Gemeente Barendrecht
Persbericht nummer 57, 22 mei 2002
Integrale veiligheidsbeoordeling spoorcorridor nog niet mogelijk
Barendrechts college dringt aan op verder onderzoek
BARENDRECHT Het Barendrechtse college van burgemeester en wethouders
wil dat de integrale veiligheid van de nieuwe spoorcorridor aan de
oostzijde van de gemeente verder wordt onderzocht.
In een brief aan de minister van Verkeer en Waterstaat heeft het
college zijn zorgen geuit over de in hun mening premature goedkeuring
van het integrale veiligheidsrapport door de Safety Committee
HSL-Zuid.
Deze goedkeuring is onlangs in de vorm van een advies aan minister
Netelenbos (inmiddels demissionair) aangeboden.
Aan de oostzijde van Barendrecht wordt al jaren aan het spoor gewerkt. Het reizigersverkeer Rotterdam Dordrecht, de Betuweroute en de HSL komen daar samen in een bovengrondse overkapping van 1.500 meter, die bestaat uit vijf buizen en negen sporen. Op de overkapping komt behalve parkeerruimte vooral veel openbaar groen en ook het nieuwe NS-station Barendrecht heeft een plek in de overkapping. Bij dit megaproject hecht de gemeente Barendrecht grote waarde aan een gedegen integrale veiligheidstoets, waarin alle aspecten van de HSL, de Betuweroute en het personenvervoer als totaal bekeken worden. De Safety Committee, het orgaan dat de minister onder andere adviseert over de HSL en het sporenknooppunt in Barendrecht, is de aangewezen instantie om die integrale veiligheidstoets te beoordelen. Op basis van stukken van het onafhankelijke adviesbureau SAVE en van stukken van de Projectorganisatie Betuweroute trekt de Safety Committee de hoofdconclusie dat aan alle veiligheidsnormen wordt voldaan mits er in de buizen die gebruikt worden voor goederenverkeer een lichtere dakconstructie wordt aangebracht. Een dergelijke constructie zorgt er namelijk voor dat bij een eventuele explosie het dak van de betreffende buis eerder zal bezwijken en dat de wanden in tact blijven. Daarmee wordt voorkomen dat passerende reizigerstreinen in naastliggende buizen ook bij het incident worden betrokken. De Safety Committee onderschrijft daarmee de conclusies van de Projectorganisatie Betuweroute. Deze conclusies zijn dat de spooroverkapping in Barendrecht op hoofdlijnen aan alle veiligheidsnormen voldoet, maar dat uitwerking op detail nu noodzakelijk is. Het nader uitwerken van een lichter dak voor de goederenbuis en het tot stand brengen van een goed hulpverleningsconcept maakt hier onderdeel van uit.
Ontbrekende aspecten
De Safety Committee oordeelt dus dat de spooroverkapping in
Barendrecht aan de veiligheidsnormen voldoet. Het Barendrechtse
college van b&w en zijn adviseur, de Regionale Hulpverleningsdienst
Rotterdam Rijnmond (RHRR), vinden echter dat er aan de integrale
veiligheidsrapportage nog aspecten ontbreken. Zo concludeert de RHRR
namens de gemeente dat in beide rapporten een samenhangende analyse
van alle relevante schakels uit de veiligheidsketen ontbreekt.
Vertegenwoordigers van het Nibra en het ministerie van Binnenlandse
Zaken onderschrijven die conclusie. De RHRR adviseert daarnaast om de
lichte dakconstructie nader uit te werken en te laten analyseren.
Voorts adviseert de RHRR onder meer een hulpverleningsconcept te laten
ontwikkelen.
Overigens is er half mei nog een vergadering geweest met onder meer
vertegenwoordigers van de gemeente en de Safety Committee. Daarbij is
door de voorzitter toegezegd dat er een vervolgadvies aan de minister
zal worden gestuurd waaruit blijkt dat de eerste goedkeuring alleen de
randvoorwaarden betreft en dat er na uitwerking van de details nog een
finale beoordeling volg voor de ingebruikneming van de spoorcorridor
en de overkapping
Bouwvergunning
In het verleden is bepaald dat de bouwvergunning voor dit megaproject
opgesplitst zou worden in twee fases. De eerste fase is al eerder
verleend en inmiddels rijden ook de eerste personentreinen door de
overkapping. De tweede fase van de bouwvergunning, die vooral
betrekking heeft op de buizen voor het goederenvervoer en de HSL, zal
voor een ononderbroken voortgang van het werk eind 2002 verleend
moeten worden. Het Barendrechtse college van b&w dringt er bij de
minister van Verkeer en Waterstaat op aan het advies van de Safety
Committee voor kennisgeving aan te nemen en te wachten op een breder
gedragen en vollediger onderbouwd advies. Pas bij een volledig
onderbouwde integrale veiligheidsanalyse kan de gemeente Barendrecht
beoordelen of de bouwvergunning voor de tweede fase van de spoortunnel
en de bijbehorende gebruiksvergunning kan worden aangevraagd.
Uiteraard is daarbij de veiligheid voor zowel omwonenden als reizigers
het belangrijkste criterium.
Omdat ook Barendrecht de noodzaak ziet van een goede voortgang van
alle bouwwerkzaamheden zal er de komende weken en maanden met alle
betrokken instanties uitvoerig worden overlegd over een stappenplan.
Daarin wordt vastgelegd wanneer de ontbrekende informatie beschikbaar
moet komen. Op die manier doet de gemeente er alles aan om eventuele
vertraging bij het verlenen van de tweede fase van de bouwvergunning
tegen te gaan.
Intensivering treinverkeer
Naast het verzoek om meer informatie heeft het Barendrechtse college
van b&w overigens nog een zorg. Op dit moment wordt een overkapping
gebouwd die, zo blijkt uit de veiligheidsanalyse van het
onafhankelijke bureau SAVE, gezien de vervoersprognoses net kan
voldoen aan de normen voor interne en externe veiligheid. Echter, op
dit moment loopt er bij het ministerie voor Verkeer en Waterstaat ook
een onderzoek naar de mogelijkheden voor een volgend spoorproject, de
primaire goederenverbinding Rotterdam - België (ROBEL). Zoals het er
nu voor staat zal de eventuele aanleg van deze ROBEL-lijn bij alle
varianten van het tracé leiden tot een nog intensiever gebruik van de
goederenbuizen in de overkapping. De overkapping is daar echter in
zijn huidige vorm en opzet wellicht niet op berekend. Uit dit oogpunt
wil Barendrecht dat de minister op voorhand besluit tot een nader
onderzoek naar de wenselijkheid en mogelijkheid van aanpassing van de
constructie.
Einde persbericht nummer 57