CBS

Institutionele beleggingen meer dan 5% gestegen

De beleggingen van institutionele beleggers zijn met meer dan 5 procent toegenomen in het eerste kwartaal van 2002. De waardestijging ten gevolge van koerswinsten en -verliezen bedroeg per saldo bijna 15 miljard euro. Pensioenfondsen en verzekeraars hebben in het eerste kwartaal veel effectentransacties verricht. Dit blijkt uit voorlopige cijfers van het CBS.

Beleggingen weer terug op hoog niveau
De beleggingen van de institutionele beleggers zijn in het eerste kwartaal van dit jaar met meer dan 5 procent gestegen, een percentage dat de laatste acht kwartalen niet meer is voorgekomen. De totale waarde van de beleggingen aan het eind van het eerste kwartaal is 742 mld euro. De beleggingen zijn hiermee terug op het niveau van het derde kwartaal 2000, voordat de beursmalaise begon. De beleggingen van verzekeraars zijn met bijna 7 procent het sterkst gestegen naar 286 miljard euro, de hoogste stand tot nu toe. De beleggingen van de pensioenfondsen zijn met bijna 5 procent toegenomen tot 456 miljard euro.

Koerswinst aandelen bijna 15 miljard
De institutionele beleggers hebben per saldo een waardestijging van bijna 15 miljard euro gerealiseerd. Voor de pensioenfondsen bedroeg de waardestijging bijna 10 miljard euro en voor de verzekeraars iets meer dan 5 miljard euro. Voor de institutionele beleggers tezamen bedroeg de koerswinst op aandelen 15 miljard euro en is het vastgoed iets meer dan 1 miljard euro in waarde gestegen. Op de obligatieportefeuille is een koersverlies geleden van ruim 1 miljard euro. De overeenkomstige beursindices laten eenzelfde ontwikkeling zien.

Veel effecten verhandeld
De pensioenfondsen hebben in het eerste kwartaal van 2002 zeer veel effecten verhandeld. Ongeveer de helft van de obligatieportefeuille is vervangen. Van de aandelenportefeuille is ongeveer 20 procent verhandeld. De aankopen waren hoger dan de verkopen, waardoor beide portefeuilles met enkele procenten zijn uitgebreid. De transacties van de verzekeraars lagen op een lager niveau. Ruim een kwart van de obligatieportefeuille en ongeveer 13 procent van de aandelenportefeuille is verhandeld. Ook hier zijn de beide portefeuilles met enkele procenten toegenomen door per saldo aan te kopen.

Technische toelichting
Met ingang van het eerste kwartaal van 2002 is de statistiek uitgebreid, teneinde aan nieuwe internationale verplichtingen te kunnen voldoen. Deze herziening heeft geleid tot een vertraging in de respons. De hier gepubliceerde cijfers berusten daarom op een lagere respons dan gebruikelijk. Om die reden zijn ook minder details in dit persbericht opgenomen. Na een meer gedetailleerde analyse van de gevolgen van de herziening van de statistiek zullen deze in de Financiële Maandstatistiek worden toegelicht. De in tabel 1 gepresenteerde cijfers voor ultimo 2001-IV zijn nog niet aangepast aan de nieuwe opzet. Om deze reden kan het zo zijn dat de standgegevens niet volledig op elkaar aansluiten. Het eerder genoemde artikel gaat hier nader op in. De in het persbericht genoemde cijfers zijn wel zo veel mogelijk aangepast aan de nieuwe opzet.

Voor achtergrondinformatie en meer details over dit onderwerp kunt u contact opnemen met dhr. drs. A.J. de Boo, tel. (070) 337 42 60.

Overige informatie kunt u verkrijgen bij de persdienst van het CBS. Tel. (070) 337 58 16 Fax (070) 337 59 71 E-mail: persdienst@cbs.nl

PB02-106
31 mei 2002
9.30 uur
Centraal Bureau voor de Statistiek
Het CBS
is een dienst van
het Ministerie van
Economische Zaken
Persbericht