Gemeente Nuth
Vaccinatiecampagne meningokokken-c variant
Hoe regelt de GGD Oostelijk Zuid-Limburg de vaccinatiecampagne
meningokokken-c variant?
Waar en wanneer?
Voor de gemeenten Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Brunssum, Nuth,
Onderbanken, Simpelveld, Voerendaal, Gulpen-Wittem en Vaals
organiseert GGD-OZL de landelijke vaccinatiecampagne tegen de
Meningokokken-C variant. Tevens draagt zij zorg voor de uitvoering,
dus het daadwerkelijke vaccineren. Omdat een hele grote groep (circa
56.000 personen) in onze regio binnen kort tijdsbestek ingeent moeten
worden heeft de GGD-OZL gekozen om dit op één locatie te doen,
namelijk in het Parkstad Limburg Stadion in Kerkrade. De GGD-OZL gaat,
net zoals in het hele land, op twee momenten inenten. De eerste
periode is van maandag 10 t/m vrijdag 14 juni aanstaande. De tweede
groep vaccineren wij in september 2002.
Individuele oproep
Vanaf dinsdag 28 mei 2002 kunnen de personen die in juni gevaccineerd
zullen worden een persoonlijke uitnodiging in hun brievenbus
verwachten. Het gaat hier om de grootste risicogroep, nl:
* jongeren, geboren op of na 1 juni 1983 en voor 1 juni 1987 (15 t/m
18 jarigen);
* peuters en kleuters, geboren op of na 1 juni 1996 en voor 1 juni
2001(14 maanden t/m 5 jaar).
* In de maand september (na de zomervakantie) volgt de vaccinatie
van de zogenaamde middengroep, geboren op of na 1 juni 1987 en
voor 1 juni 1996. In september 2002 wordt de
meningokokken-C-vaccinatie ook opgenomen in het
Rijksvaccinatie-programma (voor kinderen vanaf 14 maanden).
Informatie
Voor specifieke regionale informatie over meningokokken kunt u terecht
bij de GGD-OZL in Heerlen. Vanaf 29 mei a.s. is hiervoor een speciaal
telefoonnummer in gebruik dat u tijdens kantooruren kunt bellen: 0900
2021394 ( 0,10 p/m).
Voor algemene informatie over meningokokken en de campagne kunt u
terecht bij de landelijke publieksinformatielijn tel. 0800 3008051.
Ook op het internet kunt u terecht voor informatie. Het adres is:
www.vaccinatie.minvws.nl.
Meningokokkenziektewat is dat?
Meningokokkenziekte is een verzamelnaam voor ziekten veroorzaakt door
de meningokokkenbacterie. De bacterie bevindt zich bij ongeveer 10%
van de gezonde mensen in de neus- en keelholte. Men spreekt dan van
zogenaamde dragers van de bacterie. Zolang hij daar blijft zitten, is
er niets aan de hand. Iemand kan echter wel ziek worden als de
bacterie in het bloed terechtkomt. De bacterie komt eigenlijk alleen
maar in het bloed terecht, als de persoon in kwestie een verminderde
weerstand heeft. Ook kunnen dragers deze bacterie overbrengen op
andere personen door aanhoesten. Ook dan kan iemand pas ziek worden
bij verminderde weerstand. Na een besmetting kan er dan een
hersenvliesontsteking (= nekkramp of meningitis) of een
bloedvergiftiging (= sepsis) ontstaan.
Waarom vaccineren?
In Nederland komt de ziekte ongeveer 800 maal per jaar voor: dit is
dus ongeveer 2 gevallen per dag. In onze regio komt
meningokokkenziekte per jaar zon 15-20 maal voor. In 2001 was in de
regio OZL ongeveer 25% van de gevallen de C-variant. Tegen deze
variant worden kinderen vanaf dit jaar ingeënt. Tegen de meningokok
type B, dat in ca 75% van de gevallen de meningokokkenziekte
veroorzaakt, is op dit moment nog geen vaccin beschikbaar. Het risico
van het krijgen van de ziekte blijft in Nederland echter extreem
klein.
Hoe herken je het?
Bij hersenvliesontsteking door meningokokken begint de ziekte meestal
met een griepachtig beeld: verkoudheidsklachten en koorts. Daarna
wordt het kind (of de volwassene) ernstiger ziek.
Verschijnselen zijn:
* Hoge koorts
* Koude rillingen
* Misselijkheid en braken
* Hevige hoofdpijn
* Nekstijfheid, hierbij is het zeer pijnlijk of zelfs onmogelijk om
de kin naar de borst te bewegen.
* Babys zijn slaperig en drinken slecht. Ze worden prikkelbaar,
huilen anders dan gewoonlijk en kunnen reageren met huilen op het
verschonen van een luier.
Bij bloedvergiftiging komen daar de volgende verschijnselen bij:
* Sufheid, men kan vaak geen contact meer met het kind krijgen
* Kleine ronde puntjes in de huid. Dat zijn onderhuidse bloedinkjes
die niet weg te drukken zijn (bijvoorbeeld te zien door er een
waterglas op te drukken).
Hoe kun je het krijgen?
Bacteriën (dus ook de meningokokbacterie) verspreiden zich via kleine,
in de lucht zwevende vochtdruppeltjes uit de neus en mond
(aanhoesten). De besmettelijkheid is niet zo groot, omdat de
ziekteverwekker snel uitdroogt in de buitenlucht. Het gevaar is groter
bij intensief lichamelijk contact en wordt daarom ook wel de
knuffelziekte genoemd. Een verblijf samen met een patiënt in een
slecht geventileerde ruimte gedurende minstens vier uur geeft ook een
extra risico op besmetting.
Wie kan het krijgen?
Mensen die een zeer nauw contact hebben met mensen die ziek zijn lopen
een verhoogd risico. Slechts zeer weinig mensen worden echt ziek. Het
risico om ziek te worden is dan ook erg klein. De ziekte kan zich op
elke leeftijd voordoen, maar komt voornamelijk voor bij kinderen en
jongeren.
Wat kun je doen?
Alertheid met betrekking tot de meningokokkenziekte is altijd geboden
(dus ook bij kinderen die de inenting tegen type C hebben gehad). Het
is belangrijk om snel de huisarts te waarschuwen bij de eerder
genoemde verschijnselen. Het is belangrijk om zo snel mogelijk te
beginnen met de behandeling met antibiotica. In de meeste gevallen,
waarbij op tijd de behandeling plaatsvindt, geneest de patiënt
volledig.
En verder:
* Zorg voor een goede voeding en voldoende nachtrust
* Nies of hoest niet in de gezichten van anderen
* Ventileer regelmatig in woonruimten en klaslokalen.
INFO OVER MENINGOKOKKEN
Internetadres: www.vaccinatie.minvws.nl
Algemene informatie over meningokokken en de campagne: 0800 3008051
Specifieke regionale informatie vanaf 29 mei tijdens kantooruren: 0900
2021394 ( 0,10 p/m)