Stichting Vakopleiding Gezondheidstechnische Beroepen
Topontwerper Jan Jansen gastdocent bij SVGB-OSLO
Op 17 april jl. bezocht Nederlands meest succesvolle schoenontwerper
Jan Jansen voor het eerst de schoenenschool en wel op de nieuwe
locatie in Nieuwegein.
Op uitnodiging van de docenten van de cursus Ambachtelijk Schoenmaken
en in samenwerking met enkele cursisten toog Jan naar Nieuwegein om
iets te vertellen over zijn manier van werken.
Het was een zeer boeiende middag waar de cursisten hem het hemd van
het lijf vroegen. Geen vraag was voor Jan te gek. Hij stelde zich zeer
open op waardoor er een prettige wisselwerking met de cursisten
ontstond.
Zijn eerste contact met OSLO was er een van bewondering en verbazing.
Hij had het stoffige vakschooltje in Waalwijk nog in herinnering,
hetgeen niet te vergelijken is met de huidige school. Hij keek zijn
ogen uit en vond het groot, schoon en stond verbaasd over het
beschikbare machinepark.
Na afloop waren zowel Jan, de cursisten als de docenten erg tevreden
over het verloop van deze middag. Iedereen had weer veel inspiratie
opgedaan.
Een herhaling is zeker de moeite waard!
José Dormans
Docent Schoen- en Lederwaren
Onderstaand een verslag van een van de cursisten van deze middag.
Onderonsje met Jan Jansen
Als wielrenner kent iedereen hem, maar die bedoelen we niet. Wij
schoenenlui weten wel beter. Meester-schoenontwerper Jan Jansen (1941)
is bekend, populair en geliefd bij de studenten en docenten van de
opleiding Ambachtelijk Schoenmaken. Misschien willen er veel wel
stiekem ook zoals Jan Jansen worden. Zeker in het begin van zijn
gastcollege op de SVGB, op 17 april, heerste er een eerbiedige stilte.
Tegen het einde van drie zinderende uren was het ijs helemaal
gebroken. Het werd een gemoedelijk onderonsje waarin werd gelachen en
de ene vraag over de andere buitelde.
Aanvankelijk wilde Jan Jansen de studenten van de SVGB verrassen met
een simpel potje pasta. Daarmee zou hij leestvormen tevoorschijn
toveren, aangezien Jansen leesten ontwerpt voor een schoen, in plaats
van schoenen ontwerpt op een leest. Het kwam er niet van, het potje
bleef dicht. Maar goed dat hij thuis nog snel wat schoenen in zijn
koffer had gegooid, die hij tijdens zijn college op tafel stortte. Een
chroomlederen rode pump, een gouden muiltje, een paarse spitse neus,
de befaamde zweefhak. Het zat er allemaal bij. Er werd gestaard van de
schoenen naar Jan Jansen, van Jan Jansen naar de schoenen. Mijn
laatste schoenen vind ik altijd de mooiste die ik ooit gemaakt heb, zo
vertelde Jansen. Dat zijn er veel, want in zijn leven heeft hij er al
enkele duizenden ontworpen. Niet zo gek voor iemand die al op zijn
zesde kritiek had op de degelijke schoenen die zijn vader produceerde.
Dat kan anders, dacht hij, en dat is gebleken. Een enorme diversiteit
zit er in zijn ontwerpen van 60 tot nu. Opvallend vrolijke kleuren en
speelsheid in de vormen zorgen voor een blij gevoel bij het zien en
dragen van zijn schoenen.
Bij de studenten leeft vooral de vraag hoe de markt op te gaan met je
eigen schoenen, zonder te worden verslonden door de commercie. Jansen
beantwoordde geduldig de vele vragen op dit gebied. Op de vraag hoe je
je rechten als schoenontwerper beschermen moet, ging hij lachend maar
liever niet op in. Ander onderwerp, kreeg men te horen. Want hoe
bekend, gewaardeerd en doorgewinterd Jansen ook is, ook hem overkomen
vervelende dingen zoals het gekopieerd zien van je schoenen. Jansens
tip? Ga met je schoen naar het belastingkantoor en koop een stempel
voor zes gulden. Dan is je schoen beschermd. Duidelijk werd dat de
kiezen behoorlijk op elkaar moeten worden gezet. Toch is ook pure
liefde voor het vak het geheim van de smid, als je goed naar Jan
Jansen kijkt. Overal schoenen zien, zo is hij. Zelfs in zijn dromen.
Op een nacht droomde ik over een prachtig paar schoenen, en bij het
wakker worden was ik dolblij dat het een droom was. De schoenen waren
dus niet door een ander gemaakt. Ik heb ze meteen uitgetekend. Dat
dromerige lijkt ook echt in zijn schoenen te zitten. Zoals een klein
meisje de pumps van haar moeder aantrekt om zich een prinsesje te
voelen, zo moeten vele vrouwen zich in de schoenen van Jansen nog
steeds een prinses voelen. De sprekende kleuren, sierlijke krullen en
belijningen maken zijn schoenen sprookjesachtig. Het is niet voor niks
dat Jansen nog steeds graag eens schoenen als kunstobject wil maken.
Zelf vindt hij dat hij dat tot nu toe niet heeft gedaan, terwijl zijn
schoenen toch in het gemeentemuseum van Den Haag staan. Schoenen waar
je niet op kunt lopen, met een hak van vijftig centimeter bijvoorbeeld
of een neus van die lengte. Die zou ik nog wel eens willen maken. Aan
de studenten gaf hij de tip mee om schetsboeken vol te tekenen met
schoenen, alles wat in je opkomt op papier te zetten of er prototypes
van te maken. Maar ja, hoeveel tips hij ook geeft, er blijft iets
magisch om hem zweven waar we niet bij kunnen. Echt heel erg veel van
schoenen houden. Ik moet dit doen, want ik kan niks anders, was zijn
bescheiden antwoord.
Jansen bleek onder de indruk van de faciliteiten die de SVGB in huis
heeft. De machines, gereedschappen, materialen en kennis. Dat kan de
SVGB alleen maar ten goede komen. Voeg daar aan toe het
hartverwarmende afscheid en het kan nooit meer stuk tussen Jansen en
de SVGB. Want menigeen vroeg om zijn handtekening en wilde met hem op
de foto. Hij liet het zich stralend welgevallen. Een zeldzaam
vriendelijke man, misschien wel groot geworden door klein te blijven.
En dat, terwijl zijn onuitputtelijke en opzienbarende schoenontwerpen
nooit meer in een woord als klein te vangen zullen zijn.
Rachel de Kler