Ministerie van Financiën
Persbericht
PERS-2002-124
Den Haag, 8 mei 2002
Antwoorden van de minister van Financiën op vragen over financiering van de aanleg van de vijfde baan op Schiphol.
VRAGEN:
1.
Kunt u aangeven hoe de aanleg van de nieuwe vijfde baan op Schiphol wordt gefinancierd? Welk deel heeft de NV Schiphol gefinancierd en welk deel wordt vanuit overheidsgeld gefinancierd?
2.
Waar doelt u op als u in het Parool van 26 maart jl. stelt dat u «de liefde om overheidsgeld in landingsbanen te stoppen» niet begrijpt. Spoort uw opmerking met het op vraag 1 gegeven antwoord?
3.
Welke bijdrage heeft het Rijk dit begrotingsjaar vrijgemaakt voor de aanleg van landingsbanen? Hoeveel is deze kabinetsperiode hiervoor vrijgemaakt? Welk budget is hiervoor in de meerjarencijfers uitgetrokken?
4.
Kunt u aangeven welke afspraken er binnen het kabinet bestaan over de besteding van dividenden van overheids-NV's? En over de besteding van de verkoop van staatsdeelnemingen? Geeft u uit oogpunt van financiële degelijkheid de voorkeur aan structurele danwel aan eenmalige inkomsten ter
financiering van de kosten voor het openbaar vervoer?
5.
Herinnert u zich de reactie van de minister van Verkeer en Waterstaat op een amendement van de leden Dijsselbloem en Eurlings om de dividenden van Schiphol in de begroting van 2002 op te hogen ten gunste van het openbaar vervoer (in dit geval van de sociale veiligheid in het openbaar vervoer)
waarin zij stelde dat dit niet mogelijk was en zij zelf wel een sprokkelactie zou verrichten?1 Kunt u uitleggen waarom de hogere dividenden van Schiphol niet ten gunste kunnen komen van het openbaar vervoer?
6.
Hoe verhoudt het antwoord op vraag 5 zich met uw uitspraak in voormeld artikel dat «met deze gaten in de financiering nieuw openbaar vervoer wel heel moeilijk wordt»?
Antwoorden
1.
De aanleg van de vijfde baan wordt voor 100% gefinancierd door de NV Luchthaven Schiphol (los van een EU-subsidie van ongeveer Euro 2,3 miljoen vanwege innovatieve en milieuvriendelijke technische aspecten). De overheid draagt niet via de begroting bij aan de financiering van de aanleg van de
nieuwe vijfde baan.
2.
De Staat neemt als aandeelhouder in NV Luchthaven Schiphol deel in het kapitaal van deze vennootschap en is aldus vermogensverschaffer van de vennootschap. Dit betekent dat een deel van het vermogen van de Staat daarin "vast zit". NVLS gebruikt het haar beschikbare kapitaal voor
investeringen in de luchthaven (bijvoorbeeld de vijfde baan).
Met de vaststelling van het door het Kabinet voorgestelde robuuste publieke reguleringskader voor Schiphol bestaan naar het oordeel van het Kabinet geen redenen meer voor de Staat om nog langer aandeelhouder te zijn in NVLS. Immers, de functie van de Staat is niet om op te treden als belegger.
Het Kabinet is derhalve van oordeel dat de financiering van de NV Luchthaven Schiphol door private partijen kan worden overgenomen. Dit kan door de aandelen van de Staat middels een beursgang te herplaatsen bij private aandeelhouders. Hiermee wordt (een deel van) het kapitaal dat de overheid
momenteel in NVLS heeft belegd "vrijgespeeld" waardoor de mogelijkheid ontstaat dit geld voor andere, publieke doeleinden aan te wenden.
3.
Het Rijk draagt niet via de begroting bij aan de aanleg van landingsbanen van Schiphol. Zie onder meer het antwoord op vraag 1.
4.
Op- en neerwaartse wijzigingen van de dividendopbrengsten komen ten gunste respectievelijk ten laste van de algemene middelen. De ontvangsten uit de verkoop van staatsdeelnemingen worden bestemd ter verlaging van de staatsschuld. De hieruit voortvloeiende structurele rentevrijval wordt na
correctie van de geraamde dividendopbrengsten gebruikt als structurele voeding van het Fonds Economische Structuurversterking (FES). Het FES voedt diverse begrotingen, waaronder die van het Infrastructuurfonds. Uit het Infrastructuurfonds vindt ondermeer bekostiging plaats van aanleg van
infrastructuur waaronder bekostiging van infrastructuur voor het openbaar vervoer. De exploitatie van het openbaar vervoer wordt gesubsidieerd uit de begroting van Verkeer en Waterstaat.
5.
Zoals in het antwoord op vraag 4 aangegeven komen opwaartse en neerwaartse wijzigingen van dividendopbrengsten ten gunste respectievelijk ten laste van de algemene middelen. Zo is de derving van dividendopbrengsten KPN in de begroting 2002 ten laste van de algemene middelen verwerkt en niet ten
koste van de bestedingsruimte op het terrein van Verkeer en Waterstaat. Daar staat tegenover dat eventuele meeropbrengsten ten gunste van de algemene middelen komen. Overigens is het bij Voorjaarsnota mogelijk gebleken om in 2002 een bedrag tot ¤ 9 miljoen aan extra geld voor sociale veiligheid aan
de begroting van Verkeer en Waterstaat toe te voegen.
6.
Het FES voedt onder meer het Infrastructuurfonds. Indien de privatisering van Schiphol geen doorgang zou vinden, zal dit een verminderde voeding van het FES tot gevolg hebben, zodat er vanuit het FES minder geld beschikbaar komt voor investeringen. Uit dit fonds wordt onder andere de aanleg van
water, spoor en rijkswegen gefinancierd. Het spreekt voor zich dat voor nieuw openbaar vervoer dan minder mogelijkheden bestaan.