CDA Rotterdam
Persberichten
Rotterdam, 13 mei 2002
CDA wil relschoppers zelf voor schade laten opdraaien
Aan het College van B&W
t.a.v. de voorzitter, mr. I.W. Opstelten
Coolsingel 40
3011 AD Rotterdam
Betreft: schriftelijke vragen over civielrechtelijke aansprakelijkheid
van vandalen
Rotterdam, 13 mei 2002
Geacht College,
Onder verwijzing naar artikel 19 van het Reglement van Orde voor
vergaderingen van de gemeenteraad van Rotterdam stel ik u hierbij de
volgende schriftelijke vragen, alsmede een korte toelichting op deze
vragen:
Afgelopen woensdagnacht kwam het, na de verdienstelijke overwinning
van Feyenoord in de finale om de UEFA-cup, na middernacht tot
ongeregeldheden in het centrum van Rotterdam. Hierbij is grote schade
ontstaan aan zowel gemeenschappelijke (= gemeentelijke) als aan
particuliere eigendommen. Naar het oordeel van de CDA-fractie dient
deze schade maximaal te worden verhaald op de vandalen. Niet de
gemeenschap en niet de ondernemers, maar de vandalen zelf moeten de
financiële consequenties van hun wangedrag dragen.
Ik leg u de volgende vragen voor:
1. Hoe groot is de totale schade als gevolg van de ongeregeldheden,
zowel voor particulieren als voor de gemeente?
2. Op welke wijze gaat u de door de gemeente geleden schade,
aanvullend op de strafrechtelijke vervolging, in rekening brengen bij
de daders?
3. Op welke wijze zal het College particulieren ondersteunen bij het
verhalen van de schade op de daders?
4. Bent u met de CDA-fractie van mening dat vormen van vandalisme mede
kunnen worden verminderd doordat de daders door de gemeente zelf,
naast strafrechtelijke vervolging, ook financieel aansprakelijk worden
gesteld voor de schade die zij veroorzaken?
5. Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze en met welke resultaten
gebeurde dat reeds in het verleden en op welke wijze wordt deze
civielrechtelijke aanpak van vandalen de komende periode
geïntensiveerd?
Met vriendelijke groet,
Mr. L.K. Geluk
Voorzitter CDA-fractie