Vlaamse overheid
PERSMEDEDELING VAN HET KABINET VAN MINISTER BERT ANCIAUX VLAAMS
MINISTER VAN CULTUUR, JEUGD, SPORT, BRUSSELSE AANGELEGENHEDEN EN
ONTWIKKELINGSSAMENWERKING 12 JUNI 2002
Bert Anciaux: leidend ambtenaar Cultuurpactcommissie De Broe spreekt platte
oppositietaal
De uitspraak van Paul De Broe, leidend ambtenaar van de
Cultuurpactcommissie, in een interview in De Morgen over
de Vlaamse cultuurdecreten is ronduit misplaatst. De heer
De Broe proclameert dat steeds meer Vlaamse decreten het
Cultuurpact aan hun laars lappen en noemt gratuit in één
adem het decreet lokaal cultuurbeleid. Vlaams minister
Bert Anciaux neemt het niet dat de heer De Broe,
politiek benoemd, dergelijke manifest onjuiste uitspraken
de lucht inslingert. Hij zal hierover premier
Verhofstadt, bevoegd voor de Nationale
Cultuurpactcommissie, aanspreken.
De heer De Broe vergaloppeert zich mateloos in een
politiek spelletje en verloochent de eigen visie van de
commissie op het decreet lokaal cultuurbeleid. Bij de
opmaak van het decreet lokaal cultuurbeleid is immers
geregeld overleg gepleegd met de ambtenaren van de
Cultuurpactcommissie. Uit het verslag blijkt dat zij de
nieuwe beleidslijnen die het decreet trekt interessant en
goed vinden. Ze vergroten het draagvlak van het
cultuurbeleid en de kwaliteit van de adviesraden. Het
decreet kent - in tegenstelling tot vorige decreten -
geen beperkende, nauwe invulling van het Cultuurpact. De
heer De Broe trekt nu de deskundigheid van zijn eigen
diensten in twijfel. Het gaat bovendien in dit geval niet
enkel over het lokaal cultuurbeleid, maar evengoed om het
lokaal jeugdbeleid, een decreet dat al dateert van 1993,
met volledig dezelfde benadering.
De politiek gekleurde kijk van de heer De Broe doet meer
kwaad dan goed om de goede motieven achter het
Cultuurpact te versterken. Impliciet wordt hij
pleitbezorger voor een afschaffing ervan. De heer De Broe
zou beter zelf zijn huiswerk maken en eens nadenken over
een hedendaagse toepassing van het Cultuurpact.
Het decreet lokaal cultuurbeleid is een toonbeeld van
actuele toepassing van het Cultuurpact. Dit decreet maakt
het juist mogelijk dat elke gemeente een eigen
adviesstructuur voor Cultuur kan opbouwen op maat van de
lokale noden en behoeften. Het accent ligt op openheid en
dynamiek.
Kortom: het cultuurbeleid ter plekke wordt niet door een
adviescommissie op Vlaams niveau
bepaald/betutteld/bediscussieerd, maar door minstens 308
gemeentelijke adviesorganen. Over participatie gesproken!
De piste-De Broe installeert juist Vlaamse
overheidsbetutteling en dat is nu nét niet de bedoeling.
Het beleidsdebat bevindt zich op lokaal niveau. Wil de
heer De Broe zich verzetten tegen een grotere
betrokkenheid van de actoren en de bevolking bij het
eigen, lokale cultuurbeleid? Het
decreet/uitvoeringsbesluit bepaalt vorm- en
procedurevereisten en geeft inhoudelijke, kwalitatieve
aandachtspunten mee die minimaal aan bod moeten komen.
Dezelfde filosofie van openheid en participatie wordt
toegepast op de beheersorganen voor cultuurcentra en
bibliotheken.
Dat het Cultuurpact het krachtigste wapen is om
cultuurparticipatie te stimuleren is een drogreden om dit
Cultuurpact in zijn huidige vorm overeind te kunnen
houden. Het is het recente beleid dat onmiskenbaar leidt
naar een hogere participatie. Participatie dwing je af
door structurele aandacht in de regelgeving bv. bij het
uittekenen van het lokaal cultuurbeleid, door als
overheid van de culturele instellingen inspanningen te
eisen om met diverse types publiek om te gaan, door een
verbetering van de omkadering, zoals promotie en
marketing van cultuurevenementen, door samenwerking
tussen cultuur en onderwijs, door bv. de sociaal-
artistieke werkingen en erfgoedconvenants mogelijk te
maken, en door projectmatige stimuli, de zgn.
symboolprojecten als Dorp op Stap, Wijk op Wieltjes, enz.
Een aangepast Cultuurpact zou dit op participatiegericht
beleid wel kunnen versterken, ja, een aangepast
Cultuurpact, geen pact dat verzuiling versterkt en
institutionaliseert.
Vlaams minister Anciaux vindt het Cultuurpact zeker geen
absolute zegen. De verdiensten van het pact zijn o.a. de
garantie van medezeggenschap van de burger inzake bouw en
gebruik van culturele infrastructuur, de bijdrage tot
objectieve en rechtvaardige verdeling van middelen voor
cultuur en de bescherming van filosofische en
ideologische minderheden. Maar het Cultuurpact heeft ook
kwalijke kanten: het is verworden tot een strak
administratief keurslijf en het wordt politiek misbruikt
door sommige betrokkenen, het heeft de verzuiling
versterkt en heeft vele betrokkenen - ook tegen hun zin -
'kleur' doen bekennen.
Vlaams minister Bert Anciaux pleit voor wijziging van het
Cultuurpact (federale materie) die de kwalijke kanten van
het pact wegneemt, zonder de essentiële garanties weg te
snijden. Het Vlaams parlement zou zelf een aantal
'gedragsregels' kunnen uitwerken die de problemen met het
pact verminderen. Bert Anciaux denkt bij deze
gedragsregels o.a. aan:
- Het toepassen van het pact veeleer naar de geest dan
naar de letter;
- Het stimuleren van de derde formule van het pact, te
weten beheersorganen en adviesorganen samenstellen op
basis van deskundigheid, zonder dat aan de
voorgestelde leden naar hun strekking wordt gevraagd;
- De afspraak maken dat de decreetgever voor specifieke
aspecten (o.a. subsidies of infrastructurele
ondersteuning van projecten en experimenten) de nodige
ruimte voorziet, zodat de ondersteuning kan gebaseerd
zijn op een uitspraak van een beoordelingscommissie,
of op een door de regering goedgekeurd reglement.
Deze gedragsregels zullen veel meer dan het letterlijke
Cultuurpact het pluralisme in het cultuurbeleid
garanderen. Juist de huidige Vlaamse decreten inzake
cultuurbeleid respecteren de facto reeds deze
gedragsregels. In geen enkele legislatuur werd de
ontzuiling zo hoog op de agenda geplaatst en in de
praktijk gerealiseerd als in deze legislatuur. We
verwijzen naar de nieuwe decreten die na zeer ruime
consultatie en inspraak van het veld tot stand komen,
naar de samenstelling van beheers- en adviesorganen
louter op basis van deskundigheid, maar bv. ook naar de
oprichting van de diverse steunpunten in het culturele
landschap, bakens van echt pluralisme.
De heer De Broe zou zich hier beter constructief over
bezinnen in plaats van de keizer-koster uit te hangen.
info : Koen T'Sijen, woordvoerder van
minister Anciaux - tel. (02) 553 28 11
e-mail: koen.tsijen@vlaanderen.be