Ministerie van Verkeer en Waterstaat
25 juni 2002
Overeenstemming over toekomst Publiek Private Samenwerking
Tijdens de werkconferentie PPS op de agenda van 24 juni is brede
overeenstemming bereikt over de invulling van Publiek Private
Samenwerking voor de komende jaren. Op de werkconferentie,
georganiseerd door het ministerie van Verkeer en Waterstaat en het
ministerie van Financiën, kwamen bedrijfsleven, maatschappelijke
organisaties, lokale en nationale politiek en bestuur bijeen om tot
een strategische agenda voor PPS te komen.
Op de conferentie benadrukte Rinnooy Kan (ING) dat Nederland in
vergelijking met andere Europese landen veel heeft bereikt. Wel moeten
alle betrokkenen in de toekomst scherper letten op de
bedrijfseconomische en commerciele potentie van projecten die in PPS
vorm uitgevoerd kunnen worden. Zijn advies aan de overheid is:
formuleer programmas van bedrijfseconomische interessante projecten en
doe actief mee aan de realisatie van deze projecten. Volgens
Hazewinkel (Koninklijke Volker Wessels Stevin) is verdere
professionalisering van publieke opdrachtgevers en private
opdrachtnemers noodzakelijk. Vernieuwing van het bouwproces is een
voorwaarde om verdere voortgang te boeken. Norder (gedeputeerde
Zuid-Holland) pleitte ervoor eerst de partijen uit de publieke sector
op een lijn te brengen om vervolgens met een samenwerking tussen
publieke en private partijen aan de slag te gaan. Een betere
aansluiting bij maatschappelijke problemen en een pragmatische houding
bij het inschakelen van private partijen kunnen PPS-projecten in een
versnelling brengen.
De deelnemers hebben een gemeenschappelijk actieplan voorbereid
waarbij de nadruk ligt op het versterken van politiek commitment.
Verder is men het erover eens dat bij PPS niet alleen naar de
investering zelf gekeken moet worden, maar ook naar de kwaliteit van
de exploitatie. Een menukaart van contract- en samenwerkingsvormen
stelt opdrachtgevers en opdrachtnemers in staat om bij elke opdracht
de best passende vorm te kiezen. Dat stelt hoge eisen aan de kwaliteit
van overheid en markt, die om moeten kunnen gaan met een grotere
diversiteit en waarvoor deze zomer plannen uitgewerkt gaan worden.