Provincie Limburg

Eindverslag Europees Stimuleringprogramma Peelregio Limburg

vastgesteld
Het Europees Stimuleringprogramma Peelregio Limburg heeft ervoor gezorgd dat er in de periode 1994-1999 56,7 miljoen werd geïnvesteerd in de Peelregio Noord- en Midden-Limburg. Daarvan was 16,8 miljoen afkomstig uit Europese fondsen. Uit het eindverslag, dat door Gedeputeerde Staten werd vastgesteld, blijkt dat er door de 171 verschillende projecten 3.598 structurele arbeidsplaatsen werden gecreëerd. De doelstellingen zijn ruimschoots gehaald. Uitzondering daarop zijn de realisatie van de geplande mestverwerkingscapaciteit, vistrappen en passantenligplaatsen. De gestelde doelen bleken in de praktijk niet realiseerbaar.

Het Europees Stimuleringsprogramma Peelregio Limburg (ook aangeduid als Doelstelling 5b (D5b)-programma) heeft als doel het bevorderen van de plattelandsontwikkeling van de Peelregio in Noord- en Midden-Limburg. Bij de start van het D5b-programma zijn een aantal prioriteiten geformuleerd, waarbinnen projecten uitgevoerd konden worden. Het betrof de volgende prioriteiten: heroriëntatie van de land- en tuinbouwsector, bevordering toerisme, versterking concurrentiepositie bedrijfsleven, ontwikkeling natuur en milieu, Human Resources. Het programma is gefinancierd met middelen uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL), het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) en het Europees Sociaal Fonds (ESF).

In de periode 1994-1999 zijn in totaal 171 projecten door de Stuurgroep Doelstelling 5b van een positief advies voorzien en door Gedeputeerde Staten van Limburg (voor EOGFL en EFRO) en RBA (voor ESF) goedgekeurd. In 2000 en 2001 mochten er geen projecten meer voor het Doelstelling 5b-programma worden gecommitteerd, maar de goedgekeurde projecten mochten wel nog worden afgerond.

Uit de einddeclaratie van het D5b-programma blijkt dat er in totaal voor ruim 16,8 miljoen aan Europese middelen is ingezet bij de D5b-projecten. Dat leverde een totaal investeringsvolume op van ruim 56,7 miljoen. De cofinanciering voor de EOGFL- en EFRO-projecten is geleverd door de Provincie Limburg 3,5 miljoen, door de ministeries van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, Economische Zaken 7,5 miljoen en vanuit de regio (gemeenten, gewesten, waterschappen en/of bedrijfsleven) 8,8 miljoen.

Resultaten
Op het gebied van werkgelegenheid geeft voor de EFRO- en EOGFL-middelen het volgende resultaat. De tijdelijke directe werkgelegenheid voor -het uitvoeren van de projecten bedraagt circa 444 mensjaren. De structurele toename van het aantal nieuwe arbeidsplaatsen als direct gevolg van de opgestarte projecten is 798. Het aantal behouden arbeidsplaatsen als gevolg van de opgestarte projecten bedraagt 3.918. De indirecte structurele (potentiële) werkgelegenheid door de projecten bedraagt circa 3.598 arbeidsplaatsen.
De tijdelijke directe werkgelegenheid ten behoeve van het uitvoeren van de ESF-projecten bedraagt circa 49 mensjaren. Er zijn 2033 werkenden geschoold en door het scholen van 270 werklozen met een baangarantie zijn 270 extra arbeidsplaatsen gecreëerd. 29-5-2002 13:20