EnergieNed
Federatie van Energie-
Ministerie van Algemene Zaken bedrijven in Nederland
T.a.v. de heer mr. J.P.H. Donner Utrechtseweg 310
6812 AR Arnhem
Kabinetsinformateur
Postbus 9042
Postbus 20008 6800 GD Arnhem
2500 EA DEN HAAG Telefoon 026 - 356 94 44
Fax 026 - 446 01 46
E-mail ened@energiened.nl
Internet www.energiened.nl
Onderwerp energievoorziening in Nederland
Ons kenmerk 2002-16820
Behandeld door F.R.M. Munnichs
Telefoon 026 - 356 33 00
Faxnummer 026 - 389 21 22
E-mail fmunnichs@energiened.nl
Datum 28 mei 2002
Geachte heer Donner,
Met het oog op de kabinetsformatie vraagt EnergieNed, Federatie van
Energiebedrijven in Nederland, uw aandacht voor het publiek belang ten
aanzien van de energievoorziening in Nederland en de wijze waarop het
publiek belang het beste kan worden gediend, namelijk door gelijke kansen
te creëren voor energiebedrijven in Nederland ten opzichte van andere
Europese landen en een goed investeringsklimaat. Dit vergt een gerichte en
brede aanpak. Daarmee kunnen de belangen van consumenten, waaronder
de betrouwbaarheid van de energievoorziening, de komende jaren veilig
gesteld worden.
De gezamenlijke Nederlandse energiebedrijven vormen een bedrijfstak waarin
zo'n 25.000 mensen jaarlijks een omzet genereren van ruim 11 miljard euro.
Deze bedrijven op het terrein van elektriciteits- en gasproductie, transport en
distributie, handel en levering van elektriciteit en gas hebben hun krachten
gebundeld in de branchevereniging EnergieNed.
In lijn met Europese afspraken wordt de energiemarkt in Nederland gelibera-
liseerd. De grote industrie en het midden- en kleinbedrijf hebben inmiddels
keuzevrijheid van energieleverancier. De markt voor groene energie is
volledig geliberaliseerd, vooruitlopend op de vrijmaking van de volledige
energiemarkt voor alle consumenten. Die liberalisering geeft de consumenten
de vrijheid zelf een energieleverancier te kiezen. In concurrentie zullen de
energiebedrijven om de gunst van de klanten dingen. Dat vergroot de keuze-
ABN ABN--AMRO bank 53.52.71.867 AMRO bank 53.52.71.867 ING Bank 65.33.12.725 ING Bank 65.33.12.725 Postbank 2367258 Postbank 2367258 KvK Arnhem 40124517 KvK Arnhem 40124517
mogelijkheden voor de klant en vormt een prikkel voor de energiebedrijven
om marktconform en efficiënt te opereren.
Gelijke kansen in Europa
Liberalisering van de energiemarkt leidt ook tot concurrentie op het inter-
nationale vlak omdat ook andere EU-landen (geleidelijk) hun energiemarkt
openstellen voor nieuwe toetreders, zoals de Nederlandse energiemarkt ook
open staat voor buitenlandse energiebedrijven.
Tegen deze achtergrond is het noodzakelijk dat de regelgeving in Nederland
in de pas loopt met wat in andere landen van de Europese Unie gangbaar is.
Het is een belangrijke voorwaarde om de voorzieningszekerheid op lange
termijn veilig te stellen.
Strengere regels in Nederland, bijvoor beeld op het gebied van milieueisen,
toezicht en marktordening leiden tot concurrentienadeel voor de Nederlandse
energiebedrijven ten opzichte van energiebedrijven in EU-landen waar de
regels soepeler zijn. Daarom vragen de energiebedrijven in Nederland om
gelijke kansen voor hen in Europa en harmonisatie van relevante wet- en
regelgeving, met name op het gebied van milieuvoorschriften c.q. waardering
van het milieu, fiscale maatregelen, mededinging, toegang tot transport-
systemen en deelmarkten en scheiding van functies van energiebedrijven
(transport en distributie versus handel in en levering van energie). De
ongelijke regelgeving in landen van de EU werkt nu in het nadeel van de
energiebedrijven in Nederland. Daardoor kunnen zij moeilijk concurreren met
buitenlandse energiebedrijven, hetgeen ten koste gaat van instandhouding
c.q. uitbreiding van de noodzakelijke productiecapaciteit. Dat kan de
voorzieningszekerheid van de energievoorziening op termijn ondergraven.
Daarom dient in Nederland bijvoor beeld voor de verschillende energiedragers
een zelfde investerings klimaat te gaan gelden als in de andere Europese
landen, zonder concurrentieverstoring en met een gelijke waardering van
milieu. Eerst dan wordt voldaan aan een belangrijke voorwaarde om de
voorzieningszekerheid op langere termijn veilig te kunnen stellen.
EnergieNed acht het wenselijk en noodzakelijk dat het kabinet streeft naar harmonisatie van de regelgeving in Nederland met de regelgeving in de ons omringende landen opdat dit marktgebied zo spoedig mogelijk kan functio- neren als één transparante markt zonder onnodige (fysieke of andere) handelsbeperkingen of -belemmeringen. Het is noodzakelijk dat het kabinet in EU-verband bewerkstelligt dat met spoed bestaande transportcongesties, te beginnen in de ons omringende landen, opgeheven worden.
Pagina 2/5 2002-16820 FM/AHL 28 mei 2002
Invoering van een `Europa-toets'
EnergieNed dringt erop aan dat elke nieuwe Nederlandse wet- en regelgeving
grondig getoetst wordt op de Europese aspecten en internationale dimensies.
Deze `Europa-toets' moet niet alleen uitwijzen of de regelgeving aansluit bij de
Europese wetgeving en beleidslijnen, maar ook of deze het Europees level
playing field versterkt én past bij de situatie in de direct omliggende landen.
Daarbij dienen ook de effecten onderzocht te worden op het Nederlandse
ondernemingsklimaat en de concurrentiepositie van de verschillende branches.
Specifiek wordt daarbij aandacht gevraagd voor de effecten op de energie-
branche in relatie tot de voorzieningszekerheid van de energievoorziening.
Voorzieningszekerheid
De Europese energiemarkten, waaronder de Nederlandse markt, bevinden
zich volop in een transitieproces. Nog lange tijd hebben deze markten te
maken met onevenwichtigheden die kunnen leiden tot effecten op de voor-
zienings zekerheid. De dynamiek in de markt neemt gestaag toe. De overheid
dient zodanige voorwaarden te scheppen dat betrouwbaarheid van de
energievoorziening en voorzieningszekerheid ook in de vrije energiemarkt zijn
gegarandeerd.
In een geliberaliseerde elektriciteitsmarkt wordt de voorzieningszekerheid
beïnvloed door de gedragingen van een groot aantal partijen die zich op hun
beurt laten leiden door zaken zoals regulering en toezicht, nationale en inter-
nationale marktomstandigheden, ondernemingsklimaat en subsidies. Voorop
staat dat de markt c.q. klanten te allen tijde een beroep moeten kunnen
doen op voldoende aanbod van elektrisch vermogen om in hun behoefte te
voorzien. De overheid dient hieraan haar bijdrage te leveren.
Daartoe dient er ook in Nederland een voor producenten aantrekkelijk investe-
ringsklimaat te heersen. Zaken als diversificatie van brandstoffen, ontwikkeling
van interconnectoren voor im- en export en ontwikkeling van reservecapaciteit
spelen daarbij een rol.
Evenzo dienen de netbeheerders er zeker van te kunnen zijn dat dit elektrisch
vermogen op ieder moment en op de juiste locatie daadwerkelijk beschikbaar is
om de transportvoorziening in stand te kunnen houden. Dit alles vraagt een
overheidsbeleid dat rekening houdt met behoeften en ontwikkelingen in de
geliberaliseerde energiemarkt. Ook is nodig een wijze van regulering en toezicht
op de infrastructuur die ruimte geeft voor investeringen, kwaliteitsverbetering
van de dienstverlening en economisch rendement.
Waar het gaat om de voorzieningszekerheid van gas speelt de discussie over
de toekomst van het gasgebouw in relatie tot de langetermijnbelangen van de
Nederlandse energievoorziening. Gewenst wordt een gasbeleid dat rekening
houdt met het feit dat de Europese gasvraag steeds meer uit voor raden buiten
Europa gedekt moet worden, hetgeen hoge investeringen vergt. Ook
Pagina 3/5 2002-16820 FM/AHL 28 mei 2002
Nederlandse gastransportbedrijven dienen hiertoe actief te kunnen participeren
in de verdere ontwikkeling van het Europese gastransportnet.
De Nederlandse overheid dient niet te ver vooruit te lopen met het openen van
de gasmarkt gezien de strategische belangen van Nederland. Een werkbare
competitieve gasmarkt dient evenwel het eerste uitgangspunt te blijven. Het
kleine veldenbeleid dient gecontinueerd te worden onder marktconforme
condities.
De Nederlandse overheid kan bijdragen aan een betrouwbare kosteneffectieve
energievoorziening door in haar beleid en regulering rekening te houden met de
(internationale) dynamiek in de energiemarkt en ook door de netbeheerders
ruimte te geven daarop te anticiperen.
Privatisering
Het vorige kabinet heeft een wetsvoorstel ingediend voor de privatisering van
Nederlandse energiebedrijven. De politieke discussie heeft ertoe geleid dat dit
wetsvoorstel zo rigide is geformuleerd dat privatisering van met name de net-
bedrijven de facto onmogelijk is. Omdat de discussie over privatisering
vanwege politieke tegenstellingen zo zwaar is belast, dringen wij er met klem
op aan dit onderwerp vooreerst opnieuw in bespreking te brengen zodra de
energiemarkt in Nederland volledig en succesvol is geliberaliseerd. Tegen deze
achtergrond is het wenselijk dat het nieuwe kabinet het thans voorliggende
wetsvoorstel Privatisering intrekt zodat een hernieuwde discussie te zijner tijd
vruchtbaar kan zijn.
Samenvatting en conclusies
Samenvattend vraagt EnergieNed het nieuwe kabinet de volgende maatregelen
te nemen:
* de energiebedrijven in staat te stellen hun bijdrage te leveren aan het
publieke belang van de energievoorziening, waaronder zekerstelling van
de betrouwbaarheid van de energievoorziening in Nederland
* gelijke kansen te creëren voor energiebedrijven in Nederland ten opzichte
van andere Europese landen, onder meer door de invoering van een
Europa-toets op elke nieuwe Nederlandse wet- en regelgeving, zodat deze
in de de pas loopt bij de situatie in de direct omliggende landen en
rekening houdt met de (internationale) dynamiek van de energiemarkt
* het investeringsklimaat in Nederland voor energiebedrijven te verbeteren
waardoor zij kunnen voldoen aan hun maatschappelijke verantwoordelijk-
heid op het vlak van de voorzieningszekerheid, de kwaliteit van de net-
infrastructuur en de verdere ontwikkeling van het Europese (gas)trans-
portnet
Pagina 4/5 2002-16820 FM/AHL 28 mei 2002
* intrekking van het wetsvoorstel Privatisering energiebedrijven zodat her-
nieuwde discussie over privatisering mogelijk is nadat de energiemarkt in
Nederland volledig is geliberaliseerd.
Uiteraard zijn wij gaarne bereid het bovenstaande nader toe te lichten.
Hoogachtend,
ir. A.J. Korff
voorzitter
Bijlage(n)
- persbericht
kopie
- mr.dr. J.P. Balkenende - fractievoorzitter CDA
- de heer M. Herben - fractievoorzitter LPF
- drs. G. Zalm - fractievoorzitter VVD
Pagina 5/5 2002-16820 FM/AHL 28 mei 2002