Landelijk instituut sociale verzekeringen
Persbericht d.d. 19/06/02
Onderzoeksmethodiek ongeschikt
UWV: onterecht oordeel IWI over arbeidsdeskundige
De Inspectie voor Werk en Inkomen concludeert in haar rapport Geschikt
of ongeschikt dat de arbeidsdeskundige inbreng bij de WAO-beoordeling
onvoldoende is. IWI doet dit op basis van gesprekken die zij met 9 van
de 1200 bij UWV werkzame arbeidsdeskundigen heeft gevoerd. Bij deze
extrapolatie van gegevens plaatst UWV grote vraagtekens. Op basis van
de extrapolatie oordeelt IWI dat het onzeker is of een juiste mate van
arbeidsongeschiktheid en daarmee een juiste uitkering wordt
vastgesteld. Ook de begeleidingscommissie is kritisch over de
gehanteerde onderzoeksmethodiek. Uitspraken in het rapport die worden
gedaan over de totale populatie arbeidsdeskundigen zijn nauwelijks
staande te houden en methodologisch onhoudbaar, aldus de commissie.
UWV bestrijdt niet dat het werk van de arbeidsdeskundige voor
verbetering vatbaar is. Die conclusie heeft UWV zelf al in een eerder
stadium getrokken. Dat heeft onder meer geleid tot verbeterde
opleidingen, protocollering en een grotere betrokkenheid van de
arbeidsdeskundige bij de beoordeling van arbeidsongeschiktheid.
Initiatieven die er toe hebben bijgedragen dat steeds minder
WAO-beoordelingen tot een volledige uitkering leiden. In 1999 was de
helft van de toegekende WAO-uitkeringen een volledige uitkering, in
2001 was dat 38 procent.
Ook heeft UWV het initiatief genomen om met voorstellen te komen voor
een verdere verbetering van de arbeidsdeskundige praktijk. Die
initiatieven zullen binnenkort met de staatssecretaris worden
besproken.
Verbetering van het arbeidsdeskundig handelen kan echter niet alleen
worden gevonden bij de arbeidsdeskundige zelf. Bij het selecteren van
de juiste functie heeft de arbeidsdeskundige te maken met een veelheid
aan wet- en regelgeving: het Schattingsbesluit, nadere wet- en
regelgeving, jurisprudentie. Dat maakt de beoordeling ondoorzichtig en
moeilijk uitvoerbaar. UWV pleit dan ook nadrukkelijk voor
vereenvoudiging van de wet- en regelgeving.