Ministerie van Justitie
Eerste Kamer stemt in met uitvoerings en aanpassingswet internationaal
strafhof
18 juni 2002
De Eerste Kamer is vandaag, zonder stemming, akkoord gegaan met de
wetsvoorstellen die de vestiging van het Internationaal Strafhof in
Nederland mogelijk maken. Het gaat om de Uitvoeringswet Internationaal
Strafhof en de bijbehorende Aanpassingswet. Met de wetswijzigingen
wordt de samenwerking tussen Nederland en het Strafhof geregeld.
Nederland heeft als partij bij het Strafhof een vergaande
samenwerkingsplicht. Traditionele weigeringsgronden zoals bestaan in
de internationale rechtshulp tussen opsporingsinstanties van
verschillende landen (ne bis in idem, vrees voor discriminatoire
vervolging, politiek delict, ontbreken dubbele strafbaarheid), kunnen
níet worden ingeroepen ten opzichte van het Strafhof. Wel bestaat een
algemene verplichting voor het Hof tot overleg of consultatie. Alle
samenwerkingsverzoeken van het Strafhof komen binnen bij de Minister
van Justitie. De uitvoering is grotendeels geconcentreerd bij de
officier van justitie en de rechtbank te Den Haag. Het gaat bij de
samenwerking om onder meer de overlevering van verdachten aan het
Strafhof, het verrichten van opsporingshandelingen en de
tenuitvoerlegging van straffen opgelegd door het Strafhof in
Nederland. Met de aanvaarding door de Eerste Kamer kan de
Uitvoeringswet Internationaal Strafhof op 1 juli a.s. in werking
treden, tegelijk met de inwerkingtreding van het Statuut van het
Strafhof.
Nederland heeft gekozen voor een gefaseerde implementatie van het
Statuut van het Internationaal Strafhof. Belangrijkste reden hiervoor
was een bespoediging van het wetgevingsproces. De nu aan de orde
zijnde 'eerste tranche' omvat de wetgeving die absoluut noodzakelijk
is voor het hier kunnen functioneren van het Strafhof en de
medewerking daaraan van Nederland De tweede tranche betreft het
voorstel voor een Wet internationale misdrijven ('WIM'). Met dit
wetsvoorstel worden een aantal misdrijven waarover het Hof bevoegd is
(genocide, misdrijven tegen de menselijkheid en oorlogsmisdrijven),
ook naar Nederlands recht afzonderlijk strafbaar gesteld. De WIM is op
19 april jl. bij de Tweede Kamer ingediend. Wanneer het Strafhof er
eenmaal is, volgt nog een zetelovereenkomst tussen Nederland en het
Strafhof. In de laatste worden onder meer immuniteiten van het
Strafhof en zijn medewerkers in Nederland geregeld.
Momenteel hebben 68 landen, waaronder Nederland, het Statuut van het
Strafhof geratificeerd. Na de inwerkingtreding van het Statuut op 1
juli heeft het Strafhof rechtsmacht. Na de benodigde organisatorische
voorbereiding zal het strafhof naar verwachting in het voorjaar van
2003 operationeel worden.