Provincie Limburg
Financiële situatie Limburgse gemeenten blijft redelijk
Kerngegevens gemeentefinanciën 2002
De financiële situatie van veel Limburgse gemeenten is - na de
verbetering in 2001- min of meer gelijk gebleven. Dat blijkt uit de
begrotingen 2002 van de 48 Limburgse gemeenten. Op een aantal punten
zijn positieve ontwikkelingen vast te stellen. Zo is de ruimte voor
nieuw beleid in 2002 voor alle gemeenten gezamenlijk met 0,6 miljoen
toegenomen (+ 2,2%) ten opzichte van vorig jaar. Voor nieuw beleid is
dit jaar 28,5 miljoen beschikbaar.
De verbetering is mogelijk ondanks dat de groei van de belangrijkste
inkomsten beperkt is. De gemeentelijke belastingen stijgen dit jaar
met gemiddeld zes procent. Dat is minder dan in 2001. De groei van de
algemene uitkering compenseert hooguit de gestegen lonen en prijzen.
Dat er toch meer ruimte voor nieuw beleid is, is te danken aan
incidentele inkomsten, zoals onttrekkingen aan reserves. Daar zitten
risico's aan, waardoor het totale financiële beeld toch wat minder
positief is dan vorig jaar. De algemene uitkering van het Rijk, veruit
de belangrijkste inkomstenpost van de gemeenten, levert geen bijdrage
aan de ruimte voor nieuw beleid. De stijging is net voldoende om
gestegen lonen en prijzen op te vangen.
Nieuw beleid
De reservepositie van alle Limburgse gemeenten bij elkaar is ten
opzichte van 2001 met 23,7% toegenomen. In absolute cijfers bedraagt
de toename 175,2 miljoen tot 914,5 miljoen. Een forse toename, ook in
vergelijking met vorig jaar toen de reserves met 13,5% groeiden.
Toch is een kanttekening hier op zijn plaats. De groei heeft zich in
sterke mate bij één gemeente, Maastricht, voorgedaan. De reserves van
Maastricht stijgen met 138 miljoen door de gefaseerde uitbetaling van
de overdracht van het gemeentelijk nutsbedrijf. Dat de forse groei van
de reserves niet betekent dat bij alle gemeenten het eigen vermogen
toeneemt blijkt ook uit het feit dat slechts bij 31 van de 48
gemeenten in 2002 een groei valt waar te nemen, bij zeventien
gemeenten daalt de reservepositie. Naast Maastricht hebben Haelen,
Helden, Heythuysen, Kerkrade, Meerlo-Wanssum, Nuth, Roermond, Venray
en Weert relatief grote stijgingen te zien gegeven. Relatief grote
dalingen zijn opgetreden in Beek, Kessel, Meerssen, Simpelveld en
Sittard-Geleen.
De budgettaire ruimte groeit nog licht van 27,9 miljoen in 2001 tot
28,5 miljoen in 2002. Veel gemeenten hebben echter met een afname te
maken, namelijk 27. Slechts 21 gemeenten hebben een grotere ruimte
gepresenteerd.
Vijf gemeenten hebben in 2002 een begroting met een tekort, tegen zes
in 2001. Dat zijn Nuth, Roerdalen, Simpelveld, Sittard-Geleen en
Stein.
Maar met zijn vijven hebben ze wel een fors groter tekort, 3,9
miljoen, dan de zes gemeenten die in 2001 een totaaltekort van 1,6
miljoen hadden.
Gemeentelijke belastingen
De druk van de gemeentelijke belastingen stijgt in 2002 met gemiddeld
16,00 per inwoner tot 276,00 per inwoner. Dit komt neer op een
stijging met 6,2%. De bekeken gemeentelijke belastingen zijn de
OZB-woonruimten, rioolrecht en reinigingsheffing. In 2001 bedroeg de
stijging 19,00 per inwoner, ofwel 7,5 procent. In de cijfers zijn de
effecten van de zogenaamde 'Zalmsnip' (in de meeste gemeenten 45,38
per huishouden), niet meegenomen. Eén gemeente heeft de Zalmsnip in
haar tarieven verwerkt. Feitelijk zullen de Limburgse huishoudens in
2002 dus veelal 45,38 minder betalen dan de hier gepresenteerde
cijfers. In de meerjarenramingen houden de gemeenten rekening met een
veel beperktere toename van de gemiddelde belastingdruk. In hun
plannen gaan voor de jaren 2003-2005 uit van een gemiddelde totale
stijging over deze drie jaar met 4,75%. De verwachting is dat de
belastingdruk de komende jaren sterker zal stijgen dan dit percentage.
Diverse gemeenten hebben in hun meerjarige dekkingsplannen hun
toekomstige belastingstijgingen nog niet vastgelegd. De toekomstige
stijgingen zullen mede afhangen van de groei bij andere belangrijke
inkomstenbronnen, zoals de algemene uitkering.
Belastingdruk
Uitgedrukt in een bedrag per inwoner daalt in vijf gemeenten in 2002
de belastingdruk. In twee gemeenten blijft de druk gelijk en in 41
stijgt de belastingdruk. Het stijgingspercentage ligt tussen 2 en 18.
In onderstaande tabel is de ontwikkeling van de belastingdruk in
Limburg afgezet tegen de landelijke ontwikkeling.
Ontwikkeling gemeentelijke belastingen in euro's per inwoner
1999
2000
2001
2002
2002
t.o.v.
1999
OZB (woningen+bedrijven) Heel Nederland 147 157 169 181 +23%
Limburg 140 152 163 175 +25%
Rioolrechten Heel Nederland 39 41 43 46 +18%
Limburg 48 53 56 59 +23%
Reinigingsheffingen Heel Nederland 73 78 79 84 +15%
Limburg 72 84 89 95 +32%
Totaal Heel Nederland 259 275 291 311 +20%
Limburg 260 289 308 328 +26%
Bron cijfers Heel Nederland: CBS
Sinds 1998 ligt de lastendruk in Limburg boven het landelijk
gemiddelde; in 2002 ruim vijf procent. De oorzaak ligt bij de
rioolrechten en de reinigingsheffingen. Bij de OZB liggen de lasten
nog iets onder het landelijk gemiddelde. Bij alledrie de heffingen
zien we dat het stijgingspercentage over de periode 1999-2002 in
Limburg hoger is uitgekomen dan in Nederland als geheel. Voor 2002
ligt het stijgingspercentage in Limburg net iets onder het landelijk
gemiddelde.
22-5-2002 09:46