Ministerie van Buitenlandse Zaken
---
Samenvatting:
"De zorg voor effectieve armoedebestrijding geen exclusief links thema. Ook
een centrum-rechts kabinet is aan te spreken op die verantwoordelijkheid,"
aldus minister Herfkens in haar slottoespraak op het Formatiedebat te Den
Haag, georganiseerd door wereldburgers.nl . Herfkens ziet genoeg
aangrijpingspunten binnen het gedachtegoed van die partijen zelf om dat te
doen.
Volledige tekst:
Keer op keer blijkt dat het draagvlak in Nederland voor
Ontwikkelingssamenwerking hoog blijft. Dat was ook weer de uitkomst van het
laatste onderzoek in opdracht van de NCDO: ruim zeventig procent van de
ondervraagden vindt dat Nederland voorop moet blijven lopen in de
ontwikkelingssamenwerking, ook al is er scepsis over de besteding van het
geld.
Dit is denk ik de laatste toespraak van mijn ministerschap. Ik moet
terugdenken aan de eerste, begin september 1998. We hebben een geweldig
draagvlak, maar de Derde-Wereldbeweging slaagt er onvoldoende in een vuist
te maken op het Binnenhof, zei ik toen. Daarmee herhaalde ik wat ik ook al
had gezegd bij mijn afscheid als Kamerlid in 1990. Die uitdaging is ook nu
nog onverminderd groot.
Dat de verkiezingsuitslag leidt tot een centrum-rechts kabinet is geen
enkele reden om stil in een hoekje uit te huilen. Want ten eerste zegt de
verkiezingsuitslag niets over het draagvlak. Dat is na 15 mei niet plots
lager geworden. Ten tweede is de zorg voor effectieve armoedebestrijding
geen exclusief links thema. Ook een centrum-rechts kabinet is aan te spreken
op die verantwoordelijkheid. En er zijn ook genoeg aangrijpingspunten binnen
het gedachtegoed van die partijen zelf om dat te doen.
Neem het CDA. In de achterban van die partij is ontwikkelingssamenwerking
altijd heel belangrijk geweest. Bij de jongeren, bij de vrouwen, in de
kerken. De jubilee campagne, die zeer sterk door de kerken wordt gedragen,
heb ik altijd bewonderd als een van de beste voorbeelden van actie en lobby
rond armoedebestrijding. Het verkiezingsprogramma noemt solidariteit als
uitgangspunt. Een kabinet waarin het CDA veruit de grootste partij is kan de
armoedebestrijding niet laten versloffen.
Het CDA heeft een lange traditie hoog te houden. Dat kun je van de Lijst Pim
Fortuyn niet zeggen. Eerder vandaag kritiseerde ik het voorstel van Pim
Fortuyn om hulpgeld veel sterker in te zetten op opvang van vluchtelingen.
Nu wil ik twee andere uitspraken van Fortuyn naar voren halen waar ik wel
vierkant achter sta. De eerste is dat hij graag zou zien hoe effectief hulp
is. Helemaal mee eens. De armsten in de wereld kopen niets voor onze goede
bedoelingen. Waar het om gaat zijn de resultaten. Juist op die effectiviteit
heb ik de afgelopen jaren ingezet en daar kan het nieuwe kabinet op verder
bouwen.
Verder zei Fortuyn dat hij handel belangrijker vindt dan hulp. Daar ben ik
het voor duizend procent mee eens. Het gevecht voor vrije toegang tot onze
markten. Voor een eerlijk handelsbeleid. Voor grondige herziening van het
Europees landbouwbeleid. Daar heb ik me met ziel en zaligheid ingestort.
Omdat daar inderdaad een wereld te winnen is voor de armste landen. Meer dan
met hulp alleen.
Bij die strijd heb ik de afgelopen jaren goed kunnen samenwerken met de VVD.
Met liberalen kun je prima uit de voeten als je protectionisme en subsidies
wilt bestrijden. Ook de VVD vindt het absurd dat een Europese koe twee
dollar per dag subsidie krijgt, terwijl de helft van de wereldbevolking met
minder moet zien rond te komen. Ook de VVD vond dat Nederlands
ontwikkelingsgeld niet bedoeld is als subsidie voor het Nederlandse
bedrijfsleven. Maar die inzet van het kabinet voor coherentie kwam niet als
vanzelf. Daar was wel een minister voor Ontwikkelingssamenwerking voor
nodig. Ik roep VVD-leider Zalm op om dat ook eerlijk toe te geven en daar
consequenties uit te trekken voor het komende kabinet.
We mogen blij zijn met het draagvlak. Maar een onthutsende uitkomst van het
laatste NCDO-onderzoek vind ik dat 52% van de Nederlanders kiest voor
bescherming van onze eigen economie en een minderheid (40%) voorstander is
van vrije toegang voor armste landen tot onze koopkrachtige markten. Eens te
meer een bewijs van hoeveel werk er nog te doen is om het draagvlak te
vertalen in politieke keuzes.
Fatalisme past ons niet. Ik heb wel eens vaker de afgelopen 25 jaar een
weekend bij de pakken neer willen zitten. Maar keer op keer heb ik me dan
weer laten inspireren door de armen zelf. Zij kunnen het zich niet
permitteren zich over te geven aan fatalisme. Laten wij dat dan ook niet
doen. Laten we doorgaan hun stem te vertolken, juist ook op het Binnenhof.
===