Gemeente Groningen

12
JUN
09.29

Persbericht

College presenteert Voorjaarsnota 2003-2006
11-06-2002

Burgemeester en wethouders willen de komende collegeperiode jaarlijks 2,5 miljoen euro structureel en 4 miljoen euro incidenteel investeren in nieuw beleid. Het geld is bestemd voor het realiseren van de doelen uit de gemeentelijke stadsvisie tot 2010. Centraal daarin staat onder meer het bevorderen van de werkgelegenheid, het verbeteren van de leefomgeving, het versterken van de concurrentiepositie, het verbeteren van de veiligheid, wijkvernieuwing en het vergroten van de bereikbaarheid. In de begroting 2003 wil het college eenmalig structureel 600 duizend euro beschikbaar stellen voor een aanvullend programma van verkeersmaatregelen. Ook wil het college in de komende collegeperiode in ieder geval 6 miljoen euro investeren in fietsvoorzieningen. Dit staat in de vandaag gepresenteerde Voorjaarsnota 2003-2006.

De financiële vooruitzichten voor Groningen zijn de komende jaren minder gunstig. Bij ongewijzigd beleid zou het tekort in het Meerjarenbeeld (financieel toekomstplaatje) in 2006 naar verwachting oplopen tot 8,6 miljoen euro. Om ook in 2006 een gedekt Meerjarenbeeld te kunnen presenteren wil het college 9,5 miljoen euro bezuinigen. Het college wil bezuinigen door taken af te stoten en goedkoper te werken. Bijvoorbeeld door het behalen van efficiencyvoordelen bij de inkoop.

Over 2002 verwacht het college nog een positief resultaat van 9,5 miljoen euro. Door de gunstige economische ontwikkelingen in de afgelopen jaren profiteert de gemeente nog van een verhoging van de inkomsten via de Algemene Uitkering van het Rijk.

Extra investeringen uit verhoging OZB
Extra investeringen in het onderhoud van de openbare ruimte, het stadsgewestelijk openbaar vervoer en fietsmaatregelen wil het college betalen uit een verhoging van de OZB. In 2003 stijgt de OZB daarom met 6 procent boven aanpassing aan de inflatie. In het collegeprogramma is afgesproken dat de totale woonlasten (OZB, afvalstoffenheffing en rioolbelasting) niet boven het gemiddelde in de grote steden mag uitkomen. Dat is na de stijging niet het geval.

Thuis in de stad
In de Voorjaarsnota geeft het college traditioneel een overzicht van de stand van zaken in de stad, het huishoudboekje en hoeveel geld de gemeente de komende jaren aan nieuw beleid wil besteden. Onder de kop Thuis in de stad is dit jaar in de Voorjaarsnota ook een hoofdstuk opgenomen waarin B&W de belangrijkste themas in het openbaar bestuur beschrijven. Over die themas wil het college de komende maanden in gesprek met de gemeenteraad en de inwoners. De uitkomsten van die gesprekken zullen de basis vormen voor het beleid in de komende jaren.

Veel in Groningen gaat goed. Typische grote stadsproblemen hebben Groningen nog maar in beperkte mate bereikt. Maar om dit zo te houden, zullen zowel stadsbestuur als inwoners de handen uit de mouwen moeten steken, zo concluderen B&W. Het college vindt dat het gemeentebestuur richting moet aangeven en oplossingen aan moet dragen voor complexe problemen. Maar wel in voortdurend overleg met de inwoners. De burger kan het niet alleen, de overheid evenmin.

De economie ontwikkelt zich minder gunstig dan in afgelopen jaren. Daarom zal een flinke inspanning nodig zijn om werkgelegenheid hier te krijgen en te houden. Het op peil houden van de kwaliteit en de veelzijdigheid van de binnenstad vraagt voortdurende aandacht en zorg, net als het onderhoud van de stad en de leefbaarheid. Inwoners die dat nodig hebben, wil het college blijven stimuleren en ondersteunen om gebruik te maken van hun mogelijkheden en talenten. Daarbij is meedoen belangrijker dan geld verdienen. Een goed evenwicht tussen het bereikbaar houden van de stad, mobiliteit en het handhaven van de bijzondere kwaliteiten van Stad en Ommeland vraagt de komende jaren soms ingrijpende keuzes. Economische groei moet het behoud van kwaliteit van de leefomgeving en de ecologie niet in de weg zitten. Dit vereist ook goede afspraken in regionaal verband.

Nieuw beleid
Het komende jaar wil het college in ieder geval aan de slag met de ambities uit het collegeprogramma. Belangrijk punt is het verbeteren van de schriftelijke en telefonische bereikbaarheid en het verbeteren van de publieke dienstverlening. Verder streeft het college naar betere communicatie tussen stad en stadhuis. Ook wil het college met volle kracht inzetten op de ontwikkeling van de Noord- en Oostzijde van de Grote Markt.

B&W willen doorgaan met investeren in activiteiten die de sociale structuur in een wijk bevorderen, zoals: sociale activering, jeugd- en jongerenteams, bouw van sociaal-culturele centra en Vensterscholen en ondersteuning van bewonersorganisaties. Vooral in buurten en wijken waar de sociale structuur zwak is en de problemen het grootst. Verder willen B&W samen met de woningcorporaties het
wijkvernieuwingsprogramma tegen het licht houden.

De doelen uit de Stadsvisie (tot 2010) wil het college handhaven. Wel kan het nodig zijn die doelen bij te stellen. Zo is de werkloosheid inmiddels al gedaald tot onder de 10.000, het streefcijfer voor 2010.

Het college geeft in deze Voorjaarsnota verder nog niet precies aan hoe het het geld voor nieuw beleid wil investeren. Voorstellen daarvoor komen in de gemeentebegroting voor 2003. Na de gesprekken over de themas uit de Voorjaarsnota.

Stadsmonitor
Met behulp van de zogenoemde Stadsmonitor meet het stadsbestuur jaarlijks allerlei ontwikkelingen in de stad. Verheugend is dat de trek van gezinnen uit de stad vrijwel tot staan is gebracht. Veel bewoners vinden dat hun buurt netter is geworden en zijn tevreden over het onderhoud van wegen en groenvoorzieningen. Ook heeft de Stadjer meer vertrouwen in de toekomstige ontwikkeling van de wijk.

Het aantal arbeidsplaatsen is vorig jaar met 4500 gestegen maar aan het eind van 2001 is de economische groei tot stilstand gekomen. De doorstroming op de ringwegen lijkt iets te verbeteren. Het gebruik van het openbaar vervoer en de citybus neemt toe. Zorgelijk is echter dat het fietsgebruik achterblijft bij de bevolkingstoename. De deelname van allochtonen aan sociaal-culturele activiteiten en vrijwilligerswerk blijft sterk achter. Daarmee volgt Groningen de landelijke trend. Hoopvol is echter dat het verschil in werkloosheid tussen autochtonen en allochtonen steeds kleiner wordt.

Op het gebied van veiligheid laten de cijfers een positieve en een negatieve ontwikkeling zien. Het aantal inwoners dat zich wel eens onveilig voelt daalt, evenals het aantal woninginbraken en vernielingen. Het aantal jeugdige delictplegers is echter licht gestegen.