor Europese
Zaken, die een zeker gezag gaan krijgen over hun collega-ministers in
andere raden. Is het kabinet dat met mij eens? Ik ben in dat kader
zeer benieuwd naar de ministersposten in het nieuwe kabinet. Gaan we
inderdaad een minister voor Europa krijgen of een minister van BZ die
er OS bijdoet en wellicht een aparte staatssecretaris Europa bij
premier Balkenende? Een discussie over de voor en nadelen zou wat D66
betreft in het openbaar gevoerd moeten worden. Vorig jaar heeft Jan
Peter Balkenende net als ik tijdens een cyclus lezingen voor
Clingendael gepleit voor een minister van Buitenlandse zaken die ook
effectief minister voor Europa is en daarnaast een minister voor
Internationale Samenwerking voor regionaal beleid en OS. Ik neem aan
dat de CDA-fractie dat ook na de verkiezingen vindt.
Het aantal raden wordt teruggebracht. D66 kan zich daarin vinden.
Vraag is wel waar de samenwerking rond OS nu wordt geregeld. Is het
reëel te verwachten dat de Algemene en Coördinatieraad daar voldoende
tijd aan zal kunnen wijden? Op het gebied van openbaarheid wordt een
eerste, wel heel voorzichtig stapje gezet: alleen voor de wetgevende
arbeid en dan nog alleen bij het eerste begin en bij de uiteindelijke
stemming. En dat nog niet eens via Internet maar alleen in een zaaltje
waar je naar een scherm kunt kijken. Daartussen gebeurt het natuurlijk
en dat wordt weer afgesloten. Eigenlijk bizar. Heeft de regering
geprobeerd om die openbaarheid te vergroten? Ik ben het alweer eens
met het CDA die vorig jaar pleitte voor volledige openbaarheid van de
gehele Europese Raad en alle andere Raden. Ook hier verwacht ik
consistentie.
Tot slot
Op het gebied van buitenlands beleid waren er ook al geen opzienbare
initiatieven. Het enige opmerkelijke was eigenlijk de uitspraak in het
Midden-Oostenconflict dat muren geen vrede brengen. Dat is op zichzelf
waar, Europa heeft een eigen herinnering hierin. Betekent dit nu dat
de EU de bouw van het hek of de muur daadwerkelijk veroordeelt en als
een obstakel ziet voor een nieuw vredesproces of is het slechts een
gratuite constatering. Mijn fractie kiest voor het eerste, hoezeer
zelfverdediging en bescherming tegen de zelfmoordaanslagen ook
gerechtvaardigd zijn. Maar het optrekken van een muur is het bouwen
aan verwijdering, het metselen van langdurig wantrouwen en letterlijk
scheiding van de geesten. Het is goed als Europa daar nadrukkelijk
afstand van neemt.