Gemeente Zaanstad
Leidraad Maatramp en Leidraad Operationele prestaties hulpmiddel in
rampenbestrijding
woensdag 19 juni 2002
Leidraad Maatramp en Leidraad Operationele prestaties belangrijk
hulpmiddel in regionale rampenbestrijding
De regionale brandweer Zaanstreek-Waterland heeft het afgelopen jaar
gewerkt aan de Leidraad Maatramp en de Leidraad Operationele
Prestaties. Dat is gebeurd in een multidisciplinaire werkgroep, waarin
vertegenwoordigers van gemeenten, provincie, brandweer, politie en
GHOR (geneeskundige hulp) zitting hadden. De groep werd ondersteund
door Adviesbureau Van Dijke.
Beide Leidraden zijn belangrijke, door het ministerie van Binnenlandse
Zaken ontwikkelde maatstaven in het kader van de rampenbestrijding. De
Leidraad Maatramp geeft aan welke reële gevaren, uitgewerkt voor
achttien ramptypen, de regio loopt. Gebleken is dat de regio hoog
´scoort´ op de volgende ramptypen:
* luchtvaartongeval
* ongeval brandbare/explosieve stoffen
* ongeval giftige stoffen
* ongeval radioactieve stof
* overstroming.
De regio Zaanstreek-Waterland is immers een gebied dat van oudsher
veel industriële bedrijvigheid kent en daarbij ook veel combinaties
van woon- en werkgebieden. Verder ligt de regio onder een
aanvliegroute van de luchthaven Schiphol. Ook transporten brengen
risico´s met zich mee: er lopen snelwegen door het gebied (A7 en A8),
grote vaarwegen (Noordzeekanaal, Zaan, Noordhollands Kanaal) en
spoorlijnen.
Per ramptype is bekeken wat de relatieve hulpvraag is per
afzonderlijke hulpdiscipline (brandweer, GHOR, politie, gemeenten en
multidisciplinair). Ieder maatscenario heeft zo z´n eigen kengetallen
waar de hulpdiensten mee geconfronteerd worden (bijvoorbeeld aantallen
slachtoffers - doden, gewonden - materiele schade, besmette personen,
vuurfront, ordeverstoorders, verkeersknelpunten, bellers voor
verwanteninformatie enzovoort). Deze score varieert van 1 tot 5
(weinig hulpvraag tot erg veel hulpvraag). Op basis van de relatieve
hulpvraag is een regionale maatramp benoemd. Daarbij zijn de
maatscenario´s samengevat tot een abstract rampscenario, waaruit de
hulpdisciplines kunnen afleiden welke gecombineerde inzet maximaal van
hen wordt gevraagd. Voor de regio is dan ´Ongeval met giftige stof´ de
maatgevende ramp: voor alle hulpdiensten is dit veruit de zwaarste
klus. Ook het ramptype ´Overstroming´ zorgt voor grote belasting van
de hulpdiensten.
De Leidraad Operationele Prestaties geeft aan welke hulpverlening
noodzakelijk is bij de berekende ´maatramp´ (´moeten´) en ook in
hoeverre de hulpdiensten deze capaciteit op dit moment beschikbaar
hebben (´kunnen´). Hieruit komen voor alle hulpdisciplines knelpunten
naar voren.
Het dagelijks bestuur van de regionale brandweer heeft besloten om de
gemeentebesturen (van Zaanstad, Oostzaan, Wormerland, Purmerend,
Waterland, Beemster, Zeevang, Edam/Volendam en Landsmeer) voor te
stellen het niveau van de voorbereiding van de rampbestrijding te
richten op de aanpak van ongevallen met giftige stoffen en
overstroming. Voor beide typen gaat het om zowel pro-actief,
preventief als preparatief beleid. Op die manier kunnen de risicos
zoveel mogelijk worden geminimaliseerd en kunnen ook de andere
ramptypen worden aangepakt. Er komt een projectplan waarin staat hoe
de verschillende disciplines hieraan uitvoering gaan geven (in termen
van mensen, middelen en tijd). Het projectplan moet er uiterlijk 1
juli 2003 liggen. De regionaal commandant brandweer wordt met de
coördinatie belast.