Provincie Groningen
Groningen, 25 april 2002 Persbericht nr.71
Samen naar 165 MW Windenergie in 2010
Om nieuwe locaties voor windenergie te ontwikkelen is een goede
samenwerking tussen de provincie, betrokken gemeenten en
initiatiefnemers van groot belang. Dit staat in het Plan van Aanpak
voor de uitvoering van de Bestuursovereenkomst Landelijke Ontwikkeling
Windenergie (BLOW) van de provincie Groningen. Het plan van aanpak
verschaft inzicht in de tijdsplanning en activiteiten die de provincie
de komende jaren gaat leveren om de afgesproken taakstelling van 165MW
in 2010 te halen.
Plan van Aanpak
In het plan van aanpak wordt een overzicht gegeven van de stand van
zaken op de aangewezen en uit te werken locaties. Aangewezen locaties
zijn die locaties waar volgens het POP een windpark is toegestaan,
namelijk: "Eemshaven", "Delfzijl Noord", "Delfzijl Zuid" en
"Lauwersoog". In sommige gevallen gaat het om locaties waar al
windmolens staan die zullen worden vervangen. Voor de locaties
Delfzijl Zuid en Eemshaven lopen momenteel m.e.r.-procedures. Het
voortouw ligt voor deze locaties bij de betrokken gemeenten en
initiatiefnemers.
Uit te werken locaties zijn locaties waarover nader overleg met
gemeenten en initiatiefnemers noodzakelijk is om de mogelijkheden in
kaart te brengen. Dit zijn de locaties: "Eemshaven Zuid", 'N33
Menterwolde" en "N33 Veendam". GS nemen het initiatief om deze
locaties nader uit te werken. De verdere ontwikkeling van eventuele
plannen geschiedt in nauw overleg met betrokken gemeenten en eventuele
initiatiefnemers. GS willen uiterlijk begin 2003 duidelijkheid hebben
over de mogelijkheden en gevolgen van het realiseren van
windmolenparken op deze locaties.
Participatie
De provincie bevordert de mogelijkheden voor participatie van
belanghebbenden in de verschillende windparken. Van gemeenten en
initiatiefnemers wordt verwacht dat zij participatie betrekken bij de
planontwikkeling. Afhankelijk van de fase waarin de planontwikkeling
zich bevindt zal, op initiatief van de provincie, onderzoek
plaatsvinden naar de voor die locatie te kiezen vorm van participatie.
Hierbij betrekt de provincie belanghebbenden die zich, bij voorkeur,
verenigd hebben in het inmiddels opgerichte Platform Windenergie
Noord.
BLOW
De BLOW voorziet in een, bij het algemene klimaatbeleid passende,
verhoging van de landelijke taakstelling tot 1500 MW in 2010. In de
BLOW is de kring van deelnemende partijen vergroot: alle provincies,
de VNG en deelname van meerdere ministeries. De convenantpartijen
verplichten zich alle planologische barrières weg te nemen en waar
nodig actief stimulerend, faciliterend en coördinerend op te treden.
De coördinatie van de BLOW op landelijk niveau wordt versterkt door de
instelling van een Landelijke Stuurgroep Ontwikkeling Windenergie,
onder voorzitterschap van gedeputeerde Calon van de provincie
Groningen.
Provinciaal beleid
De basis van het huidige provinciaal beleid op het gebied van
windenergie is gelegd in het bestuursprogramma 1999-2003 "Groningen
groeit". Hierin staat dat GS het opwekken van windenergie zien als een
industriele activiteit en dat plaatsing van windmolens daarom alleen
kan worden toegestaan in parken op of aansluitend aan
industrieterreinen.
In het POP is dit uitgangspunt in een duidelijk planologisch kader
vastgelegd. Centraal daarbij staat het open houden van het landelijk
gebied en het concentreren van windenergie op een beperkt aantal
locaties.
Voor meer informatie over dit persbericht kunt u contact opnemen met
Marike Ensing, afdeling Bestuurscontacten Provincie Groningen, tel.nr.
050 3164075.