Gemeente Eindhoven

Persbericht: 15 april 2002

Intensieve samenwerking gemeente, politie en justitie

Proef fraudebestrijding succesvol

Om fraude met (identiteits)documenten sneller te kunnen opsporen en berechten moet de proef waarin gemeente, politie en justitie sinds 1 november 2001 intensief samenwerken, worden voortgezet en uitgebreid. Dat is de belangrijkste conclusie van de evaluatie. De proef omvatte een opleiding documentherkenning voor alle baliemedewerkers, werken met het Edisonsysteem en aanwezigheid van een politieagent op het stadskantoor.

De baliemedewerkers van de gemeente hebben de opleiding in het ontdekken en afhandelen van fraude met identiteitsdocumenten, zoals paspoorten, in januari 2002 afgerond. Bij het controleren van identiteitsdocumenten worden zij ondersteund door een computersysteem met de naam Edison (Elektronisch documentatie- en informatiesysteem voor opsporingsnetwerken). Hierin zijn meer dan 1550 reisdocumenten uit vrijwel alle landen ter wereld opgenomen. Van elk document zijn afbeeldingen en echtheidskenmerken weergegeven. De gemeente Eindhoven gebruikte dit systeem overigens al zo´n anderhalf jaar. Verder is er een politiefunctionaris op het stadskantoor aanwezig dan wel direct bereikbaar om eventuele verdachten ter plaatse aan te houden.

De periode van een half jaar was feitelijk te kort om tot een goed oordeel te komen. Dit heeft met name te maken met het feit dat de medewerkers pas sinds eind januari 2002 hun opleidingen hebben afgerond. De proef wordt voorlopig verlengd. Landelijk wordt gewerkt aan een nota om de aanpak en ervaringen breed te implementeren. De betrokken partijen willen graag dat de huidige situatie naadloos overgaat naar een meer permanente situatie.

De samenwerking tussen gemeente, politie en justitie op dit zeer specialistisch vakgebied heeft de kennis over elkaars systemen en werkwijzen vergroot, waardoor de efficiency en effectiviteit zijn toegenomen. Door de permanente beschikbaarheid van politie en justitie werd alerter gereageerd bij het ontdekken van valse documenten. Dit heeft zeker ook preventief gewerkt. Daarmee beantwoordt de pilot aan zijn doel.
De effectiviteit van de aanpak kan worden vergroot als ook andere instanties als b.v. de Belastingdienst, de Kamer van Koophandel, het notariaat, de advocatuur, de werkgevers etc. bij de proef worden betrokken. Verder zou er een kenniscentrum moeten komen, waarop al deze instanties kunnen terugvallen, wanneer zij twijfelen aan de echtheid van een identiteitsdocument.

Tijdens de proefperiode is een tiental personen aangehouden en vervolgd, die probeerden zich met valse paspoorten, rijbewijzen of buitenlandse geboortebewijzen die nodig zijn voor inschrijving, een andere identiteit aan te meten. In een aantal gevallen leidde dit tot uitzetting. Het is in ieder geval duidelijk dat de pakkans groter is geworden, enerzijds omdat valse documenten sneller worden herkend en anderzijds omdat politie en justitie daarop adequater reageren.