D66
Uitspraken Imams voor D66 over de grens
Overheid en politiek
Boris Dittrich
20-06-2002 - De afgelopen week hebben uitspraken van een aantal imams
het nieuws bepaald. Los van de teneur - gelovigen moeten zich afkeren
van de westerse wereld, waar zij in leven, en zich nog slechts richten
op de Islam overschrijden bepaalde uitspraken voor D66 een grens.
In hun moskee predikten bepaalde imams zeer vergaande opvattingen. Van vertrapping van wet-en regelgeving van de VN en de ongelovige wereld, van het oproepen tot haat tegen de vijanden van de Islam, van het aansporen tot het slaan van vrouwen, mits dat geen botbreuk of blauwe plekken achter zou laten. Waar wordt aangezet tot het gebruik van geweld overtreedt men de wet. D66 vindt de vrijheid van godsdienst en meningsuiting essentieel in een open democratie, maar wanneer de rechtsorde en democratie aantoonbaar in gevaar worden gebracht, en de preken bijvoorbeeld aanleiding kunnen geven tot fysiek geweld tegen vrouwen, dan moet de overheid een duidelijk signaal afgeven.
Voor D66 staat voorop dat er iets moet gebeuren. Na de
onverkwikkelijke affaire met imam El Moumni die homosekuelen beledigde
heeft de fractie in de Tweede Kamer het initiatief genomen om het
debat aan te zwengelen over het niemandsland tussen drie grondrechten,
vrijheid van meningsuiting, godsdienst en het
non-discriminatiebeginsel. De motie, waarin D66 de regering opriep een
notitie over de afbakening en rangorde van deze grondrechten in
relatie tot het strafrecht te maken, werd aangenomen. Helaas heeft
minister Korthals van Justitie geen werk gemaakt van de gevraagde
notitie. De motie van D66 was ingegeven om los van incidenten een
fundamenteel debat over de reikwijdte van de grondrechten en hun
beperkingen te voeren. Nu is er dus weer een incident. In de Kamer
heeft D66, gesteund door andere partijen, opnieuw aangedrongen op
toezending van de notitie. Dat is nu door minister van Boxtel
toegezegd. De notitie komt er binnen twee weken.
Volgens D66 moet nu het volgende gebeuren
- Burgemeesters van de steden, waar de moskeeën gevestigd zijn die
deze radicale imams aan het woord laten, moeten met spoed overleg
hebben met deze imams en met de moskeebesturen. Daarbij moet de
burgemeester de garantie vragen dat de uitspraken, waarin wordt
opgeroepen tot geweld, niet meer herhaald worden. Inmiddels is door
burgemeester Deetman van Den Haag aangifte gedaan van vermoedelijke
strafbare feiten (aanzetten tot haat).
- Het Openbaar Ministerie in Amsterdam onderzoekt de zaak. Eventuele
strafrechtelijke stappen worden afgewacht. De moslimgemeenschap moet
gestimuleerd worden het debat aan te gaan over de toelaatbaarheid van
de uitspraken van deze imams. Ook politieke partijen kunnen hier een
rol bij spelen door mensen uit de moslimgemeenschap uit te nodigen en
hen in discussie te laten gaan. Daarbij kan de discussie over het
organiseren van een Nederlandse imamopleiding door de
moslimgemeenschap zelf weer nieuw leven ingeblazen worden.
- Blijkt dat een moskeebestuur weigert verantwoordelijkheid te nemen
voor de inhoud van de preken van de imam en weigert de imam zich aan
de Nederlandse wet- en regelgeving te houden, dan moet de burgemeester
zijn verantwoordelijkheid nemen en tot - tijdelijke- sluiting van de
moskee overgaan. Deze bevoegdheid is neergelegd in de Gemeentewet,
maar burgemeesters hebben er nog geen gebruik van gemaakt. Als dit
soort uitspraken tijdens een demonstratie op de openbare weg waren
gedaan, zou een redelijk handelende burgemeester de demonstratie
hebben laten ontbinden wegens verstoring van de openbare orde. Nu de
teksten binnen de muren van de moskee zijn gebezigd, maar evenzeer
toehoorders kunnen stimuleren tot actie in de lijn van de preken, is
een helder overheidsoptreden dringend gewenst. De maatregel van
tijdelijke sluiting kan de moslimgemeente stimuleren zelf orde op
zaken in eigen huis te stellen.