Rijksuniversiteit Groningen
Nationalisme bezorgde Friesland schrikbewind tijdens Bataafse
revolutie
Tussen 1795-1798 voerden Patriotten overal in de Republiek der
Verenigde Nederlanden de revolutie door, met ruggensteun van de
Franse legers. Ze maakten van de oligarchisch geregeerde statenbond
een moderne, centraal bestuurde eenheidsstaat, braken de macht van
het ancien regime van adel en regenten, en democratiseerden
politiek en bestuur. Dat gebeurde over het algemeen in kalmte en
zonder bloedvergieten, behalve in Friesland. Daar ging het er
ongekend grimmig toe. Jacques Kuiper ontrafelde de politieke
omwenteling in dit gewest. Hij promoveert op 23 mei 2002 aan de
Rijksuniversiteit Groningen.
Met de introductie van Nederlands eerste grondwet in april 1798
maakte het revolutionaire bestel plaats voor een constitutioneel
bestel en was de Bataafse Revolutie voltooid. In Friesland verliep
de revolutie echter spectaculair. Hier vertoonde het gewestelijk
nationalisme zich krachtiger dan in andere provincies en was er
veel verzet tegen de vooral door het gewest Holland gewenste
eenheidsstaat.
Friesland werd het toneel van een broederstrijd tussen gematigde
federalisten en radicale unitariërs. Begin 1796 mondde deze uit in
een met Hollandse steun gepleegde coup en leidde tot de vestiging
van een revolutionair minderheidsbewind. Hierna werd een zwarte
bladzijde geschreven in de Friese geschiedenis. De rechtspraak
raakte in handen van juridisch ongeschoolden en vreemdelingen.
Comités van waakzaamheid en burgerkrijgsraden oefenden plaatselijk
een schrikbewind uit. In Leeuwarden trad een volksbewind van
kleinburgerlijke radicalen, militante rooms-katholieken en
politieke avonturiers hardvochtig op tegen andersdenkenden. Het
Kollumer Oproer van februari 1797 in het noordoosten van Friesland
werd hardhandig neergeslagen en kostte menigeen het leven. Ook
dreigden de Friese Jacobijnen zich meermalen te vergrijpen aan de
ex-regenten.
Kuiper beschrijft en analyseert deze nog weinig bekende episode uit
de Friese geschiedenis. Hij toont aan dat de politieke strijd in
Bataafs Friesland samenhing met religieuze tegenstellingen en werd
gevoed door sociaal ressentiment. Tot medio 1798 zuchtte Friesland
onder het schrikbewind. Toen werd de gewestelijke onafhankelijkheid
teniet gedaan door een door geestverwanten gepleegde nationale
staatsgreep. Dat haalde een streep door het revolutionaire
experiment in Friesland.
De Friese revolutionairen, zowel gematigd als radicaal,
onderscheidden zich gedurende de jaren van de Bataafse Revolutie
vooral door hun uitgesproken gewestelijk nationalisme. Ze waren er
stellig van overtuigd dat Friesland op revolutionair gebied in
Nederland de voortrekker was. Beide stromingen gaven hieraan echter
een andere invulling. De federalisten en gematigden van 1795
beklemtoonden het onbaatzuchtige en deugdzame karakter van het
Friese patriottisme. De ultraradicalen, die het gewest van 1796 tot
1798 met harde hard regeerden, benadrukten daarentegen de energieke
en onverzettelijke aard ervan. Maar beide stromingen koesterden
deze Friese gidslandgedachte. /GG
Jacob Roelof Kuiper (Heerenveen, 1952) studeerde geschiedenis aan
de Rijksuniversiteit Groningen. Hij was voor zijn promotieonderzoek
eveneens verbonden aan de vakgroep geschiedenis van de RUG.
Voor meer informatie over deze promotie, zie hierna.
Onderzoek
Promotie
revolutie
Zie voorpagina.
Datum en tijd
donderdag 23 mei 2002, 14.15 uur
Promovendus
J.R. Kuiper, e-mail: jr.kuiper@planet.nl
Proefschrift
Een revolutie ontrafeld. Politiek in Friesland 1795-1798
Handelsuitgave
Uitgeverij Van Wijnen, Franeker, ISBN 90 5194 244 3. Prijs 32,50 euro
Promotores
prof.dr. A.H. Huussen en prof.dr. C.A. Tamse
Faculteit
letteren
Plaats
Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Promotie