Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
IGZ adviseert minister over kerntaken inspectie
De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) vindt activiteiten op het
gebied van het wonen en verblijven in combinatie met verzorging en
begeleiding, economische delicten (zoals bepaalde overtredingen van
het Reclamebesluit) en preventief toezicht op enkele categorieën
extramuraal werkzame beroepsbeoefenaren niet tot haar kerntaken
behoren. Het bewaken van de volksgezondheid en de kwaliteit van de
gezondheidszorg is uitgangspunt van de Inspectie. Mede in relatie tot
de beschikbare personele capaciteit, leidt het hanteren van dit
uitgangspunt tot een kleiner aantal kernactiviteiten.
In de zomer van 2001 schreef minister Borst al in een brief aan de
Tweede Kamer dat de Inspecteur-Generaal een voorstel ten aanzien van
de kerntaken voor zou leggen. De Inspectie adviseerde deze week in een
brief aan de minister akkoord te gaan met het volgende:
a. Het preventief (algemeen) toezicht op enkele categorieën
extramuraal werkzame beroepsbeoefenaren met ingang van 1 januari
2003 te beëindigen.
b. Het preventief (algemeen) toezicht op het wonen en verblijven in
combinatie met verzorging en begeleiding in zorginstellingen met
ingang van 1 januari 2003 te beëindigen.
c. De opvatting te onderschrijven dat bij het Reclamebesluit wat
betreft gunstbetoon de economische en financiële invalshoek
prevaleert en tegen die achtergrond het toezicht over te dragen
aan een andere, daarvoor meer in aanmerking komende
toezichthouder, zeker zolang zelfregulering nog geen feit is.
d. Productveiligheid in te bedden in de integrale keten
productveiligheid en toepassingsveiligheid van geneesmiddelen,
medische hulpmiddelen en bloedproducten, en het toezicht op die
keten met ingang van 1 januari 2003 door de Inspectie uit te laten
voeren op basis van een risicoanalyse van de te onderscheiden
onderdelen binnen die keten, afgewogen tegen het risicoprofiel van
andere onderwerpen/ketens.
De capaciteit die vrijvalt als gevolg van het afbouwen van voornoemde
activiteiten wordt ingezet op taken met een hoog risicoprofiel. De
gezondheid van de burger staat hierbij centraal. Met behulp van een
risicomodel, kan de Inspectie vissen waar de vissen zitten. De
uitwerking hiervan wordt in het werkplan 2003 opgenomen. Daarnaast
moet op korte termijn de - mede door de Tweede Kamer benadrukte -
noodzakelijke capaciteits- en kwaliteitsimpuls gerealiseerd worden, om
zowel de huidige als de nieuwe inspectietaken op het gewenste
handhavingsniveau te kunnen uitvoeren.