Provincie Groningen
Groningen, 7 mei 2002 Persbericht nr.83
Nieuwe aanpak cultuureducatie
Vandaag heeft het college van GS haar nieuwe plannen wat betreft
cultuureducatie bekend gemaakt. Onder cultuureducatie verstaan GS "het
inzetten van de kunsten èn het cultureel erfgoed als doel of middel om
leerlingen actief en/of passief met cultuur in aanraking te laten
komen". De nieuwe aanpak kenmerkt zich door een vraaggerichte
werkwijze, waarbij scholen een centrale rol krijgen. Opvallend in het
plan is de samenvoeging van kunsten en erfgoed en de oprichting van
een Bureau voor Cultuureducatie (werktitel). Consulenten zullen de
scholen bezoeken en de scholen stap voor stap begeleiden -vanaf eerste
idee t/m de uitvoering van hun erfgoed- en kunsteducatieplannen-.
Begin 2003 moet het bureau operationeel zijn. Tot 2005 zal het bureau
zich vooral richten op primair onderwijs en heeft het college van GS
in ieder geval 402.689,96 euro beschikbaar.
Voor de ontwikkeling van dit provinciale cultuureducatiebeleid is de
afgelopen periode o.a. onderzoek verricht naar de nieuwe aanpak en is
er gesproken met scholen, betrokken instellingen en overheden. In de
praktijk blijkt dat scholen en culturele instellingen o.a. door gebrek
aan tijd en geld moeite hebben om cultuureducatie handen en voeten te
geven. Bovendien blijken scholen en culturele instellingen te weinig
van elkaar te weten en te weinig overzicht te hebben om vraag en
aanbod goed op elkaar af te stemmen. Het college wil met de nieuwe
aanpak bereiken dat jeugd en jongeren - ongeacht opleiding, sociaal
milieu of bevolkingsgroep - in aanraking komen met cultureel kunsten
én erfgoed. Zodat een belangrijke basis wordt gelegd voor latere
interesse. Een deel van de jongeren vindt zijn weg via het gezin. Een
ander (groot) deel echter wordt thuis niet of nauwelijks gestimuleerd.
Het bureau is een middel om cultuureduactie in het onderwijs te
brengen. Het is niet de bedoeling van GS bestaande, goed
functionerende initiatieven te frustreren. Het bureau zoekt
aansluiting, werkt samen, levert maatwerk, opereert flexibel.
Meerwaarde
De meerwaarde van een dergelijk bureau bestaat er volgens het college
van GS uit dat alle scholen aandacht krijgen (ook de scholen die niet
zelf reageren, zij worden toch bezocht door de consulenten) en worden
gefaciliteerd. Er is sprake van één aanspreekpunt voor alle vragen en
verzoeken. Niet alleen de kunsten maar ook erfgoed en de eigen
omgeving worden belangrijke aandachtsvelden.
Concrete taken van het bureau zullen worden:
1. het bezoeken van alle scholen (individueel of geclusterd) in het
provinciale werkgebied;
2. vraagbaak te zijn voor scholen en erfgoed- en kunstinstellingen;
3. het bij elkaar brengen van vraag en aanbod en in het verlengde
hiervan het eventueel zelf maken, bewerken of laten ontwikkelen
van lesmateriaal;
4. het assisteren bij het schrijven van het erfgoed- en
kunsteducatieplan;
5. het op gang brengen en organiseren van de activiteiten uit de
erfgoed- en
kunsteducatieplannen.
Scholen kunnen kosteloos een beroep doen op alle diensten van het
bureau met uitzondering van de ondersteuning op het gebied van het
organiseren van activiteiten (punt 5). Hiervoor moet een vergoeding
worden betaald.
Organisatie van het bureau
Het bureau zal opereren onder de vlag van Kunstencentrum en Loket
Erfgoededucatie (de Stichting Oude Groninger Kerken, de Federatie van
Musea en de Groninger Archieven) en wordt een stichting met een
bestuur. De werkvloer bestaat uit mensen van de genoemde instellingen
(zij worden voorlopig op detacheringsbasis aan de stichting
uitgeleend). De leidinggevende zal door het stichtingsbestuur in
overleg met de Provincie worden benoemd. De genoemde partners zullen
hun taken op het gebied van cultuureducatie onderbrengen in het bureau
en deze dus niet meer individueel en zelfstandig uitvoeren. Het bureau
vervult duidelijk een één-loket-functie, is werkzaam voor het
provinciale werkgebied (exclusief de stad) en is daar ook gevestigd.
Via (budget)contracten regelen de Provincie, de stichting, het
Kunstencentrum en het Erfgoedloket wat aan prestaties wordt verwacht
en welke subsidie daar tegenover staat.
Financiën en vervolgstappen
Tot 2005 zal het bureau zich vooral richten op primair onderwijs en
heeft het college van GS in ieder geval 402.689,96 beschikbaar. Naar
aanvullende financiering wordt nog gezocht. Voor de uitvoering van
activiteiten krijgen scholen voor primair onderwijs bovendien vanaf
2003 2,27 per leerling. De school is vrij dit bedrag te besteden mist
ten behoeve van cultuureducatie (activiteiten, scholing, vervoer
etc.). GS hopen deze zogenaamde leerlingbijdrage vanaf 2005 te
verhogen en tevens beschikbaar te stellen voor leerlingen uit de
onderbouw van het voorgezet onderwijs.
Met bovenomschreven provinciaal beleid - gevoegd bij de
rijksinspanningen in de bovenbouw van het voortgezet onderwijs - menen
GS dat iedereen gelijke kansen krijgt wat betreft cultuureducatie. Het
plan wordt nu eerst voorgelegd aan de commissie Welzijn, Zorg en
Cultuur en zal 22 mei a.s. worden behandeld. Vervolgens zal er een
nadere uitwerking komen wat betreft de organisatievorm en de taken van
het bureau en de consulenten en ook van de financiering.
Voor meer informatie over dit persbericht kunt u contact opnemen met
Agnes Delstra,
afdeling Bestuurscontacten, 050 - 3164324.