Gemeente Breda

24-05-2002

Gemeentelijk beleid armoede, fraudebestrijding en uitstroom naar werk werpt vruchten af
Ook het afgelopen jaar heeft de gemeente Breda het bevorderen van de uitstroom van werkzoekenden naar een baan, armoedebestrijding en het voorkomen van uitkeringsfraude centraal gesteld. Daarbij zijn goede resultaten behaald, dit blijkt uit het beleidsverslag van de algemene bijstandswet (Abw) over 2001 dat het college van burgemeester en wethouders binnenkort aanbiedt aan de gemeenteraad.

Daling cliëntenbestand
Net als in de afgelopen jaren is het aantal cliënten in 2001 gedaald. Eind vorig jaar waren 4377 Bredanaars aangewezen op een bijstandsuitkering; eind 2000 waren dit er nog 4462. De daling van het cliëntenbestand heeft zowel te maken met de gunstige economische ontwikkelingen als met het gevoerde beleid. Te denken valt aan om-, her- & bijscholing, bemiddelingsplannen, het opdoen van werkervaring en het aanbieden van kinderopvang. Ook door het plaatsen van mensen via de Wet op de reïntegratie van Arbeidsgehandicapten en de vele activerings- en controlegesprekken blijven cliënten minder lang aangewezen op een uitkering en blijven hun kansen op werk behouden of worden bevorderd.

Sociale activering
Een aanzienlijk deel van de Bredanaars met een bijstandsuitkering is langdurig werkloos en heeft nauwelijks zicht op een baan. Daarom bevordert de gemeente ook de sociale participatie en het bestrijden van stille armoede. Ook de BredaPas waarvan 9618 mensen gebruik hebben gemaakt, draagt hieraan bij.

Armoedebestrijding
Een belangrijke pijler van het gemeentelijke beleid is het bestrijden van de armoede in Breda. Speciale regelingen rondom de bijzondere bijstand zijn hierbij het voornaamste instrument zoals de 'regeling duurzame gebruiksgoederen. De gemeente heeft vorig jaar aan 3545 huishoudens bijzondere bijstand verstrekt volgens de regeling duurzame gebruiksgoederen of op grond van losstaande individuele verzoeken. In totaal heeft de gemeente hier 853.621 euro aan besteed. Ook is er vorig jaar vaker een beroep gedaan op de regeling schoolkosten. Mensen met kinderen van 12 tot 18 jaar in het voortgezet onderwijs en die drie jaar of langer een inkomen op bijstandsniveau hadden, krijgen 125 euro per kind voor aanvullende studiekosten. Gezinnen met kinderen van 6 tot 12 jaar ontvangen 50 euro per kind. Vorig jaar is dit bedrag verstrekt voor 731 kinderen uit 524 gezinnen met een totaal van 82.928 euro. Verder heeft de gemeente bijzondere bijstand verstrekt voor energielasten en inbraakvoorziening.

De kwijtschelding van gemeentelijke belastingen is een ander instrument om de armoede te bestrijden. Vorig jaar is deze belasting aan 7.898 Bredanaars kwijtgescholden. Hiermee was een bedrag gemoeid van 2.457.220 euro. Het aantal toegekende verzoeken is toegenomen en daarmee ook het totale kwijtscheldingsbedrag.

Bij de armoedebestrijding werkt de gemeente samen met de Gemeentelijke Krediet Bank (GKB) en het Instituut voor Maatschappelijk Welzijn in het project Lokale, integrale schuldhulpverlening. De GKB begeleidt mensen met schuldproblemen. Om het gebruik van de bijzondere bijstand verder te stimuleren, zet de gemeente het project financiële voorlichting aan ouderen in. Oudere Bredanaars worden via dit project onder meer gewezen op de bijzondere bijstand en andere regelingen.

De per januari 1999 ingevoerde Wet inkomensvoorziening kunstenaars voorziet ook duidelijk in een behoefte. Per 31 december 2001 hadden 137 professionele kunstenaars uit Breda en een aantal omliggende gemeenten gebruik gemaakt van deze wet.

Bij het bestrijden van bijstandsfraude hebben Sociale Zaken en de Belastingdienst ook het afgelopen jaar bestandsgegevens uitgewisseld. Ook is er veel aandacht geweest voor het onderzoeken van zogenoemde zwarte fraude zoals het opgeven van een vals postadres en zwart werken. De sociale recherche heeft het afgelopen jaar 168 nieuwe onderzoeken uitgevoerd voor de gemeente Breda.

Breda, 24 mei 2002