Provincie Utrecht

Persbericht

Kwaliteit water en milieu staan onder druk ondanks verbeteringen

06-05-2002
Door de economische groei en de bevolkingstoename van de afgelopen jaren is de druk op het milieu toegenomen. Hoewel de milieubelasting geen gelijke tred houdt met de economische ontwikkeling zijn het elektriciteitsverbruik (+12%), de mobiliteit (+17%) en de afvalproductie (+15) in de provincie Utrecht in de periode 1995-2000 toegenomen. Dat blijkt uit de provinciale milieu- en waterverkenning 2001.

De verkenning is uitgevoerd om zicht te krijgen op de kwaliteit van milieu en water in de provincie en trends in beeld te brengen. Voor beide terreinen zijn nieuwe plannen in voorbereiding, eind 2003 zal het provinciebestuur het nieuwe Provinciale Milieubeleidsplan en het geactualiseerde Waterhuishoudingsplan vaststellen. De milieu- en waterverkenning levert volgens milieugedeputeerde Rombouts belangrijke informatie voor de nieuwe plannen. "Meten is natuurlijk weten. Als je een nieuw beleidsplan gaat maken is het belangrijk om te weten waar we staan. Zijn we op de goede weg met ons beleid en doen we de juiste dingen om onze doelen te bereiken? De verkenning is van groot belang om deze vragen te beantwoorden", aldus Rombouts.

Luchtkwaliteit onder druk
Veel inwoners van Utrecht ondervinden hinder van geluid en het aantal geluidgehinderden in de provincie is de afgelopen vijf jaar toegenomen. Een hardnekkig probleem is ook de hinder van geur, stof (roet, rook) en trillingen. Vooral het wegverkeer is in de provincie een belangrijke veroorzaker van veel vormen van hinder. De luchtkwaliteit is weliswaar vooruit gegaan sinds de vorige verkenning maar staat nog steeds onder druk, zowel in het stedelijk als in het landelijk gebied. Belangrijke bronnen van luchtverontreiniging zijn wegverkeer, agrarische en industriële activiteiten. De uitstoot van CO2 door het verkeer is sinds 1995 met 5% toegenomen, terwijl de emissie van CO2 door gasverbruik iets is gedaald. Hoewel de uitstoot van verzurende stoffen de afgelopen tien jaar met ongeveer een derde is afgenomen, is de neerslag van zure stoffen nog steeds te hoog, met name in kwetsbare natuurgebieden.

Water: doelstellingen nog ver weg
De doelstellingen op het gebied van water zijn wel in beeld, maar nog lang niet bereikt, blijkt uit de verkenning. Verdroging is een belangrijk probleem in delen van de provincie. Hoewel er nog maar op weinig plekken sprake is van volledig herstel, verwacht gedeputeerde Kamp dat de doelstellingen die voor 2005 en 2010 geformuleerd zijn gehaald kunnen worden.
Aan diffuse bronnen van waterverontreiniging is de afgelopen tijd veel gedaan, maar nu komt het aan op structurele maatregelen. De loskoppeling van hemelwaterafvoer van de riolering komt weliswaar goed op gang in nieuwbouwwijken, maar laat te wensen over in bestaande bebouwing.
Zorgelijk is ook de kwaliteit van het oppervlaktewater in de provincie. Het oppervlaktewater voldoet slechts op 14% van de meetpunten aan de chemische kwaliteitsnormen. De doelstelling voor de vangsten van muskusratten wordt niet gehaald: er zijn nog te veel muskusratten in de Utrechtse wateren.

Bodem
De bodemsaneringsoperatie ligt op schema, maar er zijn nog veel locaties die gesaneerd moeten worden. Voor de bodem wordt een kwaliteit nagestreefd die de verdere ontwikkeling van ruimtelijke functies en economische activiteiten mogelijk maakt. De wijze van sanering wordt in de meeste gevallen afgestemd op de toekomstige functie van een gebied.
De concentraties van fosfaat en nitraat in de bodem zijn - met name in kwetsbare gebieden - te hoog en ook het gehalte aan verzurende stoffen ligt boven de normen. Niet alleen de bodem, maar ook het grondwater bevat teveel vermestende en verzurende stoffen.

Dat de water- en milieukwaliteit nog niet op het gewenste niveau is blijkt ook uit de plantaardige indicatoren (zoals korstmossen, land- en waterplanten) die wijzen op vermesting, verzuring of verdroging. Ondanks de vooruitgang die de afgelopen jaren geboekt is op het gebied van water en milieu zijn de omstandigheden kennelijk nog niet voldoende verbeterd voor een herstel van natuurwaarden, of hebben meer tijd nodig om te herstellen.

Meer informatie: Karin Obdeijn, telefoon 2582192 of Karin.Obdeijn@provincie-utrecht.nl