Ministerie van Financiën
Persbericht
PERS-2002-116
Den Haag, 01-05-02
Beantwoording kamervragen over Legiolease
Vraag 1
Hebt u kennisgenomen van de uitzending van Tros Radar van 25 maart jl.?
Vraag 2
Deelt u de mening dat in-house-matching en het toeschrijven van winsten en verliezen aan bepaalde klanten in strijd zijn met de wet? Is hier bij Legiolease sprake van geweest?
Vraag 3
Deelt u de mening dat bedrijven als Legiolease moeten toetsen of potentiële klanten in staat zijn aan hun financiële verplichtingen te voldoen en hen te waarschuwen voor de risico's? Heeft Legiolease dit gedaan?
Vraag 4
Had Legiolease klanten de mogelijkheid moeten geven om in een break-even situatie hun geld terug te vragen? Is dit gebeurd?
Vraag 5
Kan bij overtreding van de wet en van de nadere regels die door de Autoriteit Financiële Markten (AFM) zijn gesteld teruggave geëist worden van de inleg? Hoe treden u en de AFM op?
Vraag 6
Vindt u de uitdrukking "oplichting" van toepassing als burgers een winstverdriedubbelaar wordt voorgespiegeld en mensen uiteindelijk duizenden euro's kwijt zijn zonder goed op de risico's te zijn gewezen?
Antwoorden:
1.
Ja.
2.
Een effecteninstelling moet in het belang van haar cliënten handelen en haar activiteiten, waaronder de afwikkeling van effectenorders, zodanig structureren dat het risico wordt vermeden dat de belangen van haar cliënten worden geschaad. Het toeschrijven van winsten en verliezen aan cliënten in
de zin dat de ene cliënt wordt bevoordeeld boven een andere cliënt is in strijd met de wet. Een effecteninstelling is gehouden haar cliënten onder vergelijkbare omstandigheden zo veel mogelijk op gelijke wijze te behandelen. Of er bij Legiolease sprake is geweest van handelingen die in strijd zijn
met bovengenoemde regels wordt momenteel onderzocht door de Autoriteit-FM.
3.
Ja. Of Legiolease aan deze verplichtingen heeft voldaan wordt momenteel eveneens onderzocht door de Autoriteit-FM.
4.
Legiolease is niet verplicht om de cliënten de mogelijkheid te bieden om hun geld terug te vragen, aangezien de contracten niet in deze mogelijkheid voorzien.
5. De mogelijkheden om een contract te ontbinden of te vernietigen zijn in het Burgerlijk recht geregeld. Teruggave van de inleg zal derhalve voor de burgerlijke rechter, of indien partijen zich daaraan hebben onderworpen, door de Klachtencommissie van het Dutch Securities Institute (DSI) kunnen
worden gevorderd. Overtreding van de effectenregelgeving, waaronder de Nadere regeling toezicht effectenverkeer van de Autoriteit-FM, is mede van belang om te bepalen of een overeenkomst kan worden ontbonden en of de aanbieder verplicht is de consument zijn inleg terug te geven.
De Autoriteit-FM treedt op als toezichthouder en heeft uit dien hoofde de mogelijkheid om te controleren of een aanbieder zich aan de effectenregelgeving houdt. Overtreding van deze regelgeving kan voor de Autoriteit-FM aanleiding zijn om een boete op te leggen. De Autoriteit-FM is zelf geen
geschilbeslechtingsinstantie.
6.
Het verstrekken van juiste en volledige informatie over complexe financiële producten als aandelenlease en de bijbehorende risico's is een belangrijke pijler in het beleid ten aanzien van de financiële markten. Zo rust op effecteninstellingen de verplichting om cliënten informatie te verschaffen
die nodig is voor een adequate beoordeling van de aangeboden producten. Deze algemene verplichting wordt voor complexe financiële producten verfijnd door de introductie van de financiële bijsluiter. De verplichting een financiële bijsluiter te verstrekken zal ook op effectenlease-producten van
toepassing zijn. Daarnaast is specifiek voor deze categorie producten de verplichting gecreëerd om in het informatiemateriaal de volgende waarschuwing op te nemen: "U belegt (deels) met geleend geld. Dit betekent dat u het risico loopt dat u uw inleg verliest of zelfs een schuld
overhoudt."
Deze informatie beoogt de consument een handvat te bieden om tot de keus voor een product met bij de consument passende risico's te komen. Dat neemt niet weg dat de consument zijn eigen verantwoordelijkheid heeft in de uiteindelijke keuzes die hij maakt en de risico's die hij wil aangaan.
Indien een aanbieder zich niet aan zijn informatieverplichting houdt kan daartegen worden opgetreden door de Autoriteit-FM of door de consument zelf indien deze zich wendt tot DSI dan wel de burgerlijke rechter (zie vraag 5).